Documentatie

Home - Documentatie - Tijdschriften & Secundair

I. Publicaties over poëzie en over dichters (secundaire literatuur)

Klik hier om de lijst in te zien

II. Literaire tijdschriften

Het Poëziecentrum Nederland bezit een ruime collectie bekende, minder bekende en nagenoeg onbekende literaire tijdschriften: rond de 340 titels. Op deze site zullen steeds meer selectieve inhoudsopgaven van de aanwezige afleveringen verschijnen. 'Selectief', want conform de doelstelling van het Poëziecentrum Nederland inventariseren deze opgaven alleen:

oorspronkelijk Nederlandstalige poëzie van na 1880, met inbegrip van streektaalpoëzie en van poëzie uit Vlaanderen, de (voormalige) Nederlandse Caraïben, Suriname en Zuid-Afrika;
direct daaraan gerelateerde bijdragen, zoals interviews, recensies, of biografische artikelen;
teksten over (aspecten van) poëzie.

Raadpleeg de tijdschriften zelf voor alle andere inhoud: vertaalde poëzie inclusief vrije bewerkingen van anderstalige gedichten, proza, afbeeldingen, columns, kronieken, agenda’s, verslagen van bijeenkomsten, polemieken, tijdschriftenrevues enzovoort.

De inhoudsopgaven geven titels of eerste regels van gedichten weer, tenzij titels of toelichtingen duidelijk op andersoortige bijdragen slaan. Gedichten opgenomen in andersoortige teksten – bijvoorbeeld besprekingen – worden apart vermeld, mits deze gedichten volledig worden weergegeven.

Correcties, omissies, suggesties? [email protected]

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Ça ira

Bulletin de la fondation Ça Ira (Bruxelles) (1999-2010)

Meer informatie

Cafécahier

Cafécahier (1983-?)

Meer informatie

Voorwoord nr. 1, p. 3: 'Eén van de doelstellingen van de J.H. Leopold Stichting [Tilburg] is het aanmoedigen van jong talent. Daarom organiseert de Stichting minimaal eenmaal per jaar een voorleesavond voor hen die met hun gedichten naar buiten willen treden. Dit jaar gaat dit voor de eerste keer gepaard met het verschijnen van het Cafecahier waarin van iedere debutant(e) die gedichten te vinden zijn.'

AANWEZIG:

Nr. 1, voorjaar 1983.
Nr. 2, voorjaar 1984.
Nr. 3, voorjaar 1985.
Nr. 9, mei 1995.

INHOUD, voor zover (over) Nederlandstalige poëzie na 1880

Nr. 1, voorjaar 1983

Betty Bookelmann-van Engelen: Antisprookje (5), Dreiging (6), [eerste regel:] Soms / weeft zich (7)
Mieke Clijsen [eerste regels:] voorbij is weg (8), hoe kun je zo (9), misschien vind je (10).
Gé Paulussen: Getuige (11), Die horen wil ... (12), Eens mens (13).
Bernard van Roosmalen [eerste regels:] Hij stompt en bijt de spits af (14), Gescharrel tussen lakens en dijen (15), een keer mis (16).
Geert-Jan Smolders: Adem (17), Avondschemering in de herfst (18), Erosie (19).
Arnolt Verschuren: Hoboken (20), Toen ik niet meer wist (21), Februari-nacht (22).

Nr. 2, voorjaar 1984

Monica den Boer: Beneden (5), Geen naam (6).
Danny Edwards: Prinseneiland (7), In stilte (8), [eerste regel:] Ik zit (9).
Corina de Feyter [eerste regel:] ik ga een vluchtheuvel bouwen (10), elke emotie (11).
Kay Kerkow: Jouw leven, zijn bestaan (12), Evolutie (13), [eerste regel:] Na zijn val (14).
Jan Kruijssen: Zwakzinnig 1 (15), Zwakzinnig 2 (16).
Henri Looymans: Urbi et Orbi (18), Es lebe die poetische Freiheit (19), Zonder antwoord (20).
Chris Oomes: God is dood (21), Heuvellandschap (22).

Nr. 3, voorjaar 1985

Frank Hilgers: Nacht van het beest (5), Woelrat – partners in crime (6).
Goedele Hornmans: Na het ja-woord (7), Herenhuis (8), strandde ik, hijgend (9).
Robert Muis [eerste regels:] Vaak kom ik bij grauw weer en regen (10), Schoorstenen en hijskranen verrijzen (11), Als Willink-wolken de lucht bedekken (12).
Barry van Oudheusden: Benaderen (13-14), Spel II (14), Regen (15).
Frans Smulders: Respect voor de dichter I (16), Respect voor de dichter II (17)
Inge Ton [eerste regels:] we bouwden bergen van verdriet (18), schrijven is schrappen (19), de fysioterapeut vroeg (20).
Frans van de Ven: Bloed aan de paal (21), De knikker op het tafelblad (22), afscheid (23).

Nr. 9, mei 1995

Ronals Voskuil: Oesterdorpen & parelmensen (7), Afreis (8), Indianenhart (9), Via Ephesus (10).
Nico (N.J.) van Wijk: 26 november (12), Schellingwouderbrug (13), Mist over de Waal (14).
Joost Hontelez [eerste regels:] Het zelfvernietigingsbedrijf (16), Wat een wonderlijkheid is het dat (17), Er is geen neuriënde stem (18).
Remko van Broekhoven: Rust en orde (20), Waar ik je mis ... (21), Je pantser pantsert niets (22).
Wilmer (= Will Meijer): Tanka's en haiku's (24-25), De Bron (26).

Laatst bijgewerkt op 11 april 2021

Campiniana

Vereniging van Kempische Schrijvers (1976 - ?)

Meer informatie

Centaur

internationaal cultureel maandblad (1945-1947)

Meer informatie

AANWEZIG:

Compleet aanwezig in PcN:

Als maandblad:

Jrg. 1, 1945/1946: nrs. 1 (oktober 1945), 2 (november), 3 (december), 4 (januari 1946), 5 (februari), 6 (maart), 7 (april), 8 (mei), 9 (juni), 10 (juli) en 11-12 (augustus-september 1946).
Jrg. 2, 1946/1947: nrs. 1, 2, 3, en 4-5-6 (laatst verschenen nummer van Centaur als maandblad). [De afleveringen in jaargang 2 vermelden geen verschijningsmaaden.]

Als jaarboek:

Centaur: yearbook / annuaire / Jahrbuch / jaarboek 1947-1948.

INHOUD, voor zover (over) Nederlandstalige poëzie na 1880

Jrg. 1, nr. 1, oktober 1945

Cola Debrot, drie liefdesgedichten: Witte bloesems (1), Beauté mortelle (2), Solveig (3).
D.A.M. Binnendijk: In memoriam. (6)
Herwig Hensen: Elegieën voor mijn moeder (bij een afscheid), I, II en III. (16-17)
Gerard den Brabander: Sonnet aan Bertus Aafjes. (25)

Jrg. 1, nr. 2, november 1945

Anthonie Donker: Stem van de ziel. (33)
H.W.J.M. Keuls: Rondeel. (34)
Jac. van Hattum: Wat vondst ... (63)
Gerard Diels: Eens zal de honger ... (64), De lieve waanzin (64), Zij zingen (65.). Voorpublicatie uit de bundel 'Het doornen zeel'.
D.A.M. Binnendijk: In margine temporis. (67-71) [Essay, Binnendijk bespreekt het criterium 'Heeft de dichter wel iets te zeggen?' van Theun de Vries.]

Jrg. 1, nr. 3, december 1945

D.A.M. Binnendijk: Versnelde film. (104-106) [Bespreking van het gedicht 'Tijd' van M. Vasalis.]
Anthonie Donker: Sonnet. (113)
Gerrit Achterberg: Huid – Rood – Brons – Email. (114-115)

Jrg. 1, nr. 4, januari 1946

H.W.J.M. Keuls: Rondeel (140), Sonnet (141), Nocturne (142-143).
D.A.M. Binnendijk: Maria Sybilla Merian. (160.)
Rudolf Escher: Steen- en staalkanker. (169)

Jrg. 1, nr. 5, februari 1946

Herwig Hensen: Gedicht ter nagedachtenis aan mijn vader. (203-205)
Jac. van Hattum: Annunciatie (230), Gouden bruiloft (230).
Maurits Mok: Voor de nacht. (236)

Jrg. 1, nr. 6, maart 1946

Leo van Breen: Tweegestalte (278), De dode vijver (279).
M. Deak: Restant d'amour (293), Gesprek voor de spiegel (294).

Jrg. 1, nr. 7, april 1946

Robert Franquinet: Avant garde. (348-352)

Jrg. 1, nr. 8, mei 1946

Gerard Diels: Dernière heure. (372-374)
Gerard den Brabander: Mijn zuster zingt (407), Twee Amsterdamse kwatrijnen (407).
Bert Voeten: Winters. (408)
Herwig Hensen: De inhoud. (411-414) [Essay, over de eis aan de dichter tot symbolisering, boven het persoonlijke en het specifieke tijdelijke uit.]
Jac. van Hattum: Het dorpsmongooltje. (415)
E.G. van Heusden: De lichtkogel. (423)
J. Meulenbelt: Narcissus (424), Christophorus (424).

Jrg. 1, nr. 9, juni 1946

J.C. Bloem: De gelatene. (444)
Elfred van der Vliet: Sonnet (445), Sonnet (voor W. Hijmans) (446).
Frank Lulofs: Sonnet (voor Adriaan Morrien). (447)
Jan Spierdijk: Sonnet. (448)
Hendrik de Vries: Arabesken (456-460)

Jrg. 1, nr. 10, juli 1946

J.H.W. Veenstra: Dichterlijke psychografie. (511-517) [Essay, pleidooi om zich open te stellen voor onbewuste teneinde zo tot dichterlijke vernieuwing te komen.]

Jrg. 1, nr. 11-12, augustus-september 1946

Bertus Aafjes: Hellas (574), De zachte, gouden heuvlen (575).
Robert Franquinet: Orpheus. (576)
Herwig Hensen: Daidalos, I t/m V. (583 587)
S. Vestdijk, vier Griekse sonnetten: I. Europa en de stier – II. Ariadne op Naxos – III. Arachne – IV. Absyrtos (733-735).

Jrg. 2, nr. 1

Paul Lenda: Twijfel. (26)
Johan Daisne: Twee gelaten. (27)

Jrg. 2, nr. 2

A. Roland Holst: De eenhoorn. (89)
Bert Voeten: Het reservaat, I t/m IV. (95-96)
Albert Redeker: Ik weet nog ... (106), Dorado (107).
Michael Deak: Aan het strand (108), De vriend (108).
Hans Andreus: Sonnet. (109) [Eerste regel: Wanneer de man de fluit bespelen gaat.]

Jrg. 2, nr. 3

[Geen bijdragen met/over oorspronkelijk Nederlandstalige poëzie.]

Jrg. 2, nr. 4-5-6 [laatst verschenen aflevering van Centaur als maandblad]

Bertus Aafjes: De warme wijnberg. (254)
Gerrit Achterberg: Vestdijk (255), Status nascendi (255), Inflatie (256), Status morendi (256).
Gerard den Brabander, vier gedichten: Dat kleine ... – Tafels en stoelen ... – En waar ... (257), Wie niet bemint ... (258).
Jac. van Hattum: Mensen (259-260), Kermisnacht (260).
Bert Voeten, uit 'Suite in december' [eerste regels:] II. Wreedheid der steeds herhaalde tederheden, III. De pauw die zich in uw rank lichaam rekt (267).
S. Vestdijk: Portret (268-269), Bosgezicht (270). [Uit de bundel 'Gestelsche liederen'.]
Koos Schuur: Alfagebed voor Melle. (288-289)

Centaur – Revue internationale des Arts et des Sciences. Yearbook / Annuaire / Jahrbuch / Jaarboek 1947-1948

Bertus Aafjes: In de morgen (99), En die vreemde haast (99), Lachen (99-100), De zanger (100), Ik ben niets meer (100), Je hart (101).
S. Vestdijk: vijf sonnetten uit 'Madonna met de Valken', I t/m V. (102-103)
Henr. Roland Holst: De klokkenluider (104), De zomer verglijdt in de herfst (104-105).
Ed. Hoornik: Breekbare ben ik ... (148)

Laatst bijgewerkt op 18 juni 2021

Chroom

Blad voor literatuur (1985-1998)

Meer informatie

AANWEZIG:

1990: nr. 2
1992: nrs. 1 en 2
1993: nr. 2
1994: nrs. 1 en 3

INHOUD, voor zover (over) Nederlandstalige poëzie na 1880

1990, nr. 2

Geert Boogaard: Kritiek. (6) Uit: Leven voorgoed.)
Bert van Weenen: In memoriam Geert Boogaard 29 mei 1908 - 5 augustus 1990. (7) [Proza]
Alfred Valstar: Soundtrack (8), Aan mijn collega’s (alliteratie in D) (8).
Peter van Veldhuijsen [eerste regel:] Ik sloeg een gat in de muur (9), Horror vacui poetae (9).
Bert van Weenen: Inleiding tot de filosofie. (10-11) [gedicht]
Anoniem: Bespreking van Karel Wasch: Gedichten (1929). (17)
A.F. Dolman: Persoonlijke voorkeur. (19) [Voor de poëzie van Gerrit Krol, inclusief diens gedicht ‘God’.]

1992, nr. 1

Jaap Das: Eskatologisch. (7)
Alfred Valstar: Pers-pectief (8), Different trains (8), Netwerk (8), Observatie (9), Linea recta (9).
Bert van Weenen: Notities over christelijke literatuur. Bespreking van Gerhard te Winkel (red.): 'Het woord dat ik bedoel' [waarin gedichten van 61 dichters]. (10-12). Hierin de volgende twee gedichten: Dorien de Ruiter [eerste regel:] Klein konijntje (11) en Elisabeth Faster: Enkel wat krijt. (12)

1992, nr. 2

Lode Bisschop: Dood. (6)
Jan de Bas: 'Wees met dit vers Heer wees met het vers'. Over de bundel 'Split' van Lode Bisschop. (9-17) Hierin: Lode Bisschops: Genade (15).
Lode Bisschops: Spitse splits (118), Liefdesgang (19), Eenvoud (20).
Bert van Weenen: Hemelse humor. Over Lode Bisschops 'Naslaagwerk'. (21-25) Hierin: "'Wil je een pak slaag?' zei God" (21), 'Ontvreemd' (23) en 'Betrekkelijk' (24-25)
Lode Bisschops: Op het leven van Sterre. (26)

1993, nr. 2

Alfred Valstar: Onderlaag. (6)
Lode Bisschop: Avondmaal (19), Stoot (20).
Jan de Bas: Oppervlakkig. (26)

1994, nr. 1

Alfred Valstar: Don Giovanni. (7)
Lode Bisschop: Vogel (13), Psalm (14).
Murk A.J. Popma: Lode Bisschop zwart op wit. (15) [Proza, over het centrale thema in het dichtwerk van Bisschop.]
Frank Daen: Gedachten bij een dichtbundel van Martin Veltman. (16-21) [Bespreking van Martin Veltman: Vijfenzestig gedichten.] Hierin Veltmans gedichten [eerste regel:] de vader en de zoon, de heilige geest (16), Amsterdam (17), P.C Hooftstraat (17), Amstel Hotel (18) en [eerste regel:] Ik ging gejaagd door blinkende kantoren (21).
Frank Daen: Verlaat bestek (25), Slotsom (26).

1994, nr. 3

Bert van Weenen: Geloven in de tijd. In gesprek met Frank Daen. (5-10) [Biografische informatie en bespreking van dichtwerk van Frank Daen.] Hierin diens gedichten: Zwaartekracht (8) een Nachtelijk uitzicht (10).
Lode Bisschop: Dichtende haan en kraaiende hanen. (11)
Frank Daen: Voorgevoel (14-15), 2000 plus (17), Zelfportret (19).
Alfred Valstar: bespreking van twee gedichten van Frank Daen uit diens bundel 'Veraf is alles mooi' [eerste regels:] 'Veraf is alles mooi, dus moet ik reizen', en 'Zwaartekracht'. (20-22)
Cor van den Burg: Kanttekeningen bij 'Winterlicht'. (23-23) [Summiere opmerkingen bij de bundel 'Winterlicht' van Frank Daen.
Jan de Bas: Cruiseschip koerst richting eeuwigheid. Over 'Scheepspapier. Een winterreis'. (25-27) [Bespreking van de gelijknamige bundel van Frank Daen.]
Frank Daen: Haiku's. (29)
Inlegvel: Bert van Weenen: In mijn urn: Apotheose – Geboorte – Spiegel – Verzet – Terugblik – Rampspoed – A4 – Vragen – In mijn urn.

Laatst bijgewerkt op 17 juni 2021

Chrysallis

Halfjaarlijks tijdschrift voor literatuur en kunst (1978-1981)

Meer informatie

AANWEZIG:

1978: nrs. 1 en 2.
1979: nr. 3.
1980: nrs. 5 en 6.
1981: nr. 8.

INHOUD, voor zover (over) Nederlandstalige poëzie na 1880

Nr. 1, 1978

Maartje Luccioni: Bittere gedichtjes [eerste regels:] Als alle schaamte is gedronken – Een taaie tong – de maan zijn weg langs de hemel. (16)
Herma Vergouwe: Invrijheidstelling (84), Kindervreugd (85).
Lucienne Stassaert, tien gedichten uit de nog niet gepubliceerde dichtbundel ‘De sprekende gelijkenis’: Het land van de aaskevers (111-114), Nachtclub voor gevorderden (115), De dode vulkaan (116-117), In de wolken (118), II - Vreemdeling, wel eens voortvluchtig (119), In een adem (120), Een kleine nachtmuziek (121), De jonkvrouw met een spade (122), Een baken in zee (123), Water en vuur (124).
Maria de Groot: Stad en land (133), Vrouw (134), Dans (135), Maria Magdalena (136), Sonata mystica 1 (137), Sonata mystica 2 (138), Aarde (139), Herfst (140), Vogels (140).

Nr. 2, 1978

Johanna Kruit: Het woord als deken – gedichten (eerste regels:) voorbij de verte in de avond gaan (63), zo is de dag geworden, water (64), zo is afscheid steeds aanwezig (65), om waar je bent (66), deze dag (67), omdat je zo klein bent en (68), bij dromen van de toekomst (69), ouderdom (70).
Hannes Meinkema: Eventjes (87), Zomerweer (88-89), Jokaste (90).
Caroline Bos-Everts: Litteraire soirée. (126)
Win Rinzema: De spin. (127)
Hilde Pée: Heimwee II. (128)
Trudi Pot: De vliegen (129), De vormen van de dingen (129).
Francine Rijkegras: Kruimeltjes tijd (130), Half vijf in de middag (130).
Anna Bruin: Misverstand 131), Goudvis (131).
Corry van Veen: De baby (132), Preken (132).

Nr. 3, 1979

Nell Wagemakers: M.F. – Mutabon forte. (98)
Lili B. Sugàr: Mijn vrees is groot. (99)
Marijke Schweitz: the flying dutchwomen. (100)
Els van der Markt: 15-5-'75. (101)
Eva Berchem: Droom (102), de dood van kinderen (103)
Bea de Groote: Twee impressies. (104)
letje Korteweg: Geluk is als een steentje. (105)
Erika Dedinszky: Schaakmat, 1 t/m 3 (127-128), rhododendrons (129-130).
Hanneke van Buuren: 'the first time 1 saw your face'. (165)

Nr. 5, 1980

Lucienne Stassaert, vijf gedichten uit 'Nachtglas': Necrose (93), Kamermuziek (94), Bij nacht zijn alle minnaars grauw (95), Muziekschool, 1 en 2. (96-97)
Vera Rive: Animali. (106)
Nelle Honig: Mañana (107), Ossehoeder Boötes (107).
Karen Hagg: hang-over. (108)
Jos Mijn [klopt spelling?]: Figuurtjes. (109)
Hanneke van Buuren: Blaue Reiter. (110)
Erika Dedinszky: onverplichte taken. (111-112)

Nr. 6, 1980

Augusta Peaux: Oude huizen aan de kade (102), IJsland XI (102).
Johanna Kruit [eerste regel:] ik zag mijn moeder door de avond gaan (114), maria (115), een afscheid (116).
Loes Flendrie [eerste regel:] Tot vrouw. (160)
Lianne van den Heuvel [eerste regel:] er is muziek die lijkt op jou. (161)
Sonja Prins: Het baarmoederachtige. (162)
Milly Wiers [eerste regel:] Je strekt een lichaam naast mij uit. (163)

Nr. 8, 1981 [laatst verschenen nummer]

Johanna Kruit: legpuzzel (18), broertje (19), [eerste regel:] je hield je staande in een veel te (20), [eerste regel:] de dag werd oud als een legende (21), herfst (22).
Hanneke van Buuren: Droom van zee. (50)
Jos Myn [klopt spelling?]: Kuil. (88)
Annmarie Sauer [eerste regels:] Als ik denk aan de strepen op de deken (89), Het gevecht met de waarheid (89).
Milly Wiers: Het rituele geslacht. (90-91)

Laatst bijgewerkt op 22 juni 2021

Columbus

Litterair cultureel maandblad der jongeren (1945-1947)

Meer informatie

AANWEZIG:

Compleet aanwezig.

Jrg. 1, 1945/1946: nrs. 1 (oktober 1945), 2 (november), 3 (december), 4 (januari 1946), 5 (februari), 6 (maart), 7 (april), 8 (mei), 9 (juni), 10 (juli), 11 (augustus) en 12 (september).
Jrg. 2, 1946/1947: nrs. 1 (oktober 1946), 2/3 (op omslag abusievelijk: 'november-december 1947', moet zijn: 'november-december 1946') en 4/5 (januari-februari 1947).

INHOUD, voor zover (over) Nederlandstalige poëzie na 1880

Jrg. 1, nr. 1, oktober 1945

Jan Praas: Overstroming. (4)
Guillaume van der Graft: De gevallenen. (5)
J.P. Naeff: Danse macabre. (7)
Klaas Woudt: Nacht. (15)
Hans van Straten: Voordracht. (16)
Paul Rodenko: Wandeling. (17)
L.J. Pieters: Primitief dichterschap. I. (17-23) [Essay, deel I, over de figuur van de Intellectueel en die van de Dichter.]

Jrg. 1, nr. 2, november 1945

Michael Deak: In het sanatorium (25), Ontwakend (25), Een nacht (26), Lorelei (26).
W.J. van der Molen: Kerkdienst (27), Na mijn jeugd (27).
H.P.G. Wringer: Zal jij wel ooit ... (28), Afscheid (28).
L.J. Pieters: Primitief dichterschap. II. (29-34) [Essay, deel II, over de figuur van de Intellectueel en die van de Dichter.]
Henk van Maurik: De geteisterden (35), Kwatrijn (35).
Theo van Alkemade: Adieu (36), Herfst in de zomer (36), Vervreemding (37). Adagietto (37).
Wout Blok: Nagedachtenis. (41-43)
Jan Vermeulen: Bespreking van Gerrit Achterberg: Kleine kaballistiek voor kinderen. (44-45) ["Inleiding bij de geïllustreerde uitgave van dit gedicht, welke eerlang bij ‘De Bezige Bij’ zal verschijnen."]
Jan Vermeulen: Een dichter. (45)

Jrg. 1, nr. 3, december 1945

Guillaume van der Graft: In exilio, I en II (49), Rondeel (50), Het land (50), Eschatologisch (50), Allemansgeest in de winter (51), Blaam op Utrecht (51).
Ad den Besten: Novemberochtend (55), Avond van Allerzielen (55), Schelde-stelling (56), Winter (56), Bruidsportret (57), Regen in april (57).
Paul Rodenko: Muggen, olifanten en dichters. (58-62) [Essay: wat doet een dichter als hij dicht?]
Paul Rodenko: Bommen (63), Nacht (63).
Jan Vermeulen: Winter 1944 (64), Kerst voor mij (64), Sneeuw (65).
Frans Babylon: Wroeging (66), Anti-guerilla (66).
P.J. Stolk: De kruisspin (68), De egel (68).
Wim Vis: Elckerlyc. (69)
Ad den Besten: Literaire pepernoten. (70-72) [Bespreking van A. den Doolaard: 'De partisanen', en van Maurits Mok: 'Verzen van Nederland'.]

Jrg. 1, nr. 4, januari 1946

Hein J. Roethof: Afscheid van Holland, (73)
Hans Warren: Ik weet het lied niet meer ... (74), Sonnet van een ziekte (74), Avondlied (75), Andere avondlied (75), Sonnet (eerste regel: De kwartel slaat in 't dampig akkerland, 76), De avond (76).
Jan Praas: Boeren in de herfst (84), Landelijke nachten (85).
Hans van Straten: Winter te Zwartewaal (86), Bemuurde Weerd (86), De verdronkenen (87), Besef (87), Gedachte in het park (88), November (88). [Voorpublicaties uit 'Herfst in Holland'.]
Eduard Tukker [pseudoniem van Ad C. den Besten]: Bruidslied. (89)
Thomas Vodijn [pseudoniem van Karel Blom]: Het horen (91), Slaap (92), Oud gebed (92).
A.H. Peters: Oude gravure (97), De begenadigde (97).
W.J. van der Molen: Najaarsdag (98), Reddeloos (98).
Ad den Besten: Gefluisterd relaas. (103-104) [Bespreking van Anton van der Vet: 'Gefluisterd relaas'.]

Jaargang 1, nr. 5, februari 1946

Michiel E. Huizenga, zes sonnetten [eerste regels:] I. Uit deze brieven ritslen oude dagen – II. Het leven is van eenvoud klein geworden – III. De nacht dwaalt huilen ze in zichzelf verzonken – IV. Stil valt er regen in de grauwe grachten – V. Na vale dagen komt een grauwe nacht – VI. Als elke avond strekken zonder haast. (109-111)
H.J. van Tienhoven: Het afscheid zal ... (116), Unschuld vom Lande (116-117), Mood indigo (117).
Emily Spijkerman [pseudoniem van Petra Thomasson]: Herfst (118), Grachtmeermin (118), Opnieuw verweesd (119), Eenzamer ... (119).
Guillaume van der Graft: Uitzicht op een critische poëzie. (120-123) [Essay, over de verschillen tussen de voorbije en huidige generatie dichters, en over de in zekere zin religieuze taak van de dichter.]
Guillaume van der Graft: Pastorale (124-125), Op het gehoor (125), Regen op de rivier (125), Katinka (126), Koers naar Tinka ( 126). [Voorpublicatie uit 'In exilio'.]
Maarten Welsloot {pseudoniem van Attie de Vries]: Wake (131), Regen (131).
Paul van 't Veer, twee gedichten [eerste regels:] I. Stijl en muf reikt de trap (132), II. Dat heerlijk plantaardig bestaan (132).
Jan Praas: Bevrijding van Elckerlyc. (133-134) [Bespreking van F.W. van Heerikhuizen: De nieuwe Elckerlyc.]
Paul van 't Veer: Negen en zestig gedichten. (134-136) [Bespreking van J.C. Bloem: 'Sintels', en van Elisabeth van Maasdijk: 'Aan hen die vielen'.]

Jrg. 1, nr. 6, maart 1946

Eb van de Beld: Soldaten (137), Het laatste uur (137), Sonnet [eerste regel: Zo heb ik je gevonden op een nacht] (138), Sonnet voor A (138), Bij het graf (139), Alleen te zijn ... (139).
Hans Warren: Winteravond (151), Ontmoeting op een winterweg (151), Een flora (152), Meiavond (152), Het einde (153).
Hanno van Wagenvoorde [pseudoniem van Dick Riegen ]: Het jaar (158), Januari (158), De wind steekt op ... (159), Buitenveldert (159).
W. Bloemena: Kerkpad (160), Eenheid (160).
Hans Kriest, twee sonnetten [eerste regels:] I. Ik het tuinhek open had gedraaid. – II. Soms, als de lucht zo warm, het ligt zo klaar (161)

Jrg. 1, nr. 7, april 1946

Redactie: In memoriam Rob. Cijfer en H. Mogendorff. (169)
Robbert Cijfer: Lente (170), Dorpskermis (170), Aap (170), Karel V (171), Splendid isolation (171).
Hans Mogendorff: De brug (172), Herfst (172), Teken (172).
Margreeth Woltjes: Kruisiging. (179)
Jan Engels: Herfst (180), Boerenvrouw (180).

Jrg. 1, nr. 8, mei 1946

Frank Lulofs: Voorjaar (201), Zomeravond (201), Lied (202-203).
Jan Vreeken: Montmartre. (216)
Iwan Aljagov [pseudoniem van Albert Jan Govers]: Wisselspel der liefde: Dichterschap (217) – Anderszins (217) – Rondeel (218) – Liefde is zand (218) – Balans (219).
Paul van 't Veer: Poëet en dichter. (220-223) [Essay, poging tot onderscheid tussen uiteindelijk niet te onderscheiden 'poëtische' en 'dichterlijke' taal.]
Hub. Hupperts: Het bramenpad. (223)
Ad den Besten: Utrechtenaar (224), Lange Nieuwstraat (224), 'Achter de Klaas' (225), 'De Koninck van Portugal' (225), Oude Gracht (226), Nieuwe Gracht (226). [Uit 'Lof van Utrecht']

Jrg. 1, nr. 9, juni 1946

Jan Praas: Wij dwalen, wij dwalen, langs bergen en langs dalen. (233-234). [Proza: wat er mis is, gróndig mis, met de poëzie van na de oorlog.]
Thomas Vodijn [pseudoniem van Karel Blom]: Dichterschap. (247-252) [Essay; waarom 90% van de jongste dichtbundels achterwege had moeten blijven.]
Henk Bartelson: Einder. (252)
Johan van Delden: Vervoering blijft een wens. (253-256) [Bespreking van Reinold Kuipers: 'Koud vuur'. Hierin Kuipers' gedichten 'Zij', 'Aan de mens dezer wereld', en 'Al het oude liet ons onvervuld'.]
Jos. Hanne: Ironisch zelfportret, I t/m VI. (257-259)
C.A.G. Planije: Epische poëzie en subjectivisme. (260-262) [Essay; over het steeds groeiende individualisme, leidend tot vooral onnozele lyriek.]

Jrg. 1, nr. 10, juli 1946

Theo Joekes: Het zwerfziek hart (Een landelijke liefde): I. Beknopte reisgids. II. Legato ma non troppo. (265-266)
Ad den Besten: Het dichterschap en het denken. (267-274) [Essay; pleidooi voor 'de geordende en ordende wetten van het verstand', tegen de aanval in van Vodijn (in 'Dichterschap' in het voorgaande nummer), waarin deze de hedendaagse kunstenaars hun gepreoccupeerdheid met het denken verwijt.]
Guillaume van der Graft: Aan Iokaste. (278) [Voorpublicatie uit diens bundel 'Achterstand'.]
Max de Jong: 'Ça se perd!' (279-281) [Essay; stop de verheerlijking van de poëzie', zo wil Nord de jongeren afdwingen.]
Max de Jong: Omgekeerde apologie van de poëzie. (281-282) [Essay; pleidooi tegen de cultus van het gevoel in de poëzie, in plaats van cultuurgoed te scheppen.]
Hélène Nolthenius: Aan de sluiswachter (283), Onbewoonbaar verklaard (283), [eerste regel:] Waarom zou men niet spelen (283), Een droom (284).
Piet van Klaveren: Gebed in hongersnood (294), Portret van een strateeg (294).

Jrg. 1, nr. 11, augustus 1946

H.P.G. de Wringer: Aan een grijze kater. (285)
Jan van Sleeuwen: Dodendans (fragment) – De dood en de kastelein). (285)
Henk Breuker: La ballade blanche. (286-287)
Dirk Hoekstra: Maimoen (288), Adam (288).
Gerrit Kouwenaar: Ballade van de zoete zonde. (289-290)
Laurens Brinkman: Nocturne. (290)
Jan Vermeulen: Rats, kuch en bonen. (291-293) [Bespreking van Koos Schuur: 'Herfst, hoos en hagel'.]
J.P. [Jan Praas]: Een lesje in dichtkunst. (294-295) [Bespreking van Theo J. van der Wal: 'Over de poëzie en over de gedichten der jongeren'.]
H. v. S. [Hans van Straten]: Prefabricated poetry. (295-296). [Bespreking van het gedicht 'Départ du petit faune' van Jan. G. Elburg.]

Jrg. 1, nr. 12, september 1946

Mat Verdaasdonk: Rondeel in de wijngaard (354), Hora latina (354), Kloostertuin (355), Onsterfelijk hart (355).
W.S. Noorthoud: De joodse bruid (356), Panta rei (356).
Jan Vermeulen: Na de zomer (357), Nieuwjaar (357). Voorpublicatie uit 'Vergeefse herfst'.
Anoniem: Lintjesregen. (360)

Jrg. 2, nr. 1, oktober 1946

Guillaume van der Graft: Eva (9), Het verbloemde verdriet (9), God, vreemde God ... (10), Eens voor al (10).
C.J. Stip: (S)onnet (16), Overpeinzing – bij een blik knakworstjes genoten op 't huwelijk van Karst Karsten en Gerda van de Westeringh (16).
Hans van Straten: Herfsteinde. (32)

Jrg. 2, nr. 2/3, novmber-december 1946

Jan Praas: Versteende volmaaktheid. (92-93) [Bespreking van H.G. Hoekstra: Panopticum. Gedichten.]

Jrg. 2, nr. 4/5, januari-februari 1947 [laatst verschenen nummer]

Gerrit Achterberg: Spreekuur (108), Ovoïde (109), Het meisje en de trom (109).
Micahel Deak: Techniek, hersens en een dichtbundel. (132-135) [Bespreking van F. Schmidt-Degener: De poort van Isthar.]
Hans van Straten: Horribele duisterheid. (141) [Bespreking van W.F. Hermans: Horror coeli.]

Laatst bijgewerkt op 22 juni 2021

Concept [1]

Multicultureel literair tijdschrift (1987-2006)

Met inhoudsopgaven jaargang 5 t/m 9 (1991-1995).

Meer informatie

Literaire uitgave van de culturele vereniging ‘De Koofschep’.

AANWEZIG:

Jrg. 5, 1991: nr. 4 (december).
Jrg. 6, 1992: nrs. 1 (februari), 2 (mei), 3 (oktober) en 4 (december).
Jrg. 7, 1993: nrs. 1 (februari), 2 (mei), 3 (september) en 4 (december).
Jrg. 8, 1994: nrs. 1 (februari), 2 (mei), 3 (september) en 4 (december).
Jrg. 9, 1995: nrs. 1 (februari), 2 (mei), 3 (september) en 4 (december).
Jrg. 10, 1996: nrs. 1 (februari), 2 (mei), 3 (september) en 4 (december).
Jrg. 11, 1997: nrs. 1 (februari), 2 (mei), 3 (september) en 4 (november).
Jrg. 12, 1998: nrs. 1 (januari), 2 (juni), 3 (september) en 4 (december).
Jrg. 13, 1999: nrs. 1 (februari), 2 (mei), 3 (september) en 4 (december).
Jrg. 14, 2000: nrs. 1 (februari), 3 (september) en 4 (december).
Jrg. 15, 2001: nrs. 1 (februari), 2 (mei), 3 (september) en 4 (december).
Jrg. 16, 2002: nrs. 1 (februari), 2 (mei), 3 (september) en 4 (december).
Jrg. 17, 2003: nrs. 1 (februari), 2 (mei), 3 (september) en 4 (december).
Jrg. 18, 2004: nrs. 1 (februari), 2 (mei), 3 (september) en 4 (december).
Jrg. 19, 2005: nrs. 1 (februari), 2 (mei), 3 (september) en 4 (december).
Jrg. 20, 2006: nrs. 1 (februari), 2 (mei), 3 (september) en 4 (december), laatste in druk verschenen jaargang.

INHOUD, voor zover (over) Nederlandstalige poëzie na 1880

Jrg. 5, nr. 4, december 1991

Hejatomsma (pseudoniem van Lutgarde D'Hulster): Vertel ... (194)
Ruud Kolenberg: Eerste gedicht. (195)
Simmone Beerten: Leed. (195)
Lieven Martens: Uitkijkend (195), Stilte (195).
Pierre Goossens. Afscheid. (196)
Ina van Vondel: Herfst. (197)
Rita Bolman [eerste regel:] 's Nachts in de stilte. (197)
Cecile Vandoorne [eerste regel:] De avond rijdt. (197)
Jaap Reiding: Cordi Gratias. (198)
Peter Nieuwenhuizen: Verkozen graf. (198)
Philippe H. Rotsaert: Morgen wil ik ook zingen. (199)
Engelien ter Velde: Herfstig bos. (200)
Liliane Melis [eerste regel:] Jij bent. (200)
Rina Groot-Kalverboer: Erkenning. (200)
Stefaan Van de Perre: Aardse moeheid. (200)
Carl Hendrickx: Vergaan. (201)
Marra Smets: Vogeltje Carminogeltje. (202)
Walter Moonen: Eenmaal niet terug. (203)
Arie Onderdelinden Jr [eerste regel:] Als ik mijn klavieren speel. (203)
Bert Klein: Gala van onzichtbare stormen. (204)
Jan Heddebaut: Dichtersverdriet. (204)
Dirk Rommens: Bootvluchtelingen. (205) [Uit 'De morgen van het wit verdriet'.]
Maurice Geeroms: Ik zal trachten te vergeten. (206)
Lou Heynens: Roodverloren koorts (207), Mijn lachen is blind (207).
Roger Wastijn: Vitamorfose. (208)
Arie Onderdelinden Jr [eerste regel:] Eigenzinnigheid. (208)
Jan Heddebaut: Vandaag bij je graf. (209)
Nel Slothorst-Jurgens, vier gedichten uit 'Ontmoetingen': Jeugdherinneringen – Requiem – Drempel – Herstel. (210)
Ruth Zwijgers [eerste regel:] Haaien vang je niet met een schepnet. (211)
Jan Heddebaut [eerste regel:] Men noemde mij kunstenaar. (211)
Roger Wastijn: Letterlijk puntdicht (211), Grafschrift (211).
Peter Nieuwenhuizen: drie haiku's.
Nelly Pels: vier haiku's.
Rubriek 'Peilen – Pijlen – Gepeld'. (225-229) Korte besprekingen door diverse medewerkers van onder meer de volgende dichtbundels: Mariet Lems: Een plooi in de afstand / W. Snelder: Cirkels en segmenten / J.H. Maarten: Firma Lichtwater Blanko / Rob Bekker: Staart / Kees Hermis: Zonder omzien / Fernand Florizoone: Zee van naamloosheid / Gerrit Achterberg: Symbolen worden tot cymbalen. Bloemlezing samengesteld door R.L.K. Fokkema / Beatrijs van Craenenbroeck: Wachters van het kwade uur / Leander Hanssen: Ethologie / Roland Basteyns: Kortgeknipte nagels.
Rubriek 'Signalement'. (237-240) Signaleringen door diverse medewerkers van onder meer de volgende dichtbundels: Robin Hannelore (pseudoniem van August Obbels): Het zilver van de uilen / Gie van den Vonder: Zoektocht naar Arkadia.
Gerda De Preter: Schrijven. (242)
Robert Brewaeys: De reis van dichters. (243)
Geert Galle: Zeg niet. (243)
Helma Michielsen: Dichter. (244)
Roger Wastijn: Het muzenkind. (244)

Jrg. 6, nr. 1, februari 1992

Hejatomsma (pseudoniem van Lutgarde D'Hulster): Illusie. (2)
Gera Plas: De zon voorbij. (3)
Rina Groot-Kalverboer: Cirkel. (3)
Roger Wastijn: Kinetiek. (3)
Jeroen Mölling: Pauline (3), Relatieve afstand (3).
Engelien ter Velde: Winterweer. (4)
Ruud Kolenberg: Stilte voor de vorm. (4)
Rita Bolman [eerste regel:] Mijn kijken stroomt. (4)
Lieven Martens: Valavond. (4)
Lou Heynens: Dit jaar is alles heftig. (5)
Jan Heddebaut [eerste regel:] Lachend verschuilde je innerlijk verdriet. (5)
Bert Kleijn: Ballade van de eeuwige oorlog. (6)
Ton Luiting: Droom. (7)
Japke de Kraker-van Abbema: De cocon. (7)
Marjolein Wolf: Schrijverscocon. (7)
Ruud Kolenberg: Stilte (7)
Nelle Honig: Lawine. (8)
Deen Engels: Talkschow. (8)
Cecile Vandoorne: Nummer één. (8)
Herman Peters: De dichter. (9)
Lilane Melis [eerste regel:] Verscheurd, versplinterd. (9)
Roger Wastijn: Maskers. (10)
Achiel Peleman: Op verkenning. (11)
Hejatomsma (pseudoniem van Lutgarde D'Hulster): Sproetje ... sproetje ... sproetje ... (11)
Maurice Geeroms: Zomerkleedje. (12)
Stefaan Van de Perre: De wind. (12)
Hannie Rouweler: Monoloog. (12) [Uit ‘Langs de rand’.]
Ina van Vondel: Op rood papier. (13)
Liliane Melis [eerste regel:] Ze leeft in spelonken van verdriet. (13)
Cobie Korteland: In naam van ... (14)
Griet De Jonghe: Dankgebed. Ter nagedachtenis van mijn overleden broeder. (14)
Rubriek 'Peilen – Pijlen – Gepeld'. (29) Korte besprekingen door Herman Peters van de volgende dichtbundels: Joke van der Ark: Op de wind / Ronald Besemer e.a: Naar morgen 67.
Rubriek 'Signalement'. (33-35) Signaleringen door diverse medewerkers van onder meer de volgende dichtbundels: Lieven Martens: Hoogzomer / Steven Vermeulen: Over de geheimen.

Jrg. 6, nr. 2, mei 1992

Hejatomsma (pseudoniem van Lutgarde D'Hulster): Lenteprikkels. (66)
Ruud Kolenberg: Meisje (67), Stilte (67).
Deen Engels: Verontrusting (68), Glaswerk (68).
Hannie Rouweler: De criticus (69), Ontmoeting (69).
Walter Moonen: Testament van hartkloppingen. (70)
Frans Schellekens: Voelen. (70) [Uit ‘De stille kracht’.]
Agnès Snitker: Sterven. (71)
Erica Engels: Herfst in de Ardennen. (71)
Maurice Geeroms: Weethonger. (72)
Liliane Melis: Gesticht. (73)
Roger Christiaens [eerste regel:] Is het mooi of geweest. (73)
Marten Beerman: Woorden, 1 t/m 3. (74)
Roger Wastijn: Recept. (75)
Eric De Pauw: Nocturne. (75)
Lieven Martens: Zeeuws-Vlaanderen (76), Verleden tijd (76).
Achiel Peleman: Opwaarts. (77)
August Leunis [eerste regel:] Nog gaat onverminderd door. (77)
Bert Klein: Wachten in de eenzaamheid. (78)
Jos Murez: Vader en zoon. (78) [Uit ‘Vincula’.]
Peter Nieuwenhuizen: Labjournaal. (79)
Steven Vermeulen: Vrouw. (79)
Lou Heynens: Palu - Pula - Paul - Lupa. (80)
Jozef Vandromme: Verlangen. (80)
Elisabeth C. le Blanche: Ismaël. (81)
Dirk Ceulemans [eerste regel:] Ik hield van mezelf. (81)
Gera Plas: Schrijven. (82)
Johan Dugardin: Scheppingsverhaal. (82)
Jan Heddebaut: Overleven. (82)
Philippe H. Rotsaert: Blijdschap (bij de 90e verjaardag van tante Rosa) (83), Bezinking (83).
Joanan Rutgers: Leegte. (84)
Rina Groot-Kalverenboer: Bomen (84)
Ubbo-Derk Hakholt: ‘Blijf wakker!’ (85)
Roger Wastijn: Getuigenis. (85)
Jan Hendrik Meijer: J.H. Leopold. (86)
Herbert Leupen: Intellectuelen. (86)
Rubriek 'Peilen – Pijlen – Gepeld'. (104-107) Korte besprekingen door diverse medewerkers van onder meer de volgende dichtbundels: Anke Binnerts: Het schaduwloze kind / Hans Kilian: Tongval / Frans Mink: Tot op de bodem / Ugo Verbeke: Stilte na moeder / Edith Oeyen: Een kruis werd door het huis van eenzaamheid.
Suzy Van Bever: Hoop. (114)
Rubriek 'Signalement'. (115-120) Signaleringen door diverse medewerkers van onder meer de volgende dichtbundels: Liliane Melis: Een schreeuw in het duister / Jef Habex: Van oog- en andere contacten / Wilfried De Boeck: Woorden als houtskool / Ria Daems: Een kanariegele dag / Dries Acke: Broze vogel / Agnès Snitker (red.): Vriendenboek. [Teksten en afbeeldingen van een dertigtal auteurs en kunstenaars.] / H. Tersted: Het pad van de haiku. / Maja van Benthem: Bloemen voor die clown!
W.A. Nijts: Kennismaking met: Juul Kinnaer. (121-123)
Juul Kinnaer: Wij waren jong. (123)

Jrg. 6, nr. 3, oktober 1992

de Longueville: Voor jou. (130)
Ruud Kolenberg: Vondeling (131), Onhoudbaar gedicht (131).
Deen Engels: Voldoende (132), Schering (132).
Eric De Pauw: Dierentuin. (133).
Johan Dugardin: Nacht en ochtend. (133)
Hannie Rouweler: Kansspel (134), geluk voor twee (134).
Herbert Leupen: Intellectueel schrijft liefdesbrief. (134)
Lieven Martens: Bergen. (135)
Patsy Van Hove: De vier seizoenen. (135)
Jan Heddebaut: Over (136), Gebroken (136).
Dirk Ceulemans: Triade. (137)
Marten Beerman: Recorder, 1 t/m 3. (137)
Walter Moonen: Zonlicht.
Hejatomsma (pseudoniem van Lutgarde D'Hulster): Mediteren. (138)
Ubbo-Derk Hakholt: Nu de taal misbruikt wordt. (139)
Eric De Pauw: Ars longa, vita brevis. (139)
Achiel Peleman: Omhelzing. (140)
Helma Michielsen: Gedomineerd. (141) [Uit ‘Voetstappen van kaftpapier’.]
Rina Groot-Kalverboer: De ekster. (141)
Henri Thijs: Verlichte vensters. (142)
Roland Basteyns [eerste regel:] Ik sluit de ramen op een kier. (142) [Uit ‘Kortgeknipte nagels’.]
Jos Murez: Bangladesj (143), [eerste regel:] Wat rest me nog aan tedere gebaren (143). [Beide gedichten uit ‘Vincula’.]
Jozef Vandromme: Kind zijn. (144)
Ria Daems: In een melodie. (144) [Uit ‘Ik moet nog terug’.]
Ange Kiebooms: Ordonieke. (145) [Uit ‘Ordonieke’.]
August Leunis [eerste regel:] Wachtende weiden. (145)
Maurice Geeroms: Duizend vogeltjes. (146)
Roger Wastijn: De zielepoot. (146)
Griet De Jonghe: De tuin (147), Alfabet (147).
Alice Van den Bulck: Anne Frank. (147)
Bert Willems: twee haiku’s. (149)
Ada Suir: twee haiku’s. (149)
Heidi van Schuylenbergh: haiku. (149)
Mark Meekers [eerste regel:] Ik klim in de boom. (150)
Johanna W.P. Hell [eerste regel:] Boven de wolken. (150)
Liliane Melis [eerste regel:] Schelpen op het strand. (150)
Rubriek Peilen-Pijlen-Gepeld. (167-169) Korte besprekingen door diverse medewerkers van onder meer de volgende dichtbundels: Denijs Van Killegem: Een vergezicht / J.C. van Schagen: Gedichten / Wilco Berga: Gedichten en alles wat meegaat / Jan Vanhaelen: Portretten en landschappen.
Roger Wastijn: Kennismaking met: Mathieu Kikken. (172)
Rubriek Signalement. (173-176) Signaleringen door diverse medewerkers van onder meer de volgende dichtbundels: Agnès Snitker: Woorden van wind en water / Eric De Pauw: Een huis met vensters / Deen Engels: Afwachten in de koelkast / August Leunis: De jaren / Gert Vingeroets: Getooid met duisternis / Johanna W.P. Hell: Tussen maanstenen en zonnebloemen / Caroline Van Maele: Eindeloos blauw / Gerda Jorens-Pellegrins: Mistig / Hubert Jacobs: Cascaden.
Jef Habex: Poëzie en gevoelens. (177-181) [Essay]

Jrg. 6, nr. 4, december 1992

Egir Falucia [eerste regel:] Mijn oude boom. (195)
Peter Nieuwenhuizen: Onzekere nacht (196), Verlangen (196).
Lia Barbiers: Dwaalwegen der wereld. (196)
Gera Plas: Foto’s, 1 t/m 3. (197)
Lou Heynens: Een rondreis. Vijf gedichten voor Boris Vliegen. (198)
Moris De Smet: Het land, (199), [eerste regel:] Je hebt de zon zien breken (199).
Bob Kerssen [eerste regel:] water (200), [eerste regel:] de wind (200).
Dirk Ceulemans: Gezelschapsspel. (200)
Hannie Rouweler: Momentum. (201)
Joanan Rutgers: 2000. (201)
Peter Kauwenberghs: Bijna nabij (202), Voorbij (202).
Lieven Martens: Mens zijn. (203)
Ruud Kolenberg: Stilte (204), De dichter en ik (204).
Bob Jansen: Smeekbede. (205)
Erica Engels: Hoge Venen. (205)
Jaap Reiding: De vrouw zonder eigenschappen. (206)
Walter Moonen: Verloren liefde. (207)
Nelle Honig: Muze (musis sacrum). (207)
Patsy Van Hove: Scheppingsverhaal. (208)
Jozef Vandromme: Winter. (208)
Herman Cogghe: Vissersleven. (209)
August Leunis [eerste regel:] in het duinenreservaat rechtop. (209)
Liliane Melis [eerste regel:] De volle maan schijnt in mijn achtertuin. (210)
August Leunis [eerste regel:] deze kusten onderdrukken hun lusten. (210)
Rudy Lemoine: Zwart licht. (211)
Roger Christiaens [eerste regel:] ik schrijf je zomaar. (211)
Willy Lauwers: Zandloper. (212)
Thomas Hagen: Hilversum (213), Zwaluwte (213). Uit: Mond dood. Revolutie vanuit de kinderstoel.
Jan Heddebaut: Momentopname. (214)
Agnès Snitker: Vrouw. (214)
Deen Engels: Ring (215), Stigma (215).
Piet Clarisse: Bellen blazen. (216)
Geert Verbeke [eerste regel:] Witte banen. (216)
Roger Wastijn: Apraxie. (217)
Marten Beerman: Forsythia. (217)
Paul Kreetz [eerste regel:] De toekomst is. (218)
Ton Luiting: Vallejo. (219)
Ubbo-Derk Hakholt: Uit eigen werk. (219)
Murk A.J. Popma [eerste regel:] Men formuleert op een grens. (220)
Karel Wasch: Vogeltrek. (220)
Bob Kerssen: vijf haiku’s (221)
Hannie Bleij: twee haiku’s. (221)
Herman Cogghe: negen haiku’s. (222)
Rubriek 'Peilen – Pijlen – Gepeld'. (232-238) Korte besprekingen door diverse medewerkers van onder meer de volgende dichtbundels: Marieke Jonkman: Plejaden / Joris Denoo: Voltooid verwarmde tijd / Sylvia Huber: Eufrosyne (of: morgen ook goed?).
Moris De Smet: Kennismaking: Jos Murez. (248-251)
Cor Westerman: Kennismaking: Maja van Benthem (252), hierin haar gedicht ‘Heimwee’.

Jrg. 7, nr. 1, februari 1992

De Longueville: Chaos. (2)
Walter Moonen: De eeuw van het licht. (3)
Deen Engels: Container. (3)
Roger Wastijn: Contrapunt. (4)
Gert Vingeroets: In eigen beheer. (4)
Ton Luiting: Celan. (5)
Deco Lynn [eerste regel:] nuchtere samenscholing. (5)
Lia Barbiers: Zoals een kind een deling maakt. (6)
Nelle Honig: Nacht. (6)
Agnès Snitker: een turks bad en sneeuwwitje. (7)
Ruud Kolenberg: Geboorteplek. (7)
Joanan Rutgers: Kloppend vlees. (8)
Roger Christiaens [eerste regel:] In het dit ene nieuwe lied. (8)
Ubbo-Derk Hakholt: Moeten. (9)
Liliane Melis [eerste regel:] Met schokkende bewegingen. (9)
Bob Jansen: De grote verandering. (10)
Jan Heddebaut: Godot. (10)
Dirk Ceulemans: Een waanzinnige affiche. (11)
Hans van Tamelen: Wederhelft. (11)
Lieven Martens: Dixance. (12)
Jos Zegwaart-Rooijers [eerste regel:] In mijn computer. (12)
August Leunis [eerste regel:] Nog gaat onverminderd door. (13)
Bob Kerssen [eerste regel:] de zee. (13)
Marc Jacobs [eerste regel:] Wat een te gek beest. (13)
Jaap Reiding: Ultima ratio. (14)
Johan Dugardin [eerste regel:] Tot zover Sien. (14)
Achiel Peleman: Onbewust. (15)
Karel Wasch [eerste regel:] Onder de draden. (15)
Erica Engels: Wals met een held in Parijs. (16)
Engelien ter Velde: De legende van de menhirs van Carnac. (16)
Pierre Goossens: Met mij de zondaar. (17)
Maurice Geeroms: Zo wil ik. (18)
Jan Heddebaut: Biografie. (18)
Murk A.J. Popma [eerste regel:] Filosofische gedachtengangen. (19)
Gemma: Onontkoombaar. (20)
Deen Engels: Schommeling. (20)
Els Huybrechts [eerste regel:] Sterven in november is. (21)
Erica Engels: Station. (21)
Marten Beerman: Roodborstje. (22)
Lejo van Kuijeren: Zuiderpark. (22)
Piet Clarisse: Segment 1. (23)
Lia Barbiers: Wachtend op verwoording. (23)
Corrie Vollenhoven op 't Land: Vermenigvuldigen (24), Oponthoud (24). [Uit ‘Mijn lijfeigene’.]
Bob Kerssen: drie haiku’s. (25)
Jan Heddebaut: haiku. (25)
Marianne Kiauta: drie haiku’s. (25)
Jan de Bruyn: Kremetart. (27) [Afrikaans]
Louis Esterhuizen: Opstand. (28) [Afrikaans]
Daniël Hugo: Sinsverwarring. (28) [Afrikaans]
Fanie Olivier: Kapiteinskloof. (29) [Afrikaans]
H.J. Pieterse: Mapungubwe, I t/m III. (30-31) [Afrikaans]
Ian Raper: Tsiendangolo. (32) [Afrikaans]
Peter Snijders: Dankie my baas. (33) [Afrikaans]
Rubriek 'Peilen – Pijlen – Gepeld'. (50-56) Korte besprekingen door diverse medewerkers van onder meer de volgende dichtbundels: Hans Verhagen: Autoriteit van de emotie / Leila Kubegusa: Ik zoek de maan / Frans August Brocatus: Niet tevergeefs / Kris Verellen: De bijpas van de jaren / Judith Herzberg: Zoals / Miriam Van hee: Reisgeld / Jan Nies: Hard fluweel.
Jan Visser: De meerwaarde van het dromen. Over leven en werk van Lou Heynens. (57-59)

Jrg. 7, nr 2, mei 1993

M.H. van Benthem-Berkel: Voorjaar. (67)
Gert Vingeroets: Elegie voor een prins der letteren. (67)
Roger Wastijn: De winkeliers (68), Plagiaat (68).
Agnès Snitker: Aard. (69)
Lieven Martens: Eeuwig water. (69)
Maurice Geeroms: jeugd. (70)
Agnès Snitker: Tijdopname. (70)
Eric De Pauw: Regenbogen. (71)
Ruud Kolenberg: Dichter. (71)
Piet Clarisse: Segment twee. (72)
Bob Jansen: Gewijzigd perspectief. (73)
Murk A.J. Popma [eerste regel:] Vrij is alleen. (74)
Lia Barbiers: Voor Ursula in India (adoptiekind). (75)
Nelle Honig: Paspoort. (75)
Engelien ter Velde: Uitdaging. (76)
Liliane Melis [eerste regel:] Geuren vol herinneringen. (76)
Ubbo-Derk Hakholt: Buigend. (77)
Deen Engels: Descargo. (77)
Marten Beerman: De parabel. (78)
Agnès Snitker: Onweer. (78)
Achiel Peleman: Onhoorbaar. (79)
Liliane Melis [eerste regel:] Ze rust in het donkere ledikant. (79)
Walter Moonen: De walkuren van het woord. (80)
Arie Onderdelinden Jr.: En niets anders ... (80)
Dirk Ceulemans: Momentendag. (81)
Karel Wasch: Twijfel. (81)
Jaap Reiding: Nuttige wenk. (82)
Jan Heddebaut: Kinderenleed. (82)
Alice Van den Bulck: Verademing. (83)
Milly Wiers [eerste regel:] nu valt de schemer slecht, 1 t/m 3. (84)
August Leunis [eerste regel:] alles vlucht uit het vergeven. (85)
Erf Schwietring: Weerzien. (86)
Jos Zegwaart-Rooijers [eerste regel:] Grauw is mijn vakantieland. (86) [Uit ‘Pleisterplaats’.]
Gemma: Onontkoombaar. (87)
Deco Lynn [eerste regel:] stille nacht. (87)
Lejo van Kuijeren: Huiswaarts gaan. (88)
Gert Vingeroets: Poesis dementia. (88)
Bob Kerssen [eerste regel:] we wonen in. (89)
Tom de Klerk: God. (89)
Bert Klein: Moeder en kind. (90)
Roger Wastijn: Uitwijding. (90)
Willy Lauwens: Een gevoel van droefheid. (91)
Laurine Vandepitte: Geborgenheid. (91)
Hubert De Splenter: twee haiku’s. (92)
Fred Hopman: twee haiku’s. (92)
Herman Cogghe: haiku. (92)
Bob Kerssen: twee haiku’s. (92)
Rubriek 'Peilen – Pijlen – Gepeld'. (100-107) Korte besprekingen door diverse medewerkers van onder meer de volgende dichtbundels:
Hugo Brems & Ad Zuiderent (sam.): Hedendaagse Nederlandse dichters / Wik Pijper: Ik ben voor niemand iemand meer / Hester Knibbe: Meisje in badpak / Judith Mok: Materiaal / Job Degenaar: De helderheid van morgens / Elisabeth Kappner: Om de vonken / Herman Leenders: Ogentroost / Suzy Van Bever: Kunst in het bloed / Albert Megens: Boventonen / Helène Kwartsz: Lindo het zeepaardje. Kindergedichten / Patrick Cornillie: De draagwijdte van het heden / Jan Heddebaut: Een woord tot lafenis.
Roger Wastijn: Kennismaking: Pierre Goossens. (115-118)
Roger Wastijn: De dichter Robert Pearce. (123)
Robert Pearce: Lied vir Azania / Suid Afrika (124), Stil naweek (124).

Jrg. 7, nr. 3, september 1993

Dick Ronner: Geveld verleden. (130)
Walter Moonen: Mijn engelbewaarder. (131)
Jozef Vandromme: Herinnering. (132)
Jan Heddebaut [eerste regel:] er is alles in de wereld. (132)
Laurine Vandepitte: Eenheid. (133)
Hilde Deknopper [eerste regel:] golven rollen af en aan. (133)
Jaap Reiding: Vergeefse moeite. (134)
Ubbo-Derk Hakholt: In een parkeerstraat. (134)
Lia Barbiers: Zaterdagavond. (135)
Dirk Ceulemans: Over de verschijning Paula. (135)
Deen Engels: Voorpost. (136)
Gemma: Vannacht. (136)
Gert Vingeroets: Echo. (137) [Uit ‘Wachters van het kwade uur’.]
Dirk Ceulemans: Frontkromme. (137)
Maurice Geeroms: Het kroost. (138)
Agnès Snitker: Avond. (138)
Lejo van Kuijeren: Voor Jan. (139
Karel Wasch [eerste regel:] onder de draden. (139)
Pierre Goossens: En alles wat heimwee heet. (140)
Agnès Snitker: Bamboe. (140)
Lieven Martens: Onrust. (141)
Engelien ter Velde: Herfst. (141)
Murk A.J. Popma [eerste regel:] Goden zijn symbolen. (142)
August Leunis [eerste regel:] de avond heeft alles toegedekt. (142)
Pieter Clarisse: Segment 3. (143)
August Leunis [eerste regel:] men ademt papieren wetten. (143)
Deen Engels: Roep. (144)
Ellen Hauwert: Zonsondergang. (144)
Bob Kersen [eerste regel:] vreemd. (145)
August Leunis [eerste regel:] om dit heimwee naar geuren en kleuren. (145)
Agnès Snitker: Sarajevo. (146)
Roger Wastijn: De doem. (146)
Bob Janssen: Op weg naar ‘t beloofde land. (147)
Gert Vingeroets: Naglans. (147)
Achiel Peleman: Onbewust. (148)
Liliane Melis [eerste regel:] waar jij gaat. (148)
Jan Hendrik Meijer: Perse. (149)
Carine Goossens: Wolken. (149)
Marten Beerman: Het verloren landschap. (150)
Bert Klein: Sporen in het zand. (150)
Jan Schotte: Siësta. (151)
Patricia Rogge: Verlangen. (151)
Joanan Rutgers: Blauwdruk. (152)
Juul Kinnaer [eerste regel:] de zomer staat gerijpt in schoven. (152)
Patrick Vanhaelemeesch: Animaal animo (153), Zoals jij (153).
Pauline Schreibers: Merk. (154)
Daniël Vinckevleugel: Soldaten van steen. (154)
Jos Zegwaart-Rooijers: Souvenir voor een dochter. (155) [Uit ‘Pleisterplaats’.]
Erf Schwietring: Opdracht. (155)
Bennie Sieverink: In de morgenstond (157), Low-budget dichter (157)
Ton Luiting: drie haiku’s. (158)
Heidi van Schuylenbergh: vijf haiku’s. (158)
Rubriek 'Peilen – Pijlen – Gepeld'. (170-175) Korte besprekingen door diverse medewerkers van onder meer de volgende dichtbundels: Vijvers barsten van het water. [Twintig geselecteerde gedichten van beginnende dichters] / Leopold Vermeiren: De nieuwe mens van Borneo / Fil De Ridder: De eerste morgen is er brood en hemel / De Kabouterpennetjes [= twaalf dichteressen van 10-19 jaar]: Wanneer muziek in je oren klinkt / Nand Hendrix: De andere kant / Jean-Luc Salomez: Minder, minder en minder.
Rubriek 'Signalement'. (177-179) Signaleringen door diverse medewerkers van onder meer de volgende dichtbundels: Dini de Groot & Willem Bierman: Cafégezichten / René Geldhof: Als een boom van verlangen / Schrijversvereniging Scriptum: In zekere zin / Mathieu Kikken: Levens-waarde / Bob Jansen: Ongerijmd / Juul Kinnaer: Eiland beneden de wind.
Ton Luiting: Rilke in Torhout. Gedicht voor Roger Verkarre. (198)

Jrg. 7, nr. 4, december 1993

Murk A.J. Popma: Hoe ontstaat een mythe? Bij een gedicht van Karel Wasch [‘Gang door de steedse dag’]. (202-203)
Lou Heynens: Dichten is dichterbij. (205)
Bob Kerssen [eerste regel:] zo hoog. (205)
Maurice Geeroms: Wie ik was. (206)
Juul Kinnaer [eerste regel:] de memel zit in het zomeruur. (206)
Jan Hendrik Meijer: Kant. (207)
Dirk Ceulemans: Désir. (207)
Jef Duflou: Grote vogel. Bij een beeld van Chris Ferket. (208)
Jozef Vandromme: Voorbij. (208)
Joanan Rutgers: Afspiegeling. (209)
Lieven Martens: Nacht. (209)
Hilde Deknopper: Door-zicht. (210)
Jaap Reiding: Inval. (210)
Lia Barbiers: Geen van allen. (211)
Ellen Hauwert: Vluchtig. (211)
Ubbo-Derk Hakholt: In vroeger tijden. (212)
Jos Zegwaart-Rooijers: Onderling verlangen (213), Twist (213). [Beide gedichten uit ‘Dingen die gebeuren’.]
Agnès Snitker: Vertrek (214), Honger (214).
Marten Beerman: De droom. (215)
Deco Lynn [eerste regel:] de stuurse poort. (215)
Deen Engels: Geredde. Gedenken ze Nelly Sachs (1891-1970). (216)
Carine Goossens: Voor Abzetta. (216)
Jan Schotte: De mafia van Espeto. (217)
Willy Lauwens: De roedekus geweigerd. (218)
Line Claeys: Vroeger. (319)
Laurine Vandepitte: Opstanding. (219)
Piet Labian: Schiet niet op de pianist! (220)
Jan Heddebaut: Voorbij. (220)
Patrick Vanhaelemeesch: Epifanie. (221)
Roger Wastijn: Relatieve relatie. (221)
Karel Wasch: Bakens. (222)
Deen Engels: Deur. (222)
J.M. van Gerwen [eerste regel:] in deze wereld zul je. (222)
Deen Engels: Leegte. (223)
Erf Schwietring: Hartstocht. (223)
Jaap Reiding: Een voortzetting. (224)
Lejo van Kuijeren: Les écoliers curieux. (224)
Bert Klein: Het kerstkaartje. (225)
Anthia C.M. Boers: Herfst. (225)
Emiel Van Laere: Verlof aan zee. (226)
José De Sager [eerste regel:] als mensen mij verstikken. (226)
Frans Van der Staey: Angst maar hoop. (227)
Alice Van den Bulck: Kinderversje: De eendenfamilie. (227)
Joop Van Rijssel: twee haiku’s (228), Kerstgedachte (228).
Bob Kerssen: drie haiku’s. (228)
Marten Beerman: haiku. (228)
Bert van der Zouw: Verlangen (229), Lente (229).
Bennie Sieverink: Gala. (229)
Patricia Rogge: ‘Ik word ooit eens miljonair’. (229)
Rubriek 'Peilen – Pijlen – Gepeld'. (240-245) Korte besprekingen door diverse medewerkers van onder meer de volgende dichtbundels: Deen Engels: De bloemenhaai (met weergave van het slotgedicht ‘Eer’) / Eugène van Itterbeek (sam.): Wereld zonder einde [59 vertalingen van gedichten uit diverse Europese landen en drie Nederlandstalige gedichten] / Jacob Groot: Losse schuur / Agnès Hagnos: Liefde voorbij eenzaamheid / Daniël Billet (sam.): ‘Een Puit met hete pootjes.’ [Gedichten van Guido Gezelle ontsloten voor kinderen en jongeren.] / Rogier Thomsen: Pennewipjes.
Ton Luiting: bespreking van Maria Sesselle: ‘Tango met de dood’. (246)
Rubriek 'Signalement'. (261-266) Signaleringen door diverse medewerkers van onder meer de volgende dichtbundels:
Philippe H. Rotsaert: ‘Kleingedichten’. Liefste-miniatuurtjes / Jos Zegwaart-Rooijers: Dingen die gebeuren / Walter Suys: Signalen van Kuanyin / Egied Steylaerts: Gitzwart is gerijpt / Hubert Jacobs: Aurora / Hejatomsma (pseudoniem van Lutgarde D'Hulster): Stijgen uit dimensies / Bennie Sieverink: In de cyclus / Magda Breugelmans: Vangnet van woorden / Lieven Martens: Niets is voor altijd / Verborgen dichters in Heemstede, deel 10 [Verzamelbundel met een vijftigtal inzendingen voor de Tiende Poëzieavond, Heemstede, 7 oktober 1993.] / Liliane Melis: Het zachte merg ontbloot / Hendrik Boonen: Ik heb je lief.
Roger 65. Gedichten en prozateksten bij de 65e verjaardag van Roger Wastijn, met zijn dankwoord. (267-276 + 278) [Gedichten van Moris De Smet, Hubert De Splenter, Heidi van Schuylenberg, Helma Michielsen, Arie Onderdelinden jr., Gerd de Ley, Riek Venema, E. Punt, Achiel Peleman, Lia Barbiers, Eric De Pauw, Mark Meekers, en Ria Daems.]

Jrg. 8, nr. 1, februari 1994

Anne-Marie Conradie: ’n Nagliedjie. (1)
Lia Barbiers: Dicht bij onszelf. (3)
Marten Beerman: Het zelfportret. (3)
Patricia Rogge: Die zoete pijn. (4)
Ellen Hauwert: Zuivering. (4)
Patrick Vanhaelemeesch: Klasgesprek. (5)
J.M. van Gerwen: Wachtkamer. (5)
Willy Lauwens: Dag en nacht. (6)
Liliane Melis [eerste regel:] Oeverloos mijmeren. (6)
Johan van Delden: Bunderhee. (7)
Karel Wasch: Verschijning. (7)
Agnès Snitker: Droomdicht. (8)
Bob Kerssen [eerste regel:] zo is mijn diep. (8)
Bob Jansen: Groepsfoto met perspectief. (9) [Uit ‘Ongerijmd’.]
Lieven Martens: Zwanen. (9)
Jaap Reiding: Requiem voor een berk. (10)
August Leunis [eerste regel:] het is goed leven op het land. (10)
Walter Moonen: Betovering. (11)
Ubbo-Derk Hakholt: Gang van een ras. (11)
Piet Labian: Noord en Zuid. (12)
Jeroen Gradener: Genesis. (12)
Lou Heynens: Portret. (13)
Lejo van Kuijeren: Alledaags wonder. (13)
Line Claeys: In wit gewaad. (14)
Bert Klein: Hun stilte helpt de hoop. (14)
Maurice Geeroms: Gif. (15)
Jos Zegwaard-Rooijers: Toonbeeld. (15)
Eric De Pauw: Sluier. (16)
Deen Engels: Diploma. (16)
Carine Goossens: Anna. (17)
Laurine Vandepitte [eerste regel:] Huilen mag. (17)
Roger Wastijn: Contrast. (18)
Hilde Deknopper [eerste regel:] Parels. (18)
Emiel Van Laere: Een arme klare langs ’t strand. (19)
Jan Schotte: De getroonde mummie. (20)
Renée Bouws: damn it! (21)
Achilles Gautier: Apologie van de bruine beer. Uit ‘Een nieuw bestiarium’. (22)
Joanan Rutgers: De vink. (22)
Jozef Vandromme: Sneeuwpret. (23)
Alice Van den Bulck: Vogelverschrikker. (23)
Jaap Reiding: Ollekebolleke. (23)
Jef Habex: Poëzie ‘nu’ als assepoester. (24-34) [Essay, over nut en begrijpelijkheid van moderne gedichten.]
Fred Hopman: vier haiku’s. (36)
Lia Barbiers: Plots witter – Dit kind. (36)
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (45-50) Besprekingen door diverse medewerkers van: Tony Rombouts: Het gruwelpaleis / Frank Zonderland: Wie winden zaait zal stoffig zijn / Hester Knibbe: Meisje in badpak / Hans Kilian: Nachtvlinders.
Rubriek ‘Signalement’. (52-56) Signaleringen door diverse medewerkers van: Frans August Brocatus: Niet tevergeefs / Hans Kilian: Stadsgezicht / Wim Nelis: Kroniek van een witbladroller / Ingrid Lenaerts: Caledonisch kruid / Mark Meekers: Camille, een steenworp in de tijd.

Jrg. 8, nr. 2, mei 1994

Hans Krol: In memoriam Agnès Snitker. (74-75)
Agnès Snitker: Elementair. (75)
Jeroen Gradener: Lente. (76)
Joanan Rutgers: Dansen. (76)
Joop van Rijssel: Woordenloos. (77)
Bob Kerssen [eerste regel:] het zwangere. (77)
Jaap Reiding: De nar. (78)
Arie Onderdelinden: Triolet. (78)
Lia Barbiers [eerste regel:] soms zien wij anderen als anderen. (78)
Lia Barbiers: In het voorbijgaan. Afdeling oncologie (79), Familiebezoek. Afdeling oncologie (79).
Ubbo-Derk Hakholt: Geen goed gedicht. (80)
Joop van Rijssel [eerste regel:] Mijn geest was onrustig in mij. (80)
Lieven Martens: Onbegrepen liefde. Uit ‘Hoogzomer’. (81)
Hilde Deknopper [eerste regel:] Grashalmen. (81)
Anthia C.M. Boers: Zomer-zonnewende. (82)
Jozef Vandromme: Gebed om zomerregen. (82)
Jos Zegwaart-Rooijers: Hier en daar. (83)
Dick Ronner: Klok. (83)
Peter Kauwenberghs: Sprookje. (84)
Piet Labian: Eerste huiver. (84)
Deco Lynn: Verwerking. (84)
Karel Wasch: Vooruit lopen. (85)
Marten Beerman [eerste regel:] Alles had ik de rivier overgebracht. (85)
Bert Klein: De meisjes lag. (86)
Maurice Geeroms: Het graf. (86)
Jan Schotte: Het witte schip. (87)
Roger Wastijn: Het poppenspel. (88)
Philippe H. Rotsaert [eerste regel:] Het stuifzand schuurt. (88)
Walter Moonen: Wakende engelen (89), Aan jouw strand (89).
Deen Engels: Anabasis (90), Flarden (90), Ongevallen (90).
Willy Lauwens: Groeiend vergaan in schoonheid. (91)
Liliane Melis [eerste regel:] Met pijl en boog. (91)
Ellen Hauwert: Ruimte. (91)
Achilles Gautier: Pavlov. (92) [ Uit ‘Een nieuwe bestiarium’.]
Frans de Birk [eerste regel:] emotionele rente. (92)
J.M. van Gerwen [eerste regel:] met één tedere handbeweging. (92)
Laurine Vandepitte: Egyptische suite I: Nijl – Ramses IV – Karnak. (93)
Leopold Van Beneden: Natuurevocaties. (94)
Emiel Van Laere: Ode aan de Canadese winters. (95)
Juul Kinnaer: negen haiku’s. (96)
Murk A.J. Popma: Over de poëzie van Suzette Mathilde Gotlieb. (112-115) [Bespreking van enkele van haar gedichten.]
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (116-121) Besprekingen door diverse medewerkers van: Frans Fransaer: Ingelijst / Hans Olsthoorn: Tien fragmenten / Met vlag en wimpel: verzamelbundel Gorcumse literatuurprijs 1993, met verhalen, gedichten en essays.
Herman Peters: Literair bekeken. Hans Faverey. Tussen vermoeden en verstaan. (123) [Bespreking van Favereys gedicht ‘Stilstand’.]
Rubriek ‘Signalement’. (124-125) Signaleringen door diverse medewerkers van: Suzy Van Bever: Voorliefde voor eenvoud / Henri Thijs: Woordbreuk / Pieter van der Heijden: Gaat u maar zitten.

Jrg. 8, nr. 3, september 1994

Achiel Peleman: Mijmering. (146)
Patrick Vanhaelemeesch: Land uit zicht. (147)
Bob Jansen: Totdat. (148)
Karel Wasch: Bakens (149), Volgen (149), [eerste regel:] Verschroeide aarde, smeulende zwarte grond (149).
Jaap Reiding: Onmacht. (150)
J.M. van Gerwen [eerste regel:] waarom ik deze tekening heb gemaakt. (150)
Walter Moonen: Nog eens eenmaal. (151)
Dick Ronner: Noorddijk. (151)
Lieven Martens: Begijnhof. (152)
Lia Barbiers: Doorheen de ochtendzon. (152)
Lidy Hoogendoorn: Echoput. (153)
Roger Wastijn: Zonder antwoord. (153)
Frans de Birk: Stilte. (154)
Renée Bouws [eerste regel:] een gekreukelde geranium. (154)
Dirk Ceulemans: Woordenporselein (155), Paradijsspel (155).
Lejo van Kuijeren: Stilte. (155)
Piet Labian: De dood van de rivier. (156)
Paul Monard [eerste regel:] De tijd is rijp, ik stelde dat. (156)
Marc Jacobs: Pin-up-girl. (157)
Guy Vanden Broeck [eerste regel:] ik schrijf. (157)
August Leunis [eerste regel:] eenden in strakke formaties. (157)
Fred Hopman: Slaapliedje. (158)
Maurice Geeroms: Totaal. (158)
Murk A.J. Popma [eerste regel:] Kantelen ze perspectief. (159)
Lia Barbiers: Herkenning. (159)
Jeroen Gradener: Een avond, 1 t/m 3. (160-161)
Joanan Rutgers: Alleen gelaten. (161)
Bert Klein: De muze (in een veranderlijk tijdsbeeld). (162)
Arie Onderdelinden Jr.: Vitrinaal. (162)
Marten Beerman: De televisie. (163)
Bob Kerssen [eerste regel:] word ik wakker. (163)
Laurine Vandepitte: Egyptische suite II: Hatsjepsoet – Horemheb – Sfinx – Zonsopgang boven Assiut – Cheops. (164-165)
Anthia C.M. Boers: De Scythen. (165)
Emiel Van Laere: Vakantie-vrienden. (166)
Lia Barbiers: Voor Anneurys in Niqua. (166)
Jan Schotte: Serra de Monchique. (167)
Deco Lynn [eerste regel:] de geur van ‘zon’. (167)
Willy Lauwens: Zonnelicht (168), Soms lig ik te denken (168).
Dirk Ceulemans: Vrije-spraak. (168)
Deen Engels: Xanna (169), Voortaan (169)
Ton Luiting: Tweekamp. (170)
Jan Holtman: Nacht. (170)
Haiku’s, senryu’s, tanka’s van: Marten Beerman / Maurice Geeroms / Herman Cogghe / Arie Onderdelinden Jr. / Murk A.J. Popma / Hubert De Splenter. (171-172)
Jef Habex: bespreking van het gedicht [eerste regel:] ‘wij zullen zwijgen’ van Miriam Van hee. Uit ‘Reisgeld’. (173-174)
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (185-191) Besprekingen door diverse medewerkers van: Edith Oeyen: als een zwerfspin schuim ik langs jou / Nathan Koelhof: Aan de hand van jouw gelaat / Willem Haandrikman: Over de brug / ‘Schrijvers in de Lift’, jaarboek Stichting Lift / Lou Vleugelhof: Een gat en de dag / Bote de Jong: Letters als stofjes aan de weegschaal.
Rubriek ‘Signalement’. (194-197) Signaleringen door diverse medewerkers van: Ann De Coster: De stoet der dwazen / Literair Gezelschap Duffel: Ingeduffeld / Juul Kinnaer: Het vijfde seizoen / Paul Katoen: Haikubundel / Corrie Vollenhoven op 't Land: Godelieve / Lieven Martens: Brugge ik hou van jou / Achiel Peleman: Weerspiegeling van levenswaarden.
Robert Pearce: My taal, my kruis. (203)
Henriette Claessens: Literaire ontmoeting: Louis Couperus. (206-213)

Jrg. 8, nr. 4, december 1994

Henriette Hirzmann: Bas. (226)
Magda Breughelmans [eerste regel:] zoals beelden op de. (227)
Herman Cogghe: Ververzen. (228)
Patrick Vanhaelemeesch: Kerstkreet. (228)
Roger Waslijn: Creativiteit. (229)
Jos Zegwaart-Rooijers [eerste regel:] ik tel. (229)
J.M. van Gerwen: Eenzaamheid. (230)
Peter Horst: als ... (230)
Denijs Van Killegem: Om licht. (231)
Rein E. Dragt: Conceptie. (231)
Pieter van Meylandt: Blauw. (232)
Frans de Birk [eerste regel:] stilte poëzie. (232)
Bob Jansen: Gekwetst. (233)
Piet Labian: Echo van een schreeuw. (234)
Frans de Birk: Spiegels. (234)
Ton Helderman: Schepper. (235)
Marc Jacobs: De baadster. (235)
Pagetifo: Buurman. Uit ‘Leuwentemmen’ (236)
Lia Barbiers [eerste regel:] vijandschap biedt geen. (236)
Erf Schwiering: Hartstocht. (237)
Lidy Hoogendoorn: Luchtledig. (237)
Maja Berkel: De oefening. (238)
Dirk Ceulemans: Hartbeving. (238)
Elly Woltjes: De kus. (238)
Jaap Reiding: Van solipsisme naar pantheïsme. (239)
Jeroen Gradener: Manifest. (239)
Noël Vandorpe: Mijn wereld. Uit het kunstboek ‘Mont-Martre’. (240)
Lia Barbiers [eerste regel:] Vandaag stroom ik voel. (240)
Paul Monard: Novemberavond. (241)
Joanan Rutgers: Ontwaakt. (241)
Ubbo-Derk Hakholt: Op de lange cirkelbaan. (242)
Murk A.J. Popma [eerste regel:] De aarde is een zelfregulerend. (242)
Emiel Van Laere: Eeuwige liefde. (243)
Lieven Martens: Liefde is blijven. (243)
Deen Engels: Balk. (244)
August Leunis [eerste regel:] een merel huppelt de mensen-. (244)
Karel Wasch: Tijdloos gewicht. (245)
Guy Vanden Broeck: Dichter. (245)
Walter Moonen: Triomfboog van regenbogen. (246)
Jan Holtman: Leven. (246)
Laurine Vandepitte: Retranchement. (247)
Gunther Lauwens: Natuurkunde. (247)
Maurice Geeroms: Kind van het atoom (248)
Deco Lynn [eerste regel:] iets in zijn wezen. (248)
Lientjie Kayser: Brug. (249) [Afrikaans]
G.J.H. Sauermann [eerste regel:] gisteraand het ons saam. (249) [Afrikaans]
Cornelius van der Merwe: Dood se palindroom is dood. (249) [Afrikaans]
Willy Lauwens, prozagedicht: Toon ons de vrijheid van de mens. (250)
Fred Hopman: Assepoester, een werkende vrouw. Essay. (251-254) [Reactie op Jef Habex: Poëzie ‘nu’ als assepoester. Jrg. 8, nr. 1.]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka's van: Riet De Bakker / Heidi van Schuylenbergh / Lia Barbiers / Fred Hopman. (255-256)
Jan Schotte: Korte beschouwing over het gedicht ‘de lucht is blauw / ik hou van jou’. (257-258) [Zoe ook de reacrtie van Herman Peters in jrg. 9, nr. 1.]
Rubriek ‘Signalement’. (280-285) Signaleringen door diverse medewerkers van: Lejo van Kuijeren: Op de rails gezet / Caroline Van Maele: Chaos / Egir Falucia [= Egied Steylaerts]: Bevrijdingsdag om / ‘Luisteren naar mijn woorden’, selectie uit de inzendingen voor de Literaire prijzen Reynaert de Vos en Canteclaer 1994 / ‘In zekere zin’, 11e verzamelbundel schrijversgroep Scriptum met proza en poëzie.
Vijf gedichten bij de 65e verjaardag van Chris Ferket:
Jos Zegwaart-Rooijers: Zo staat ze daar. (297)
Suzy Van Bever [eerste regel:] De prachtige bloeiende natuur. (297)
Laurine Vandepitte: Bij een beeld van Chris Ferket (298), Chris (298).
Ton Luiting: Liber amicorum. (298)

Jrg. 9, nr. 1, februari 1995

Joanan Rutgers: Bodypainting. (2)
Lia Barbiers: Veraf de stad. (3)
Elly Woltjes: Madelief. (3)
Frans de Birk: Kalveren liefde. (4)
Henri Christiaan Eijlders [eerste regel:] Spinrag en werden. (4)
Peter Horst: Bevroren dooi. (5)
Eberhard C. Roest: Vandaag heb ik iets gemist. (5)
Karel Wasch: Handgemeen. (6)
Jos Zegwaart-Rooijers: Oorzakelijk. (6)
Deen Engels: Drank. (7)
Pagetifo: Buurman. (7)
Piet Labian: Mijn lieve, lieve Desdemona. (8)
Marc Jacobs: Droom. (8)
Dick Ronner: Het meer. (9)
Guy Vanden Broeck [eerste regel:] ik blijf wat ik was. (9)
Marleen Vandenbroeke [eerste regel:] vreemd. (9)
Lieven Martens: Wandeling. Uit ‘Hoogzomer’. (10)
Paul van Leeuwenkamp: Spreken zwijgen. (10)
Willy Lauwens: De morgenstond heeft ... (11)
Francis Schellekens: Onschuld. (12)
André Viville: Het koren. (12)
Lejo van Kuijeren: Bij Ypenburg. (13)
José De Sager [eerste regel:] het krampachtige van de dag. (13) [Uit ‘hödur en eos’.]
jean maurice van Gerwen [eerste regel:] zo goed ik mijzelf gekend heb. (13)
Erf Schwietring: De reiger. (14)
Deco Lynn [eerste regel:] godsdienst is een misverstand. (14)
Gera Plas: Terug ... (15)
Ubbo-Derk Hakholt: Mensen. (15)
Emiel Van Laere: Niemandsland. (16)
Ellen Hauwert: U 2 (You too). (16)
Ruud Kolenberg: Hemellichaam. (17)
Rijke de Wolf: Eeuwig duurt het groenste. (17)
Jozef Vandromme: Ballade voor een fabrieksmeisje. (18)
Jan Keyter van Niekerk: Wêreld. (18) [Afrikaans]
Anne-Marie Conradie: Belydenis in die herfs. (19) [Afrikaans]
Amanda Coetzee: Duif. (19) [Afrikaans]
Marietjie Smith: Aartappelresep. (19) [Afrikaans]
Nan van Daalen, aforistisch gedicht: Wanneer. (20)
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka's van: Heidi van Schuylenbergh / Leopold Van Beneden / Lia Barbiers / Juul Kinnaer / Maurice Geeroms. (21-22)
Jef Habex: Poëzie en woorden. (23-25) [Essay]
Herman Peters: De lucht is blauw. (28) [Reactie op Jan Schotte: Korte beschouwing over het gedicht ‘de lucht is blauw/ ik hou van jou’. Jrg. 8, nr. 4.]
Murk A.J. Popma: De reis van Karel Wasch uit hemelse streken naar de aanvaarde aarde. (29-32) [Bespreking van dichtwerk van Karel Wasch. Hierin diens gedichten: Zee, Eens, Zeven dagen, Misschien, Oude burcht, Verloren rijk.]
Rubriek ‘Signalement’. (51-59) [Zijn d rubriekstitels ‘Signalement’ en ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’ gezien de lengte van Besprekingen omgewisseld?] Signaleringen door diverse medewerkers van: Dominique Goethals: Op schouders van graniet / Gert Vingeroets: De erven van Anubis / Lode Van den Heuvel: als jij en ik wij worden / Anne-Marie Vroonen, Fanny Steylaerts & Marleen Vandenbroeke: Parels uit de woestijn / Ria Daems: Overtocht. Poëtische reisgids / Pierre Schaerlaeken: Woud van steen / Harmina Babtisten: Kort bezit.
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (60-62) Besprekingen door diverse medewerkers van: Marianne Kiauta-Brink: Tule voor de berberis: haiku-senryu-tanka / Helena Wolthers: Even een glimlach / Carla Dura: Vreemdgaan met het leven.
C. Louis Leipoldt: Siembamba, siembamba. (70)
Marietjie Smith: Solvieg’s lied (76), Tienerma (76).

Jrg. 9, nr. 2, mei 1995

Joanan Rutgers: Zielsverwantenschap. (82)
Fred Hopman: Zonder honger. (83)
jean maurice van Gerwen [eerste regel:] zij gingen heel ver ver en. (83)
Jos Zegwaart-Rooijers: Droom. (83)
Jaap Reiding: Kloos’ keerzijden. (84)
Erf Schwietring: Berusting. (84)
Paul Monard: In je kleine warme handen. (85)
Eric De Pauw: Isolatie. (85)
Ubbo-Derk Hakholt: De weg teneinde. (86)
Pierre Van Laeken: Jaargetijden. (86)
Deen Engels: Ontrading. (87)
August Leunis [eerste regel:] van een vrouw de duisternis. (87)
Lejo van Kuijeren: Houtrijder te Dochamps. (87)
Philippe H. Rotsaert: Denkend aan Jos. (88)
Anthia C.M. Boers: Lente. (88)
Laurine Vandepitte: Ontvangen. (89)
Conny Vercaigne: Obsessie. (89)
Guy Vanden Broeck: Zondvloed. (90)
Murk A.J. Popma [eerste regel:] de aarde is een zelfregulerend. (90)
Egied Steylaerts: Duizend vuurgloeden. (91)
Ruud Kolenberg: Ons maken. (91)
Maurice Geeroms: Welkom. (92)
Gera Plas: Koffie met wie dood is. (92)
Peter Horst: Spraakwater. (93)
Paul van Leeuwenkamp: Avondrood. (93)
Paul Kreetz: Reïncarnatie. (94)
José De Sager [eerste regel:] deze eeuwiglijkende nacht. (94) [Uit ‘Uiterlijk’.]
Jos Deckx: Wasdraad blues. (95)
Jozef Vandromme: Mijn thuishaven. (95)
Willy Lauwens: Tot zolang de rivieren stromen. (96)
Gunther Lauwens: De maan op de rails. (96)
Lia Barbiers: Een witte vlinder. (97)
Peter Horst: Zomer. (97)
Bob Jansen: Familiebericht. (98)
Jozef Vandromme [eerste regel:] Vreemd is deze heilige stilte. (98)
Rein E. Dragt: Bel (of té ...?). (99)
Mariet: Schreef. (99)
Anne-Marie Conradie: Maskers. (100) [Afrikaans]
Marietjie Smith: Veervolk. (100) [Afrikaans]
Cornelius van der Merwe: Insomnia. (101) [Afrikaans]
G.F.H. Sauermann: Leefde. (101) [Afrikaans]
Patrick Petersen: Gemengde gevoelens (102), Die hardlopers (102). [Afrikaans]
Jan Keyter van Niekerk: Muishuis. (103) [Afrikaans]
Lientjie Kayser: Snags. (103) [Afrikaans]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka's van: Heidi van Schuylenbergh / Herman Cogghe / Fred Hopman / Leopold Van Beneden / Lia Barbiers / Arie Onderdelinden / Hubert De Splenter. (104-105)
Mark A.J. Popma: W.J. van der Molen als grensganger. De enkeling en de groep. (108-112). [Essay; met hierin zijn gedichten ‘De vlinders’, ‘Herfst’, ‘Vliegtuigen’, ‘God’, en ‘Egyptisch’.]
Herman Peters: Tussen vermoeden en verstaan. (113) [Bespreking van het gedicht [eerste regel:] ‘Moeten we hier niet weg?’ van Hans Faverey.]
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (140-146) Besprekingen door diverse medewerkers van: Tsjêbbe Hettinga: Gedichte / Gedichten [Fries en Duits] / Eugène van Itterbeek: Nachtboek / Frans Berkelmans: ‘Stralende aanhef’: over ‘Kosmos’, de eerste bundel van Ida Gerhardt / Guido De Campenaere: Zorgen voor later / Annie Reniers: Verlichte labyrint / Jules de Corte: Ik ben je reisgenoot / Erik Van Ruysbeek: De laatste oorsprong / Pelicano: Geef mij Gent.
Rubriek ‘Signalement’. (154-156) Signaleringen door diverse medewerkers van: Edith Oeyen & Deen Engels: Whitehaven / Joop van Rijssel: Blijven dromen altijd dromen / Martha Tjoe-Nij: Blauwe vlinder / Andries Doorson: Mama fu doti.

Jrg. 9, nr. 3, september 1995

Elisabeth Eybers: Bejaarde liefde (162), Liewe leser (162).
Lia Barbiers: Joods jongetje 1942. (163)
August Leunis [eerste regel:] donker aan de rand van het gezichtsveld. (163)
Egied Steylaerts: Het mysterie. (164)
Eric De Pauw [eerste regel:] als ik sterf. (164)
Karel Wasch: Eiland. (165)
Guy Vanden Broeck: Minotaurus. (165)
Deen Engels: Bospad. (166)
jean maurice van Gerwen [eerste regel:] zo sloeg je als een engel je ogen open. (166)
Piet Labian: As logic’s remnants will have failed ... (167)
Lejo van Kuijeren: Over hoop. (167)
Deco Lynn: De juf. (168)
Jan Colson [eerste regel:] Er is geen stilte meer. (168)
Marten Beerman: Meeuwen. Uit ‘Verbindingslijnen, een keuze uit de gedichten 1987-1994’. (169)
Jozef Vandromme: Zomerweelde. (169)
Maurice Geeroms: De rol. (170)
Erf Schwietring: Openbaar kunstbezit. (170)
Pierre Van Laeken: Jaargetijden. (171)
Gera Plas [eerste regel:] Zo graag nog één keer. (171)
Pagetifo: Boodschap. Uit ‘Leeuwentemmen, Ergens, dichter deel 1’ (172)
Eric G. Koch: Middernacht. (172)
Herman Cogghe: Niemand weet ... (onder 73)
Conny Vercaigne [eerste regel:] Reeds jaren. (173)
Riek Venema: De kastanje. (174)
Fred Hopman: Jagend. (175)
Elly Woltjes: Pinksterblom. (175)
Hans van Tamelen: De toekomst. (176)
Joanan Rutgers: De witte magie. (176)
Jaap Reiding: Eksterogen. (177)
Roger Wastijn: Laatste momenten van een dikkenek. (177)
Hugo Van Vlaslaer: Combinatie. (178)
Arie Onderdelinden: Afscheid. (178)
Ubbo-Derk Hakholt: Oude kerkgebouwen. (179)
Fred Hopman: In de pendelbeweging. (179)
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka's van: Fred Hopman / Lia Barbiers / Joanan Rutgers / Maurice Geeroms / Arie Onderdelinden / Leopold Van Beneden / Juul Kinnaer. (180-181)
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (202-207) Besprekingen door diverse medewerkers van: Joke van Leeuwen: Laatste lezers / Utrechtse dichters: Yvonne Gobits, Peter Herdingh, Bob Kerssen, Jan Schotte, Lambertha Souman: Een voetstuk van water / Anne Detrez: Hebbeding / Germain Droogenbroodt: Ken je het land / Theo Verhaar: Uitzaaiingen / Bezoekersbundel Vijftiende Nacht van de Poëzie / Hans Tentije: Van lente en sterfte / Anton Chardon: Vogel / Dimitri Verhulst: Werf en wrak / Hugo Verstraeten: Er zijn geen koningen meer / Herman Vos: Zeekanaal / Ingrid Lenaerts: Dwars-fluiten.
Rubriek ‘Signalement’. (213-218) Signaleringen door diverse medewerkers van: Bob Jansen: Ontspoord / José De Sager: Gesloten deuren / Op zoek ..., verzamelbundel Gorcumse Literatuurprijs 1994 / Lou Heynens: Een reis omzeild / Gedicht in onrecht, gesproken in hoop [gedichten rond onderdrukking en verzet].

Jrg. 9, nr. 4, december 1995

Patrick Vanhaelemeesch: Kerstmis in Sept-Fons. (242)
Nan van Daalen: Thuiskomst in Rotterdam. (243)
Bert Klein: Zij lopen maar. (244)
Rein E. Dragt: Caleidoscoop. (244)
Atze van der Wijk: Onontgonnen land. (245)
Peter Horst: In lux aeterna. (245)
Jan Heddebaut: Exit terra. (246)
Johan van Delden: De spreeuwen van Jubbega. (246)
Frans de Birk: Utopia. (247)
Deco Lynn [eerste regel:] zij trekt zich. (247)
Pagetifo: Kus. (248) [Uit ‘Leeuwentemmen’.]
José De Sager [eerste regel:] deze eeuwiglijkende nacht. (248)
Jos Deckx: Wandeling. (249)
Walter Moonen: Jij, alleen jij. (249)
Achiel Peleman: In Vlaanderen. (250)
Eric De Pauw: Arm Vlaanderen. (250)
Arie Onderdelinden: Betijding. (251)
Eric G. Koch: De woorden. (251)
Maurice Geeroms: Een vraag. (252)
Henri Christiaan Eijlders: Openbaar vervoer. (252)
Deen Engels: Kiep. (253)
Marten Beerman: Emoties. (253)
Jozef Vandromme: Onbegrip. (254)
Emiel Van Laere: Van vader. (254)
Anthia C.M. Boers: Herfst. (255)
Bob Kerssen [eerste regel:] roerloos. (255)
Piet Labian: Zij woonde steeds in Zachary. (256)
Lieven Martens: Vrede. (256)
Fanny Steylaerts: Herfstmijmering. (257)
Lia Barbiers: Uitzicht. (257)
Gunther Lauwens: 25 december. (258)
Karel Wasch [eerste regel:] Verstild scheen jij te sterven. (258)
Gera Plas [eerste regel:] Ik zoek naar stille vijvers in de dag. (259)
Ubbo-Derk Hakholt: Stoere gestalte. (259)
Eberhard C. Roest: Het weidse. (260)
Laurine Vandepitte [eerste regel:] regen wast. (260)
Joop van Rijssel: Ikonen. (260)
Lou Heynens: Orpheus. (261)
Herman Callens: Er is geen vrede. (261)
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka's van: Hubert De Splenter / Rijke de Wolf / Lia Barbiers / Fred Hopman / Leopold Van Beneden / Arie Onderdelinden / Frans de Birk / Adriani. (262-263)
Philippe H. Rotsaert: Aanvaarding. (264)
Fanny Steylaerts: Vrouw. Bij een beeld van Ou Yang Wen Dong. (264)
Ad Maljaars: Scheiding. (265)
Rein E. Dragt: Beeld-schrift. (265)
Henri Christiaan Eijlders: Atelier. (266)
Ria Daems: Adam’s Eva. (266)
Moris De Smet: Chloë. (267)
Lejo van Kuijeren: Glans. (267)
Gert Vingeroets: Tijding. (268)
Eke Veenbrand: Chloë. (268)
Dirk Ceulemans: Een beeldenstorm voorbij. Bij een beeld van Octaaf Landuyt. (268)
Cees Buitendijk: Beeldend verlangen. (269)
Dominique Goethals: Beeldende kunst. (269)
Hans Ester [eerste regel:] As ons eie taal verlep raak. (270) [Afrikaans]
Cornelius van der Merwe: Digbundel. (270) [Afrikaans]
Inez Espost [in inhoudsopgave: Robert J. Pearce]: Vrugteblom. (271) [Afrikaans]
Lena Jonsson-Spang: Karoo verlangs. (271) [Afrikaans]
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (293-298) Besprekingen door diverse medewerkers van: Mustafa Stitou: Mijn vormen [recensie door Moris De Smet, zie ook de recensie van Joanan Rutgers in jrg. 10, nr. 3] / Harm-Jan van Dam: Priapea.
Roger Wastijn: ‘Skoop’ van Ronel de Goede. (302-304) [Interview naar aanleiding van haar bekroonde poëziebundel ‘Skoop: ’n woordverwerkingspeletjie vir die beginner’.]
Roger Wastijn: Gesprek met Patrick Petersen: ‘Ons kom van ver af’. (305-309) [Interview]
Rubriek ‘Signalement’. (312-313) Signaleringen door diverse medewerkers van: Willy Cieters: Een kraai nestelt in mijn hart / H.C. Eijlders: Wachtkamer voor de eeuwigheid / Piet Labian: Pionierstijd.

Laatst bijgewerkt op 30 september 2021

Concept [2, vervolg]

Multicultureel literair tijdschrift (1987-2006)

Vervolg, met inhoudsopgaven jaargang 10 t/m 14 (1996-2000).

Meer informatie

VERVOLG INHOUD, voor zover (over) Nederlandstalige poëzie na 1880

Jrg. 10, nr. 1, februari 1996

Willy Lauwens: Rusteloos zoekend. (2)
Jef Habex: Woorden alleen. (3)
Patrick Vanhaelemeesch: Zinken. (3)
Deen Engels: Mondiaal, (4), Azalea (4).
Laurine Vandepitte: Gent-Sint-Pieters. (4)
Gera Plas: In memoriam voor een bromfiets. (5)
Lejo van Kuijeren: Leerzame dialoog. (5)
Walter Moonen: Mozart. (6)
jean maurice [van Gerwen]: Bescherming. (6)
Peter Horst: Zondeval. (7)
Eric De Pauw: Eén bloem. (7)
Anthia Boers: Midwinter. (8)
Maurice Geeroms: Ann. (8)
Piet Labian: Niagara. (9)
Herman J. Peters: Overkant. (9)
Karel Wasch: Vooruit lopen. (10)
Fanny Steylaerts: Oktober. Uit ‘Parels uit de woestijn’. (10)
Philippe H. Rotsaert: Verliefd zijn, 1 t/m 3. (11)
Frank Oost: Anaïs. (12)
Jan Heddebaut: Moedeloze dag. (12)
Jos Deckx: Vrouw. (13)
Frans de Birk [eerste regel:] in feite. (13)
Bob Kerssen: Bosnië, 1 en 2. (14)
Peter Kauwenberghs: Geheim. (14)
Atze van der Wijk: Onontgonnen land. (15)
José De Sager [eerste regel:] loop eens een eindje. (15)
Paul Kreetz: Reïncarnatie. (16)
Gunther Lauwens: De nachtegaal. (16)
Juul Kinnaer [eerste regel:] in het watermerk. (16)
Guillaume Pool: Onmacht. (17)
Jeannine Janssens [eerste regel:] De zon haalt haar kleuren boven. (17)
Jozef Vandromme: Verloren leven. (18)
Ellen Hauwert: Afrika. (18)
Bennie Sieverink: Fata morgana. (19)
Egied Steylaerts: Maraba 1. (19)
Deco Lynn [eerste regel:] hoe liever de liefde. (19)
Pagetifo: Een lach in een doosje. (20) [Uit ‘Bikkelhard en zeemzoet’.]
Frans Van der Staey: Lieset. (20)
Rein E. Dragt: Aan een recensent. (21)
Arie Onderdelinden: Zotskapperij. (21)
Emiel Van Laere: Kolderwijn. (22)
Jaap Reiding: Diplomatieke kringen. (22)
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka's van: / Peter Kauwenberghs / Joop van Rijssel / Hugo Van Vlaslaer / Maurice Geeroms / Hubert De Splenter / Lia Barbiers / Joanan Rutgers / Arie Onderdelinden / Leopold Van Beneden / Rijke de Wolf. (23-25)
Bert Klein: Cirkels. Ode aan de kunstschilder is Geo Sempels. (28)
Joanan Rutgers: Rood huis in het park. Bij een schilderij van August Macke. (28)
Sandra Bezuidenhout: Soetgoed. (30) [Afrikaans]
Sarel Kruger: Trein na Soweto. (30) [Afrikaans]
Desiree Fourie: Om bloed te huil. (31) [Afrikaans]
Elza Broodryk-van der Linde: Lente. (31) [Afrikaans]
Lila Willers: Ervaring. (32) [Afrikaans]
Moris De Smet: Mark Meekers: ‘Spiegelschrift’. (56-59) [Gedeelte uit het voorwoord van De Smet bij de gelijknamige bundel.]
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (60-65) Besprekingen door diverse medewerkers van: Chris Honingh: Hoogtijdagen / Jotie T'Hooft: In de bossen op eenzame plekken / Danny Kroonen en Gerard Vis: Niets is wat het lijkt [brieven, gedichten en kortverhalen].
Rubriek ‘Signalement’. (67-70) Signaleringen door diverse medewerkers van: Henk Kooy: Vogels in maart / Lidy De Brouwer: Een lint van kleuren / ‘Ik heb het woord gezocht', verzamelbundel, vijftig dichters uit Vlaanderen, Nederland, Suriname en Zuid-Afrika / Eric G. Koch: Onlangs gedroomd / Elisabeth Eybers: poëzie tussen twee werelden [referaten van Dubois, Kannemeyer en Jansen bij Eybers tachtigste verjaardag ]/ Ria Daems: Vlucht van de buizerd / August Leunis: Landschap en jager / Walter Moonen: Lieveling der goden / ‘Leievaart 1995’ [bloemlezing, uitgave van de vereniging van Katholieke Oost-Vlaamse Schrijvers].

Jrg. 10, nr. 2, mei 1996

Frans de Birk: Brakke Grond 1994. (82)
Ruud Kolenberg: Maskerade. (83)
Jef Habex [eerste regel:] nu zijn de woorden uitgesproken. (83)
Conny Vercaigne: Inter-pret. (84)
Pagetifo: Ommetje. Uit ‘Bikkelhard en zeemzoet’. (84)
Ton Luiting: Vanzelfsprekend. (85) [Uit ‘Zintuiglijk bepaald’. ]
Gera Plas [eerste regel:] Ik weet nog dat je thuiskwam. (85)
Arie Onderdelinden: Experto credit. (86)
Lejo van Kuijeren: Naar buiten kijken. (86)
Peter Horst: Immortellen. (87)
August Leunis [eerste regel:] van elk woord maakt hij. (87)
Francis Schellekens: Heimwee. (88)
jean maurice [van Gerwen] [eerste regel:] de wind heeft de regen geslagen hard. (88)
Eric De Pauw: Zonder veters. (89)
Karel Wasch: Haren. (89)
Jos Deckx: Landschap, I en II. (90)
Peter Kauwenberghs: Avond. (90)
Lou Heynens: Euphorion. (91)
Juul Kinnaer [eerste regel:] geen doop. (91)
Walter Moonen: Verdronken troubadour. (92)
Jan Colson [eerste regel:] ik hoor in mijn tuin de avond stil zijn. (92)
Joop van Rijssel: Ontvangen en geboren. (93)
Ellen Hauwert: Levens-loop. (93)
Frank Oost: Zomaar een afspraakje. (94)
Bert Klein: Je geest. (94)
Laurine Vandepitte: Zomer. (95)
Dirk Ceulemans: Vuurzee. (95)
NN [Abusievelijk toegeschreven aan Jaap Reiding, zie jrg. 10, nr. 4, p. 327]: Weg. (95)
Bob Jansen: Uitgevaren. (96)
Deen Engels: Zenegroen. (96)
Piet Labian: Sahara. (97)
Maurice Geeroms: Laat me. (97)
Jozef Vandromme: Illusies. (98)
Jos Zegwaarts-Rooijers: Armoede. (98)
Joanan Rutgers: In Venetië. (99)
Lia Barbiers: De regendruppel. (99)
Lidy De Brouwer: Zomer 1995. (100)
Fanny Steylaerts: Revelatie. (100)
Deco Lynn: De groenen. (100)
Marc Jacobs: Nachtschade. (101)
Lieven Martens: Oud. (101)
Frans Van der Staey: Lieset. (101)
Guillaume Pool: Shinto. (102)
Cees Buitendijk [eerste regel:] In de gang ruik ik denkbeeldig. (102)
Maja van Benthem-Berkel [eerste regel:] het huis waakt en. (103)
Frans de Birk [eerste regel:] de toekomst. (104)
Bob Kerssen [eerste regel:] de dag. (104)
Emiel Van Laere: Schilders verdriet. (105)
Herman Cogghe: Beeldimpressie. (105)
August Leunis [eerste regel:] voortaan - zo heeft de overheid. (106)
Arie Onderdelinden [eerste regel:] ik laat mijn baard staan. (106)
Bennie Sieverink: Roes rosé. (106)
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka's van: Peter Kauwenberghs / Leopold Van Beneden / Maurice Geeroms / Arie Onderdelinden / Lia Barbiers / Paul Katoen / Hugo Van Vlaslaer. (107-109)
Jef Habex: ‘Diep in mij roept de Noordzee’. Gedichten van Philippe H. Rotsaert. (110-113) [Bespreking van de gelijknamige bundel, met hierin het gedicht [eerste regel:] Het stuifzand schuurt.]
Cornelius van der Merwe: Beste mevrou. (114) [Afrikaans]
G.S. Engelbrecht: Saterdag-aand. (114) [Afrikaans]
Kobus Mouton: Introspeksie. (115) [Afrikaans]
Esmeralda Bihl: Naak en magteloos. (115) [Afrikaans]
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (143-150) Besprekingen door diverse medewerkers van: Cees van Hoore: De bodem van de hemel / Inge Bak: Nachtbloem / Hans Vlek: Hangmat voor Henoch / Elly de Waard: Het Zij, Eenzang drie / Maurice Scève: Délie, beeld van allerhoogste deugd / Henk van der Waal; De windels van de sfinx / Piet Labian: Schiet niet op de pianist / Margreet Schouwenaar: Bezijden tijd / Jan Nies: De papavers / Job Degenaar: Van de arena en het lastdier.
Rubriek ‘Signalement’. (154-155) Signaleringen door diverse medewerkers van: Willy Cieters: Een kraai nestelt in mijn hart / ‘Met gemengde gevoelens 1995’: keuze uit de verhalen en gedichten voor de Gorcumse literatuurprijs 1995 / Kees Winkler: Naar aanleiding van een zwaluw.

Jrg. 10, nr. 3, september 1996

Mathieu Kikken: Kruis-punt. (162)
Jef Habex: Geluk en poëzie (163), Woorden (163).
Henri Christiaan Eijlders [eerste regel:] Bij het grootvuil. (163)
Paul Kreetz: Taal. (164)
Paul van Leeuwenkamp: De kilometerteller. (164)
Dirk Ceulemans: Voor Cézar (165), Onroos (165).
Deen Engels: Eren. (165)
Anthia Boers: De icoonschilder. (166)
Philippe H. Rotsaert: Afscheid nemen. (166)
Lou Heynens: Thamyris. (167)
Achiel Peleman: November. (167)
Joanan Rutgers: Iduna. (168)
Herman Cogghe: Onbegrip. (168)
Lieven Martens: Middag. (169)
Conny Vercaigne [eerste regel:] Tijdens de lunch. (169)
José De Sager [eerste regel:] mijn handen strelen. (169)
Bob Jansen: Noem mij: gevallen engel. (170)
Karel Wasch: Rots. (171)
jean maurice [van Gerwen] [eerste regel:] warmte nestelde zich in. (171)
Jos Zegwaart-Rooijers: Onzichtbaarheid van wind. (172)
Bob Kerssen [eerste regel:] de dag. (172)
Lia Barbiers: Voor later. (173)
Peter Horst: Zelfbeeld. (173)
Frank Oost: Het laatste vers ben jij. (174)
Lejo van Kuijeren: Doorgang gestremd. (174)
Guillaume Pool: Grens. (175)
Arie Onderdelinden: Rigoletto ... (175)
Ene G. Koch: Seizoen. (176)
Peter Kauwenberghs: Oktober. (176)
Walter Moonen: Kinderen dromen. (177)
Maurice Geeroms: Steen. (177)
Egied Steylaerts: Marabs II. (178)
Bert Klein: Paaltjes. (178)
Joop van Rijssel: Sterrenbeeld. (179)
Manja Herstel: Een ode aan Bach. (179)
Bennie Sieverink: Dood en begraven. (180)
Jozef Vandromme: Bedreigde zee. (180)
Peter Herdingh: Binnenlandschap. (181)
Frans de Birk: Schimmenspel. (181)
Lidy De Brouwer: Heet vandaag! (182)
August Leunis [eerste regel:] en spreekt ook zijn papier. (182)
Piet Labian: da Vinci glimlachte eventjes. (183)
Gera Plas [eerste regel:] Herfst is het weer van oude mensen. (183)
Laurine Vandepitte: Gent-Sint-Pieters. (184)
Eric De Pauw: Fluïdum. (185)
Sim Mampaey: Dromen. (185)
Fanny Steylaerts: Vlaanderen. (186)
Jeannine Janssens [eerste regel:] Purper valt de avond. (186)
Jan Ros: Genese. (187)
Ton Luiting: Contenerezza. (187)
Eke Veenbrand: Verzwegen kind. Bij het beeld ‘Meisje uit Sarajevo’ van Stefaan Ponette. (188)
Lejo van Kuijeren: Chloë. Bij het beeld van Eric De Pauw. (189)
Gert Vingeroets: Hoeder. Bij het beeld ‘De blik’ van José Van de Vijver. (189) [Uit de bundel ‘De erven van Anubis’.]
Arie Onderdelinden: Levend onder de doden. (189)
Charl Jooste: Intensiteit (190), Kombineer (190). [Afrikaans]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka's van: Lia Barbiers / Paul Katoen / Odette Augustijn / Peter Kauwenberghs / Leopold van Beneden / Hubert De Splenter / Fanny Steylaerts / Roger Wastijn / Heidi van Schuylenbergh. (191-193)
Arie Onderdelinden, drie kwatrijnen [eerste regel:] Onlangs schreef ik een kwatrijn – Belázerd – Tiranniek. (194)
Bennie Sieverink, twee kwatrijnen: Rapport – Wellicht. (194)
Jaap Reiding: Dorpsprietpraat in de late herfst. (195)
Henri Christiaan Eijlders: Zomer. (195)
Roger Wastijn: De oplossing. (196)
Lieven Martens, limerick: Een postbode uit Nieuwenrode. (196)
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (218-228) Besprekingen door diverse medewerkers van: Mustafa Stitou: Mijn vormen [recensie door Joanan Rutgers, zie ook de recensie van Moris De Smet in jrg. 9, nr. 4] / Hugo Claus: Gedichten 1948-1993 / Jacques Hamelink: Boheems glas / Elli Pliester: Dichter tegen me aan / Ek Van Zanten: Een druppel viel in zee / W. Snelder: Geluid van water / Hanneke van Schooten: Reisgenoot / Remco Ekkers: De geur van tijd / Magda Van Renterghem: Boog van stilte / Hendrik de Vries: Verzamelde gedichten / Rutger Kopland: Geduldig gereedschap.
Henriette Claessens: 100 jaar - Paul Van Ostaijen. (230-232). [Schets van leven en werk van Van Ostaijen.]
Philippe H. Rotsaert, gedicht: Van Ostaijen-revival. (232)
Rubriek ‘Signalement’. (233) Signaleringen door diverse medewerkers van: Eric De Pauw: Verba dat omnis amans / Lieven Martens: Ik weet de winter naderen.

Jrg. 10, nr. 4, december 1996

Selectie haiku’s, senryu’s en tanka’s bij de wedstrijd ingericht in gelegenheid van het tienjarig bestaan van Concept (285-290).
Laureaten (285): Gaby Hoogenstraaten (haiku) / Mark Meekers (senryu) / Riet De Bakker (tanka).
Selectie haiku: Lia Barbiers / Marten Beerman / Leopold Van Beneden / Willy Cuvelier / Nan van Daalen / Ria Daems / Gwen Deprez / Dominique Goethals / Gaby Hoogenstraaten / Bert Klein / Mark Meekers / Arie Onderdelinden / Joop van Rijssel / J.B. Schöne / Heidi van Schuylenbergh / Hubert De Splenter / Hans van Tamelen / Engelien ter Velde.
Selectie senryu: Lia Barbiers / Leopold Van Beneden / Willy Cuvelier / Ria Daems / Dominique Goethals / Jeanine Hoedemakers / Gaby Hoogenstraaten / Bert Klein / Mark Meekers / J.B. Schöne / Joop van Rijssel / Hubert De Splenter.
Selectie tanka: Marten Beerman / Riet de Bakker / Lia Barbiers / Ria Daems / Willy Cuvelier / Dominique Goethals / Jeanine Hoedemakers / Bert Klein / Mark Meekers / Arie Onderdelinden / Joop van Rijssel / Heidi van Schuylenbergh / Hubert De Splenter / Hans van Tamelen.
Jef Habex [eerste regel:] bang naakt te slapen. (305)
Sim Mampaey [eerste regel:] Vandaag sta ik stil. (305)
Nan van Daalen: Kerstengeltjes. (306)
Anthia Boers: De eikenboom. (306)
Joop van Rijssel: De kleine grote. (307)
Peter Horst: De werking van koffie. (307)
Ellen Hauwert: Lichaam-lijf. (308)
Deen Engels: Eren. (308)
Ubbo-Derk Hakholt: De werkelijkheid achterhalen. (309)
Frans de Birk [eerste regel:] de toekomst. (310)
Bob Kersen [eerste regel:] ik draag de wereld. (310)
Herman J. Peters: Allerwegen, I en II. (311)
Philippe H. Rotsaert: Verliefd. (312)
Juul Kinnaer [eerste regel:] ik moet mijn zelfbeklag nu delen. (312)
Emiel Van Laere: Het verschil. (313)
Jozef Vandromme: Voor mijn buurman. (314)
Conny Vercaigne [eerste regel:] geef me. (314)
Guillaume Pool: Vroeger. (315)
jean maurice van Gerwen: Schuilplaats. (315)
Peter Herdingh: Hemellandschap. (316)
Paul van Leeuwenkamp: Stille roes. (316)
Hilde Vlyminck [eerste regel:] Hoe zacht schijnt hier. (317)
Jeanne Laguna [eerste regel:] Het moment is voorbij. (317)
Norma Jonkers: De terugkeer. (317)
Charl Jooste: Opslag. (318) [Afrikaans]
Gerty Herberg: Vrae. (318) [Afrikaans]
Jaap Reiding: Zondagsschrijver. (320)
Roger Wastijn: Paradise wee. (320)
Bennie Sieverink: Kleurbekentenis. (321)
Hugo Van Vlaslaer: Vertraagd vrijen? (321)
Lieven Martens, limerick. (321)
Jozef Vandromme, limerick. (321)
Jaap Reiding, limerick. (321)
Johan van Delden: Ontbijt in het glas. (322) [Uit ‘Caleidoscoop’.]
Ria Daems: Zijn model. (322)
Gert Vingeroets: Pro patria. Bij het beeld ‘Triomf’ van Jeffrie Devriese. (323)
Herman Cogghe: Versteende vrouw. (323)
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (324-327) Besprekingen door diverse medewerkers van: Christine D'haen: Morgane / Jan Roeven: Van de hak en de tak / Joz Knoop: Vingerafdrukken.
Jeanne Laguna [eerste regel:] Vermoeide woorden zijn op reis. (327)

Jrg. 11, nr. 1, februari 1997

Ubbo-Derk Hakholt: Een dicht-ster. (2)
Nico van den Raad: Ervaren. (2)
Sim Mampaey: Na de ruzie. (3)
jean maurice van Gerwen [eerste regel:] toen ik over het leven. (3)
Guillaume Pool: Samenspel. (4)
José De Sager [eerste regel:] ik praat jou. (4)
Emiel Van Laere: Milieu geobsedeerd. (5)
Lia Barbiers: Een vogel vliegt door de stilte. (6)
Hilde Vlyminck: Visioen. (6)
Roger Wastijn: Vereeuwiging. (7)
Jos Zegwaart-Rooijers: Jongens en zo. (7)
Walter Moonen: Adelientje, mon amour. (8)
Bert Klein: Evenwicht. (8)
Piet Labian: Almagata en de maan. (9)
Jeanne Laguna [eerste regel:] De schemering is één met stille gedachten. (9)
Anthia Boers: Muntgeld. (10)
Paul Kreetz: Zoektocht. (10)
Eric G. Koch: Stilte genoeg. (11)
Gera Plas: Geëngageerd gedicht. (11)
Eric De Pauw: Epidermis. (12)
Peter Horst [eerste regel:] De mens is een handyman. (12)
Norma Jonkers: Vollemaanfeest. (13)
Ellen Hauwert: Tijd en ruimte. (13)
Bob Jansen: rotonde. (14)
Peter Kauwenberghs: Illusie. (14)
Jozef Vandromme: Sneeuw. (15)
Frans de Birk [eerste regel:] alleen de waterkant beweegt. (15)
Hubert Jacobs: Noordenwind. (16)
Arie Onderdelinden: Zo ..., ja! (16)
Manja Herstel: De zwerver. (17)
Milly Wiers [eerste regel:] Mijn buurman bergt zijn gezicht. (17)
Juul Kinnaer: wintersveld. (18)
Maurice Geeroms: Tijd. (18)
Joanan Rutgers: Meisje. (19)
Deen Engels: Wangedrag. (19)
Fanny Steylaerts: Verbondenheid. (20)
Conny Vercaigne [eerste regel:] Het dak op het huis. (20)
Egied Steylaerts: Het wit seinlicht. (21)
Leonard Koza: Die onrus. (22) [Afrikaans]
Charl Jooste: Laat-herfs, Europa. (22) [Afrikaans]
Ferdi Greyling: Die son sak weg. (23) [Afrikaans]
Gerty Herberg: Loreen. (23) [Afrikaans]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka's van: Moris De Smet / Norma Jonkers / Maurice Geeroms / Odette Augustyn / Hubert Desplenter / Fred Hopman / Willy Cuvelier / Peter Kauwenberghs / Heidi van Schuylenbergh / Willy Cuvelier. (24-25)
Jef Habex: Poëzie en zelfschepping. (26-30) [Essay, kan een gedicht zichzelf voltooien?]
Nan van Daalen: Kerstster. (30)
Fred Hopman: Zo’n net sonnet. (31)
Hugo Van Vlaslaer: Oude playboy. (31)
Jaap Reiding: Toekomstbeleving (anno 2015). (31)
Lieven Martens, limerick. (37)
Jozef Vandromme, limerick. (37)
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (54-63) Besprekingen door diverse medewerkers van: René Coomans: Herboren II / Wim Pendrecht: Tussentijds [met vertalingen in het Latijn, Frans, Duits en Engels] / Frida Vogels: De harde kern (3) / Neeltje Maria Min: Kindsbeen / Pierre van Laeken: Om alles een beetje verdriet / Theo Verhaar: Het badwater van de fotograaf / Willem Wilmink: Ik had als kind een huis en haard / Ben Reynders: Land van steen en zang.
Rubriek ‘Signalement’. (68-75) Signaleringen door diverse medewerkers van:
Paul van Leeuwenkamp: als een huis / Marleen Vandenbroeke: Sensueel menslievend / Walter Moonen: Stilte van een glimlach / Yvette Dillen, Jeaninne Janssens, Rita Samyn, Egied Steylaerts, Jacqueline Van Tricht: Vertel mij jouw stilte [poëzie en proza] / Lejo van Kuijeren: Dichter in cadans / Nico van den Raad, drie dichtbundels: Met jouw dood onder mijn huid – De vrouwentuin – Verbroken isolement.

Jrg. 11, nr. 2, mei 1997

Mark Meekers: Spoorloos. (82)
Lieven Martens: Je ging heen. (83)
Jef Habex [eerste regel:] hoezeer hij zich ook in zijn hemd zet. (83)
Frank Oost: gedicht [eerste regel:] wat is. (84)
Lou Heynens: In zomen van licht: Santorini. (85)
Joop van Rijssel: Contrast. (86)
Lejo van Kuijeren: tussen de regels. (86)
Norma Jonkers: Het einde van de horizon. (87)
Jeanne Laguna [eerste regel:] De echo van je stem. (87)
Maurice Geeroms: Vrees. (88)
Jozef Vandromme: Lente leven. (88)
Guillaume Pool: Droom. (89)
Peter Horst: Polder. (89)
Cees Buitendijk: Gedicht voor een kind in de Nieuwe Stad. (90)
Leopold Van Beneden: De Witte Mars. (90)
Peter Kauwenberghs: Immola. (91)
Conny Vercaigne [eerste regel:] Je warmte. (91)
Pierre Schaerlaeken: Cottage-garden. (92)
Hilde Vlyminck [eerste regel:] Ook jouw leven. (92)
Jaap Reiding: Inbreuk. (93)
Henri Christiaan Eijlders: Afgang. (93)
Pagetifo: Eensklaps. Uit ‘Bikkelhard en zeemzoet’.(94)
Piet Labian: Korte vlucht over de landtong. (95)
Sim Mampaey: Herfst. (95)
Ubbo-Derk Hakholt: Huiselijk. (96)
Walter Moonen: De schaduw bleef. (96)
Anthia C.M. Boers: Munt. (97)
Arie Onderdelinden: Watersport 1994 ... (97)
Achiel Peleman: Levenservaring. (98)
Marjan Hofmans (12 jaar): Winterspelen. (98)
Jacques De Maen: De weg naar Eden. (99)
Marjan Hofmans (12 jaar): Slaan. (99)
Patrick Vanhaelemeesch: Het huis verstild. Uit ‘De cirkel is niet rond’. (100)
Gera Plas [eerste regel:] Ik wachtte tot de avond kwam. (100)
Frans de Birk [eerste regel:] De avond schuilt met talloze gedachten. (101)
Jeanne Laguna: Printemps. (101)
Sarel Kruger: Stagneren. (102) [Afrikaans]
G.J.H. Sauermann: Nagbesoek. (102) [Afrikaans]
Ferdi Greyling: Die imperialisme van die tyd. (103) [Afrikaans]
Charl Jooste: Opslag. (104) [Afrikaans]
Jan Keyter van Niekerk: Kombers. (104) [Afrikaans]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka's van: Peter Kauwenberghs / Lia Barbiers / Fred Hopman / Leopold Van Beneden / Arie Onderdelinden / Odette Augustyn / Norma Jonkers / Fanny Steylaerts f. / Hugo Van Vlaslaer / Arie Onderdelinden / Willy Cuvelier / Paul Vyncke: / Griet De Jonghe / Willy Cuvelier / Heidi van Schuylenbergh. (105-107)
Philippe H. Rotsaert: Fossielen en schelpen. Bij een beeld van Gisleen Heirbout. (109)
Gert Vingeroets: Necropolis. Bij ‘Meisje uit Sarajevo’ van Stefaan Ponette. (109)
Jaap Reiding: Poging tot analyse. (110)
Henri Christiaan Eijlders: Gelegenheidskleding. (110)
Joanan Rutgers: Bedenkingen bij een nader bekeken gedicht. (112-114) [Bespreking van het gedicht ‘Het Joodse poortje in Gouda’ van Tineke Vroman.
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (136-143) Besprekingen door diverse medewerkers van:]
Raoul Maria De Puydt: Ontembare dromen / Boudewijn Büch: Verzamelde gedichten 1965-1995 / Guido Cloet: Levend / Ivan Godfroid: Omgewoelde aarde / René Coomans: Herboren II / Fred Bloemink: Om boeg en tuig / José De Sager: Ook spinnenwebben zijn ragfijn.
Rubriek ‘Signalement’. (150-153) Signaleringen door diverse medewerkers van: Ria Daems: Kanaaleilanden: poëtische reisgids / Lode Van den Heuvel: Een nieuwe aarde van waarde [gedichten en andere teksten] / August Leunis: Executie / Jef Habex: Woord voor woord / Bloemlezing ‘Angst in letters’ / Patrick Vanhaelemeesch: De cirkel is niet rond.

Jrg. 11, nr. 3, september 1997

Patrick James Petersen [eerste regel:] as dit is dat ons nie weet (162),
Robert J. Pearce: Vir Patrick James Petersen [eerste regel:] aa / my Xhoas broer (164-167).
Gerty Herberg: Ek gee vir jou. (167) [Afrikaans]
Charl Jooste: Retrodirektief. (168) [Afrikaans]
G.J.H. Sauermann: Prospekteer. (168) [Afrikaans]
Ferdi Greyling: Herfs, Oudtshoorn. (168) [Afrikaans]
Eugène Etienne Beukes: Verkiesing. (169) [Afrikaans]
Anne-Marie Conradie: Lied van die lente. (169) [Afrikaans]
Helma du Plooy: Die mensen van die land. (173) [Afrikaans]
Moris De Smet: Ontheemd II. (174)
Lejo van Kuijeren: dichten is rangeren. (175)
Henri Christiaan Eijlders [eerste regel:] De geur, verwaaiing van de nachtschaden. (175)
Hubert Jacobs: Droom van kristal. (176)
Jozef Vandromme: Herfstavond. (176)
Piet Labian: Te Nieuwpoort-aan-Zee. (177)
Walter Moonen: Ritme van een kaarsvlam. (177)
Ellen Hauwert: Communicatie. (178)
Paul Kreetz [eerste regel:] Dampend op het veld staat. (178)
Pierre Schaerlaeken: Jouw landschap. (179)
Lieven Martens: De Boer. (179)
Manja Herstel: Hommage aan Jacques Brel. (180)
Jeanne Laguna: Theater. (180)
Paul van Leeuwenkamp: Het gezelschapsspel. (181)
Eric De Pauw: Handen. (181)
Anthia C.M. Boers: Gouden regen. (182)
Frans de Birk: Onzeker. (182)
Deen Engels: Verstrekt. (183)
Jos Zegwaart-Rooijers: Hoogwater. (183)
Fanny Steylaerts f.: Dik. (184)
Bert Klein: Doortocht. (184)
Lou Heynens: Een gerucht zonder oren. (185)
Jeanne Laguna [eerste regel:] Stilletjes zit ze. (185)
Griet De Jonghe: Afscheid. (186)
Deen Engels: Herstart. (186)
Line Claeys: Huilen om Soweto. (187)
Maurice Geeroms: Niet te geloven. (187)
Lia Barbiers: Zomerraam. (188)
Nico van den Raad: Ontwaken. (188)
Frank Oost: Gebed. (189)
Hilde Vlyminck [eerste regel:] Tranen vinden een weg. (189)
Pagetifo: Geest. Uit ‘Bikkelhard en zeemzoet’. (190)
Guillaume Pool: La Rampa. (191)
Jeanne Laguna [eerste regel:] Woorden verbergen zich. (191)
Jacques De Maen: Kolibrie. (192)
Juul Kinnaer: Vader. (192) Uit ‘Labialen op O’.
Fred Hopman: Sonnet van stervelingen. (193)
Norma Jonkers: Soldaat. (193)
Ene G. Koch: Bittere mei. (194)
Conny Vercaigne: Reeds eeuwen. (194)
Emiel Van Laere: Het mooiste bloemenmeisje. (195)
Gerard Beentjes: Denkend aan het IJmeer, 1 t/m 3. (196)
Joanan Rutgers: Claustrofobie. (197)
Deen Engels: Heen. (197)
Laurine Vandepitte: Aglaia danst, 1 t/m 16. (198-199)
Jozef Vandromme: Voor kunstschilder Laurent Debacker. (199)
Fred Hopman: Op een vrijdag. (200)
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka's van: Paul Vyncke / Paul Katoen / Heidi van Schuylenbergh / Hugo Van Vlaslaer / Griet De Jonghe / Willy Cuvelier / Odette Augustyn / Deen Engels / Leopold Van Beneden / Hugo Van Vlaslaer / Fanny Steylaerts f. / Hubert De Splenter / Arie Onderdelinden / Lia Barbiers / Fred Hopman / Willy Cuvelier. (202-205)
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (222-224) Bespreking van: Anna Enquist: Klaarlichte dag.
Cees Buitendijk: Die middag. (232)
Rubriek ‘Signalement’. (233-236) Signaleringen door diverse medewerkers van: Gert Vingeroets: Adem van licht / Bert Klein: Mengelwerk / Juul Kinnaer: Lage rugpijnen / Limburgse schrijversvereniging Scriptum: ‘In zekere zin’ [gedichten en proza bij het vijftienjarig bestaan] / Walter Moonen: Tourbillon [poëzie en proza].

Jrg. 11, nr. 4, november 1997

Henri Christiaan Eijlders: In Eeklo. (242)
Joanan Rutgers: Laatste inzending. Voor Herman De Coninck. (243)
Jeanne Laguna [eerste regel:] Mijn geest vond ik vanmorgen. (243)
Cees Buitendijk: Looking for Tom Waits. (244)
Nan van Daalen: Kaarslicht. (245)
Lieven Martens: De dichter. (245)
Patrick Vanhaelemeesch: Ze slaapt. (246)
Norma Jonkers: Herfst. (246)
Lejo van Kuijeren: Moeizaam converseren. (247)
Hilde Vlyminck: De doornen in haar handen. (247)
Bert Klein: Vertrouwen in verdrukkingstijd. (248)
Eric De Pauw: Het absolute niets. (248)
Ubbo-Derk Hakholt: Een stem. (249)
Arie Onderdelinden: In-frekwent ... (249)
Ellen Hauwert: De drempel ... een brug ...? (250)
Anthia C.M. Boers: Alphabet. (250)
Egied Steylaerts: Dromen wij. (251)
Hans van Tamelen: Sabbatshuwelijk. (251)
Pagetifo: Kringen. Uit ‘Bikkelhard en zeemzoet’. (252)
Deen Engels: Statue. (252)
Pierre Schaerlaeken: Pointe du Raz. (253)
Jeanne Laguna [eerste regel:] De hemel huilt. (253)
Griet De Jonghe: Zomer. (253)
Norma Jonkers: Op weg. (254)
Conny Vercaigne: Het verschil. (254)
Frans de Birk: Bij een dood. Uit ‘Herberg van dode schepen’. (254)
Marten Beerman: Recorder (1). (255)
August Leunis [eerste regel:] een mistgordijn daagt de regen uit. (255)
Paul Kreetz: Natuurcyclus. (256)
Deen Engels: Beklemd. (256)
Lia Barbiers: Milde zomerglans. (257)
Jeanne Laguna [eerste regel:] De vijver rimpelt zich. (257)
Jozef Vandromme: Oktober. (258)
H. C. Eijlders [eerste regel:] Gekruide geur van uitgedroogde blaren. (258)
Ubbo-Derk Hakholt: Lijfspreuk. (258)
Jacques De Maen: Walsen. (259)
Piet Labian: Beeld uit de steenwoestijn. (259)
Dertien gedichten uit en over Zuid-Afrika:
Charl Jooste: Illusie (260), [eerste regel:] als die dae lusteloos dwaal (260).
Ferdi Greyling: Muezzen (261), Kappertjies (261).
Leonard Koza: ’n Droom. (261)
Anne-Marie Conradie: ’n Klein vers vir ma. (262)
Gerty Herberg: So spesiaal. (262)
Peter William Abrahams: Snuffelaar. (262)
Line Claeys: De aarde van mijn vader kleurt rood. (263)
Arie Onderdelinden: Zuid-Afrika. (263)
Roger Wastijn: Na-apartheid. (263)
G.J.H. Sauermann: Vlie-klim (264), Rykdom (264).
Herman J. Peters: ‘Inktvlekken’ van Rogi Wieg. (265) [Bespreking van het gelijknamige gedicht, [eerste regel:] Dagboeken zijn als levens, data, dag in dag.]
Maurice Geeroms: Zalig. (266)
Arie Onderdelinden [eerste regel:] Oorkondes verbleken. (266)
Jaap Reiding: Wat wilde ik ook alweer? (266)
Fred Hopman: Siliconen sonnet. (267)
Norma Jonkers: Reclamespot. (267)
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka's van: Heidi van Schuylenberg / Fred Hopman / Odette Augustyn / Hubert De Splenter / Maurice Geeroms / Dominique Goethals / Roger Wastijn / Lia Barbiers / Willy Cuvelier. (268-269)
Rubriek 'Peilen-Pijlen-Gepeld'. (294-103) Besprekingen door diverse medewerkers van: José De Poortere: Verzamelde gedichten / Gerrit Kouwenaar: De tijd staat open. / Ugo Verbeke: wandelen onder een baldakijn van bloesems [haiku’s ] / b. zwaal: dat vat / Henk C. Achterberg: Membranen.
Rubriek ‘Signalement’. (310-314) Signaleringen door diverse medewerkers van: Herman J. Peters: Het beslijkte pad / Ubbo-Derk Hakholt: Tijdens een godenschemering / Eke Veenbrand: Liefdevolle gedichten / Maja van Benthem-Berkel: Dimensieel / Jan van den Heuvel: Geen idee! [korte verhalen, gedichtjes, etc.] / rien de graaf: de zon en als een spiegel het water / Marie-Louise Bergers: Morgen als de bomen verjaren.

Jrg. 12, nr. 1, januari 1998

Norma Jonkers: De reis. (2)
Nico van den Raad: De gezinsfoto. (3)
Philippe H. Rotsaert: Vreemde man. (3)
Joanan Rutgers: Gelijkenis. (4)
Deen Engels: Gieren. (4)
Guillaume Pool: In de muil van de mullah. (5)
Walter Moonen: Vroeger hield ik jou tegen. (5)
Griet De Jonghe: Idyllisch. (6)
Hans van Tamelen: Tuinman. (6)
Deen Engels: Tekens. (7)
Cees Buitendijk [eerste regel:] Speelse wolken. (7)
Egied Steylaerts: In elke streelbries. (8)
Hilde Vlyminck [eerste regel:] Ik ben geen. (8)
Lejo van Kuijeren: Rituelen. (9)
Jos Zegwaart-Rooijers: Januari. (9)
Frank Ost: Toen. (10)
Piet Labian: Paul van Ostaijen achterna. (11)
Eric De Pauw: Iris. (11)
Pagetifo: Niet gedaan. Uit ‘Bikkelhard en zeemzoet’. (12)
Hilde Vlyminck [eerste regel:] in jouw handen. (12)
Patrick Vanhaelemeesch: Buren blijven niet. (13)
August Leunis [eerste regel:] van wijn maak ik water dat is gezonder. (13)
Ellen Hauwert: Zee en mens. (14)
Jozef Vandromme: Morgen van verdriet. (14)
Lia Barbiers: Zon op het water. (15)
Jeanine Hoedemakers [eerste regel:] Het verdween. (15)
Henri Christiaan Eijlders: Cirkel. (16)
Maurice Geeroms: Verzinnen. (16)
Jeanne Laguna: Afscheid. (17)
Ubbo-Derk Hakholt: Om die kans. (17)
Paul van Leeuwenkamp: Rechtop. (18)
Gera Plas [eerste regel:] Muziek zo zachtjes schreeuwen kan. (18)
R. Bueno de Mesquita: Fado. (18)
Dirk Wiggerink: Onzichtbaar. (19)
Bep Grootendorst: Mist. (19)
Lieven Martens [eerste regel:] Sneeuw bedekt. (19)
Lou Heynens: Buenos amigos me fueron los sueñes. (20)
Anthia C.M. Boers: Miauw. (21)
Jeanne Laguna [eerste regel:] Het maangezicht kwam zo plotseling. (21)
Paul van Leeuwenkamp: Werkgroep met Elly de Waard. Reportage. (22-24)
Anne-Marie Conradie: Die lang pad. (27) [Afrikaans]
Gerty Herberg: Herinnering. (26) [Afrikaans]
Charl Jooste: Winter. (27) [Afrikaans]
Leonard Koza: My winter (28), Oupa Skilpad (28). [Afrikaans]
Ferdi Greyling: Weeklag van die sater in die winkelsentrum. (29) [Afrikaans]
Cornelius van der Merwe: Afgeloop. (30) [Afrikaans]
Sarel Kruger: Spoke. (30) [Afrikaans]
G.J.H. Sauerrnann: Nagdig. (30) [Afrikaans]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka's van: Marten Beerman / Bert Klein / Gwen Deprez / Jeanine Hoedemakers / Heidi van Schuylenbergh / Maurice Geeroms / Joop van Rijssel / Willy Cuvelier / Hubert De Splenter / Lia Barbiers / Odette Augustyn. (32-33)
Marie-Christine Martens: Kat en muis. (34)
Deen Engels: Ging. (34)
Lieven Martens, limerick. (34)
Jaap Reiding: Drukte. (35)
Hugo Van Vlaslaer: Ze. (35)
Arie Onderdelinden [eerste regel:] Valt mijn pillendoosje. (35)
Rubriek 'Peilen–Pijlen–Gepeld'. (68-71) Besprekingen door diverse medewerkers van: Leo Vroman: Psalmen en andere gedichten / Judith Herzberg: Wat zij wilde schilderen / Piet Dietze: Het rood van karpers: haiku, senryu, tanka en kyoka.
Rubriek ‘Signalement’. (74-75) Signaleringen door diverse medewerkers van: Lidy De Brouwer: Sjansen / Ria Daems: Nu nog maneschijn / Ton Luiting & Roger Wastijn (sam.): Onherroepelijk voorbij.

Jrg. 12, nr. 2, juni 1998

Guillaume Pool: Verlangen. (82)
Ton Luiting: Depersonificatie. (83) [Uit ‘Zintuigelijk bepaald’.]
Paul van Leeuwenkamp: Een dochter die ouder wordt. (83)
Ubbo-Derk Hakholt: Ze. (84)
Norma Jonkers: Glimp van god. (84)
Lejo van Kuijeren: Een barsten. (85)
Dirk Wiggerink: Beeldvorming. (85)
Lia Barbiers: Aan een kind in Bolivia. (86)
Hilde Vlyminck [eerste regel:] Draagt zij het ijsplafond. (86)
Patrick Vanhaelemeesch: Buren staan. (87)
Juul Kinnaer: Ik draag geen vlaggen in de stoet. (87)
Pierre Schaerlaeken: Stapper. (88)
Henri Christiaan Eijlders [eerste regel:] Krottenwijk krottenwijk. (88)
Piet Labian: De lichtpurperen roos. (89)
Maurice Geeroms: Scherven. (89)
Robert Cleynhens: De vrijheid. (90)
Hans van Tarnelen: Totempaal. (90)
Jos Zegwaart-Rooijers: Ik heb haar neergezet zo. (91)
Fred Hopman: Ach Ruigoord. (91)
August Leunis: De bergrede. (92)
Achiel Peleman: Pijnstillers. (92)
Cees Buitendijk: Oud papier. (93)
Jozef Vandromme: Van oud naar nieuw. (93)
J.P. Debergh: Indian summer in de Adirondacks. (94)
Elly Woltjes: Puerto de Soller. (94)
Hubert Jacobs: Je hand. (95)
Elly Woltjes: Palma de Mallorca. (95)
Lou Heynens: De dichtgevallen sporen. (96)
Jeanne Laguna: 4 mei Dodenherdenking. (96)
Frank Oost: Eva. (97)
Deen Engels: Poriën (97), Vliegangst (97).
Gera Plas: Lente (98), [eerste regel:] Wanneer je zo loopt (98).
Egied Steylaerts: Een liefdesbrief. (99)
Arie Onderlinden: Onstuimige zelfportret. (100)
Nico van den Raad: Grafbezoek. (100)
Walter Moonen: Cleopatra. (101)
Lieven Martens: Stappen. (101) [Uit ‘Onderweg’.]
Ferdi Greyling: Stillewe met tee om ’n tafel. (102) [Afrikaans]
Robert Pearce: Patrick. (103) [Afrikaans]
Leonard Khoza: Aan Mama Kriel. (103) [Afrikaans]
Charl Jooste: Uitboer. (104) [Afrikaans]
Peter Snyders: ’n Gemiddelde mens. (104) [Afrikaans]
Jaap Reiding: Maraboe. (105)
Ubbo-Derk Hakholt: Open deuren. (105)
Hugo Van Vlaslaer: Jong en autoloos. (106)
Arie Onderdelinden: Jeugdpuistjes verdrogen. (106)
Marie Christine Martens: Trampolineveren. (107)
Bep Grootendorst: Trekkingslijst. (107)
Lieven Martens, limerick. (107)
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka's van: Bep Grootendorst / Leopold Van Beneden / Odette Augustyn / Lia Barbiers / Juul Kinnaer / Hans van Tamelen / Willy Cuvelier / Fred Hopman / Hubert De Splenter / Heidi van Schuylenbergh / Fred Hopman. (109-111)
Bert van Weenen: Light verse van een gelovige. (116-117) [Bespreking van Jan de Bas: Zachte feiten.]
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (140-153) Besprekingen door diverse medewerkers van: Leo Vroman: De rolworst van Klaas Vaak / Armand Ruthgeerts: Distelpluis / H. Casier, U. Verbeke, R.M. de Puydt, E. Oeyen & C. Guirlande: Dwalend langs onbekende wegen. Gedichten ten afscheid / Hans van Pinxteren: Spiegeling voorbede weg / Ida Gerhardt: Hoefprent van Pegasus / Bart Chabot: Judaskus / Germain Droogenbroodt: Vijfentwintig en twee liefdesgedichten / Iris Van de Casteele: Heidens heilig / Hans R. Vlek: Hunnenhekel.
Rubriek ‘Signalement’. (154-155) Signaleringen door diverse medewerkers van: Philippe H. Rotsaert: Thalassa. De zee is mijn leven / Egied Steylaerts: Papavertranen.

Jrg. 12, nr. 3, september 1998

Lou Heynens: Portret, I en II. (162)
Gera Plas [eerste regel:s] Dat je ooit dacht (163), Ik heb alleen mijn eigen handen (163), Bijna komt de zon. De ochtend.(163).
Henri Christiaan Eijlders: Beukenbos. (164)
Lejo van Kuijeren: traag ligt. (164)
Hugo Van Vlaslaer: Leraar. (165)
Robert Cleynhens: Symbool. (165)
Eric G. Koch: Luisteren. (166)
Jacques De Maen: De ladder. (167)
Jeanne Laguna [eerste regel:] Vandaag slaat loom zijn ogen op. (167)
Jozef Vandromme: Herfstmijmering. (168)
Deen Engels: Binnenstad. (168)
Achiel Peleman: Voorbijgaand. (169)
Deen Engels: Herinnering. (169)
Fanny Steylaerts: Gregory. (170)
Fred Hopman: Op tijd. (170)
Piet Labian: Gestalt. (171)
Fred Hopman: Boven op de heuvel. (171)
Michel Wielick: Zonder mes. (172)
Lieven Martens: Geboortegrond. (172)
Gwen Deprez: Remember september. (173)
Hans van Tamelen: Begrotingen. (173)
Jeanne Laguna [eerste regel:] De rhodo kijkt en ziet en weet. (173)
Frank Oost: new age. (174)
Marten Beerman: Muziekboek. (174)
Pagetifo (Page 84): Concert. (175)
Everline van Dyk: Lente. (183) [Afrikaans]
Peter Snyders: Tighten your belt. (184) [Afrikaans]
G.S. Engelbrecht: Obelisk (185), Nagmaal (185). [Afrikaans]
Leonard Koza: Ag wanneer. (186) [Afrikaans]
Gerty Herberg: My romeo. (186) [Afrikaans]
Ferdi Greyling: Boesmansriviermond. (187) [Afrikaans]
Marietjie Smith: Roofvis. (187) [Afrikaans]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka's van: Odette Augustin / Hugo Verscheiden / Fanny Steylaerts / Willy Cuvelier / Frans de Birk / Lia Barbiers / Leopold Van Beneden. (190-191)
Rubriek 'Peilen-Pijlen-Gepeld'. (224-233) Besprekingen door diverse medewerkers van: J.C. Bloem: Verzamelde gedichten / Mindert Warre: Geschudde caleidoscoop / Hervé J. Casier: Doorzichtig als de regen / Leonard Nolens: De liefdesgedichten / Co Woudsma: Viewmaster / Wim van Til: De vrouw van Toulmond.
Rubriek ‘Signalement’. (235) Signalering van Hilde Vlyminck: Gemengde genen.

Jrg. 12, nr. 4, december 1998

Roger Wastijn 1928-1998: een collage van reacties bij zijn heengaan. (242-261) Met in memoriam-gedichten en -teksten van: Ton Luiting / Mark Meekers / Cor van Dijk / Ugo Verbeke / Peter Herdingh / Pierre Schaerlaeken / Suzanne Haghenbeek / Wilfried de Boeck / Silva Ley [= Johanna van Aelst-Versteden] / Chris Ferket / Robert J. Pearce / Elna Veldman / An Boving / Patrick Vanhaelemeesch / Cees Buitendijk / Philippe H. Rotsaert / Herman Cogghe / André Laveyne / Riet De Bakker / Deen Engels / Lieven Martens / Jaap Reiding / Karel Wasch / Guillaume Pool / Henri Christiaan Eijlders / Riet De Bakker / Christiaan A. Storm / Pierre Goossens / Mark Meekers / Laurine Vandepitte / Zijn Willemsfondsvrienden uit Jabbeke / Hans Hogendoorn / Leonard Koza / Eric De Pauw / Arie Onderdelinden / Jos Aelvoet / Nan van Daalen / Herman J. Peters / Riek Venema / Eric G. Koch / Egied Steylaerts / Leopold Van Beneden / Lode Van den Heuvel / Lia Barbiers / Agnes Hagnos / Hubert De Splenter / Marie Christine Martens / Lejo van Kuijeren / Anthia C.M. Boers / Moris De Smet / Maurice Geeroms / Gaby Hoogenstraaten / Joop van Rijssel.
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka's van: Odette Augustyn / Willy Cuvelier / Juul Kinnaer / Hubert De Splenter / Frans de Birk / Fanny Steylaerts / Lia Barbiers. (266-267)
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (300-308) Besprekingen door diverse medewerkers van: Rein Bloem: De troost van de pelgrim / Frans Fransaer: Kon ik maar boezoeki spelen / Jack Koehorst: Gekap in het gedachtenwoud / Theodora Pigmans: In onschuld van de tijd / Theo Verhaar: Nawakker / Ingmar Heytze: De allesvrezer / Hendrik Yzermans: Een kleur apart.

Jrg. 13, nr. 1, februari 1999

Lou Heynens: Het alfabet waarover de tijd beschikt. (2)
Ubbo-Derk Hakholt: Samen. (4)
Gwen Deprez: zwart weekend-exodus. (4)
Deen Engels: Handig. (5)
Jos Zegwaart-Rooijers: Wind en water. (5)
Walter Moonen: Lieveling, hou me vast. (6)
Lejo van Kuijeren: herfstdagen. (6)
Lia Barbiers: De paarden. (7)
Jozef Vandromme: Ode aan een molenaar. (7)
Fanny Steylaerts: Grootmoe. (8)
Lucie de Bazel [eerste regel:] kind in mei. (8)
Juul Kinnaer: najaar. (9)
Gera Plas [eerste regel:] Hoeveel huizen hebben mij geborgen. (9)
Line Claeys: Zomerse groet. (10) [Uit ‘Leievaart’.]
August Leunis [eerste regel:] ook de dood liegt dat hij zwart ziet. (10)
Michel Wielick [eerste regel:] Zittend in een lelijke, kapotte stoel. (11)
Jeanne Laguna [eerste regel:] Zonnejurken met dubbele knopen. (11)
Maurice Geeroms: Rijm. (12)
Arie Onderdelinden: Bewustzijn .... (12)
Frank Oost: Weekend-eden. (13)
Ellen Hauwert [eerste regel:] Je ogen. (13)
Eric G. Koch: Wat is verlangen. (14)
Alice Van den Bulck: Wollige lammetjes in één grasgroene weide. (14)
Fred Hopman: Ach, was ik maar ... (15)
Jacques de Maen: als ik het meer. (15)
Jaap Reiding: Cryptogrammen. (16)
Nathalie David [eerste regel:] je huid, een druppel wijn. (16)
Peter Christiaan Meijdam, vier kwatrijnen: Geblokkeerd – Professor – Redeloze tijd – Loflied. (17)
Hilde Vlyminck [eerste regel:] Zeewier. (17)
Pagetifo (Page 84): altijd mooi. (18)
Alice Van den Bulck [eerste regel:] In mijn straat liggen wel honderden roze bloesems. (18)
Robert Cleynhens: De dakloze. (19)
Dirk Wiggerink: Ondergang. (19)
Nico van den Raad: Vlucht. (20)
Piet Labian: De reis van de orchidee. (20)
Daphne Buter: Ze lachte naar bladeren. (21)
Frans de Birk: op het strand. (21)
Riet de Bakker: Dancing in the moonlight. (22)
Lieven Martens: Lente. (22)
Mark Meekers: Vaderhuis. (23)
Pierre Schaerlaeken: Jouw landschap. (24)
Riet De Bakker [eerste regel:] zoals de wilgen. (25)
Lena Jonsson-Spang: Ode aan die liefde. (26) [Afrikaans]
Everline van Dyk: Piet-my-vrou. (27) [Afrikaans]
Robert J. Pearce: Lied vir Azania Suid Afrika. (28) [Afrikaans]
Ferdi Greyling: Bisho. (29) [Afrikaans]
Leonard Koza: Die onrus. (29) [Afrikaans]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka's van: Leopold Van Beneden / Odette Augustyn / Fred Hopman / Nico van den Raad / Lia Barbiers / Juul Kinnaer / Hubert De Splenter / Arie Onderdelinden / Fanny Steylaerts / Riet De Bakker / Willy Cuvelier. (32-35)
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (60-65) Besprekingen door diverse medewerkers van: J. Bernlef: Aambeeld / Lernert Engelberts: Oedipoes werpt jongen / Kees 't Hart: Kinderen die leren lezen / Piet-Hein Houben: Stille sonnetten.
Rubriek ‘Signalement’. (66-68) Signaleringen door diverse medewerkers van: Jacques De Maen: Vertekend landschap / Wim Neus: Marginale madrigalen / Jeanine Hoedemakers: Tot bewegen aangezet / Hugo Verstraeten: Verzamelde gezichten / Hans Kilian: Woorden als brood / Verzamelbundel ‘Leievaart’ [gedichten en verhalen van 48 auteurs] / Ria Daems: Hou mij vast.

Jrg. 13, nr. 2, mei 1999

Lejo van Kuijeren: met twee pennen geschreven. (74)
Henri-Christiaan Eijlders: Viool. (75)
Agnes Hagnos: Onzichtbare realiteit. (75)
Lea Baert: Wie dwingt me altijd weer. (76)
Ubbo-Derk Hakholt: Het leven. (76)
Jozef Vandromme: Vier jaargetijden. (77)
Daphne Buter: Hersenschimmen. (77)
Gwen Deprez: Studentenweelde. (78)
Maurice Geeroms: Het koekoeksei. (78)
Jaap Reiding: Der dagen zat. (79)
Lieven Martens: Avond aan zee. (79)
Jacques De Maen: Paarden. (80)
Deen Engels: Zichtbaar. (80)
Frank Oost: Breken. (81)
Walter Moonen: Testament van wanhoop. (82)
Dirk Wiggerink: Vaderhand. (82)
Piet Labian: Het licht dat kwam. (83)
Nico van den Raad: De onvoltooide melodie. (83)
Fanny Steylaerts: Incourant. (84)
Jeanne Laguna [eerste regel:] Ik vlieg over de velden. (84)
John F. Broekhuis: Per dolorem ad veritatem. (85)
Lia Barbiers: Avonduur. (85)
Arie Onderdelinden: Jonge wilg. (86)
Gerard Beentjes: stadsgedicht. (86)
Egied Steylaerts: Eros. (87) [Uit ‘Papavertranen’.]
Hilde Vlyminck [eerste regel:] We de blauwe gedachten. (87)
Robert Cleynhens: De eenzame. (88)
Alice Van den Bulck: De eeuwige strijd. (88)
Jeanne Coosemans [eerste regel:] De cirkel maakt het leven rond. (89)
Lucie de Bazel [eerste regel:] wit en zwart vormen (89), [eerste regel:] hoor door het lawaai (89).
Nathalie David: Schaduwloze vallei. (90)
Kris Claeys: Natuur. (90) [Uit ‘Leievaart’.]
Lieve Devijver: In den beginne. (91)
Hubert Jacobs: Midherfst. (91)
Gerty Herberg: Ek is uniek. (92) [Afrikaans]
Ferdi Greyling: Die toring van Babel. (93) [Afrikaans]
Everline van Dyk: Vergifnis I. (93) [Afrikaans]
Mark Meekers: Il vangelo secondo Pasolini (94), Gelieerd (95).
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka's van: Riet de Bakker / Willy Cuvelier / Hubert De Splenter / Odette Augustyn / Nico van den Raad / Lia Barbiers / Fred Hopman / Lucie de Bazel / Leopold Van Beneden. (99-101)
Jef Habex: Gezelle en Limburg in de 19e eeuw. (124-129) [Essay, over de receptiegeschiedenis van Gezelle in de Vlaamse provincie Limburg.]
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (130-139) Besprekingen door diverse medewerkers van: Elly De Waard: Anderling / Gerrit Kouwenaar: Een glas om te breken / Toon Tellegen: Gewone gedichten / Leonard Nolens: Hart tegen hart / Wiel Kusters: Zegel boom. [Gedichten en notities 1975-1989].
Rubriek ‘Signalement’. (131)
Signalering van de dichtbundel: Gilberte Vandenplas: Pijn is rood.

Jrg. 13, nr. 3, september 1999

Henri Christiaan Eijlders [eerste regel:] Vannacht vroor. (146)
Mark Meekers: Moeder)
John F. Broekhuis [eerste regel:] Vandaag.
Ama Vitae: Kosovo. (148)
Fred Hopman: ’s Dichters lot. (149)
M.P.J. Engelen: Repressie. (149)
Lidy De Brouwer: Bo. U.Z. Blok 6 Kinderafdeling kankerpatiënten. (150)
Henk Klopper: lady of the dawn. (151)
Jozef Vandromme: Najaar. (151)
Jaap Reiding: Een rustige herfst. (152)
Lucie de Bazel [eerste regel:] jij bent jij, kunt mijn. (152)
Agnes Hagnos: Johann Sebastian Bach. (153)
Maurice Geeroms: Zaaien. (153)
Arie Onderdelinden: Ex re nomen habet. (154)
Engelien ter Velde: Eerste vlucht. (154)
Walter Moonen: Liefste. (155)
Lejo van Kuijeren: op drift. (155)
Nico van den Raad: Thuis. (156)
Deen Engels: Overgoten. (156)
Jef Habex [eerste regel:] nergens een glas water. (157)
Achiel Peleman: Soms. (157)
Michel Wielick [eerste regel:] In mij gaat het toch weer zingen. (158)
Alice Van den Bulck: Antwerpen. (158)
Frans de Birk [eerste regel:] hij vroeg zich af wat alles is. (158)
Ubbo-Derk Hakholt: De kermis. (159)
Lieven Martens: Hoop. (159)
Lena Jonsson-Spang: Herfs in Franschoek. (160) [Afrikaans]
Robert J. Pearce: Marietjie. (161) [Afrikaans]
Ferdi Greyling: Late middag in die Klein Karoo. (162) [Afrikaans]
Charl Durand: Nooit. (162) [Afrikaans]
Everline van Dyk: Ontwaking. (163) [Afrikaans]
Gerty Herberg: Afwagting. (163) [Afrikaans]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka's van: Riet De Bakker / Fanny Steylaerts / Odette Augustyn / Leopold Van Beneden / Hubert De Splenter / Marjanne Holleman / Willy Cuvelier / Fred Hopman. (167-168)
Ria Daems: Prijs. (178)
Rubriek ‘Signalement’. (209) Signaleringen door diverse medewerkers van: René Coomans: De mystieke roos I / Lode Van den Heuvel: Vergeet-mij-nietjes. Verzameld werk / Jos Zegwaart-Rooijers: Brutaal vuur.
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (210-219) Besprekingen door diverse medewerkers van: Guido Gezelle: Waar zit die heldere zanger? De mooiste gedichten van Guido Gezelle, samengesteld door Jozef Deleu. / Ton Luiting & Mark Meekers: Wij zijn reizigers / Hans Toebes-Ruiterberg: The manual.

Jrg. 13, nr. 4, december 1999

George ter Horst: Het eerste licht. (226)
Leopold Van Beneden: Een ouwerwetse winter. (227)
Ruud van der Wees: Millennium. (227)
Achiel Peleman: Machteloos. (228)
Rob Molenaar: Minouk. (228)
Jozef Vandromme: Heimwee naar die kerst. (229)
Loes de Haan: Zonder pijn. (229)
Jeanne Coosemans [eerste regel:] langs berg en dal. (230)
Frank Oost: verdwijnen. (230)
Maurice Geeroms: Valse stamboom. (231)
Robert Cleynhens: Strijd. (231)
Lou Heynens: Home video. (232)
Nan van Daalen: Levenslicht. (233)
Lejo van Kuijeren: Weerzien. (233)
Milly Wiers [eerste regel:] Hij heeft de aarde gefilmd. (234)
Werner Dillen: 1-2-3. (234)
Jaap Reiding: Winterpret. (235)
Jeanne Laguna [eerste regel:] Wij hebben gehuild, gehuild. (235)
Henri Christiaan Eijlders [eerste regel:] Nog honderd populierenblaadjes. (236)
Lidy De Brouwer: Tunesische vrouw. (236)
Jaap Schoo: Opgebaard. (237)
Ellen Hauwert: Verfijnde communicatie. (237)
Evelien Vantomme: Winter. (238)
Gerard Beentjes: tekst. (238)
Cor van Dijk: Nooit eerder. (239)
Piet Labian: Het verloop der bloemen. (239)
Eric G. Koch: Het waas van de morgen. (240)
Ubbo-Derk Hakholt: Men moet een mens niet versieren. (241)
Nathalie David [eerste regel:] Wanneer mijn ogen met jou flirten. (241)
Laurine Vandepitte: Geen Sint-Pieters (242)
John F. Broekhuis [eerste regel:] De zon schijnt. (242)
Deen Engels: Paranorm. (242)
Nico van den Raad: De oude kapel. (243)
Marten Beerman: witte voeten. (243)
Lia Barbiers: Verborgen licht. (244)
Lucie de Bazel [eerste regel:] waarom duurt rouwen. (244)
Jan Dierckx: Een traan. (245)
Gwen Deprez: Zoals een strandvogel. (245)
Willy Fonteyne: Paarden en vrijheid. Uit ‘Paardentaal’. (246)
Line Claeys: Magie. Uit ‘Leievaart 1998’. (246)
Gerty Herberg: Kosmosblom. (247) [Afrikaans]
Ferdi Greyling: Johannesburg, 1997. (247) [Afrikaans]
Everline van Dyk: soms klop my hart vér buite my. (248) [Afrikaans]
Charl Durand: Die bidder. (248) [Afrikaans]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka's van: Fred Hopman / Juul Kinnaer / Lia Barbiers / Riet De Bakker / Odette Augustyn / Willy Cuvelier / Hubert De Splenter. (251-253)
Limericks van Jozef Vandromme en Lieven Martens. (253)
Murk A.J. Popma: Simon Vestdijk als Type. (272-275) [Essay]
Rubriek ‘Signalement’. (279-280) Signaleringen door diverse medewerkers van: Willy Fonteyne: Paardentaal / Ubbo-Derk Hakholt: Een mankepoot merkt staat / Dirk Wiggerink: Biecht aan twaalf vrouwen.
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (282-292) Besprekingen door diverse medewerkers van: Judith Herzberg: Bijvangst / Anneke Reitsma: Een naam en ster als boegbeeld. [Over de poëzie van Ida Gerhardt./ C.O. Jellema: Droomtijd.

Jrg. 14, nr. 1, februari 2000

Gera Plas: Vakantie in Limburg (2), [eerste regel:] Niets ontziend kruipt de hitte (3), [eerste regel:] Wakker worden als een open wond (3).
Jaap Schoo: Wraak. (4)
Cor van Dijk: Symbiose. (4)
Paul Wenzel: Eenzaamheid! (5)
Agnes Hagnos: Hoopvol. (6)
Henk Klopper: Jeugdillusie. (6)
Philippe H. Rotsaert: De weg naar kennis. (7)
M.P.J. Engelen: Goedkoop. (7)
Griet De Jonghe: Een leven in schoonheid. (8)
Henri Christiaan Eijlders: Kaarslichtconcert. (9)
Hilde Vlyminck [eerste regel:] Het niets dat ik nu voorzichtig ontmantel. (10)
Hubert Jacobs: Jonge liefde. (10)
Lia Barbiers: Verdraagzaam. (11)
George ter Horst: Bergbeklimmen. (11)
Milly Wiers [eerste regel:] Fietsers met kuiven zeilen. (12)
Paul P.M. Gilissen [eerste regel:] we zullen. (12)
Leopold Van Beneden: Vinden is blijvend zoeken. (13)
Deen Engels: Onvast. (13)
Achiel Peleman: Avondwind. (14)
Loes de Haan: Na gedachten. (15)
Robert Cleynhens: Vergelijking. (15)
Laurine Vandepitte: Millennium. (16)
Evelien Vantomme [eerste regels:] het / wolkje / stof. (16)
Ubbo-Derk Hakholt: Verloop. (17)
Marie-Christine Martens: De beeldhouwer. (17)
Everline van Dyk: klein genade. (18) [Afrikaans]
J.C. Botha: My liefde. (18) [Afrikaans]
Ferdi Greyling: Ou foto – ’n villanelle. (19) [Afrikaans]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka's van: Willy Cuvelier / Roger Wastijn / Fred Hopman / Lia Barbiers / Arie Onderdelinden / Leopold Van Beneden / Hubert De Splenter. (22-23)
Johan van Cauwenberge: Meekers’ kunstkabinet. (55-60) [Bespreking van Mark Meekers: ‘Feesten van licht’.]
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (61-70) Besprekingen door diverse medewerkers van: Ida Gerhardt: Verzamelde gedichten, deel III / Het jaarboek 1937 van Die Afrikaanse Skryverskring / Gerrit Kouwenaar: Helder maar grijzer. Gedichten 1978-1996.
Rubriek ‘Signalement’. (71-75) Signaleringen door diverse medewerkers van: In zekere zin [proza en poëzie over de dood, Scriptum nr. 21] / Rita Jouck: Merels in het avondrood / Han Groen: Wat resteert / René Coomans: De mystieke roos II / Ria Daems: Zeebrief. [cd, met muziek van Geert Verbeke].

Jrg. 14, nr. 3, september 2000

Henk Klopper: schaduw over de kloosterhof. (154)
Henri Christiaan Eijlders [eerste regel:] De wilde asters sieren nu de tuin. (155)
Hilde Vlyminck [eerste regel:] We houden elkaar vast. (155)
Lia Barbiers: Ongerept. (156)
Eddy Sas: Tijdloos. (156)
Ton Luiting: Pete (1921-2000). (157)
Dik Doornbos: mis je. (158)
Alice Van den Bulcke: Kijk er loopt een kind. (158)
Deen Engels: Alweer. (159)
Jeanne Coosemans [eerste regel:] De tuin geeft niets prijs. (159)
Philippe H. Rotsaert: Uit het liedhoek. (160)
Lilly van der Wingen: Gedumpt jong kind. (160)
Paul Debergh: Vincent. (161)
Rob Molenaar [eerste regel:] Ik denk na. (161)
Pierre Schaerlaeken: Fluistering. (162)
Gwen Deprez [eerste regel:] in lome zomerlucht. (162)
Gerard Beentjes: De dorpsweg. (163)
Rob Molenaar [eerste regel:] In alle eenvoud ben ik een ‘fan’. (163)
Milly Wiers: Avond. (164)
Lea Baert: als. (164)
Jaap Schoo: Natuur. (165)
Lucie de Bazel [eerste regel:] praten met kleuren. (165)
Iris Michiels: dageraad. (166)
Anke Mölling: Onzeker. (166)
Jozef Vandromme: Nazomer. (167)
Line Claeys: Adagio. (167)
Ubbo-Derk Hakholt: Eerste klas. (168)
Lejo van Kuijeren: september. (168)
Jaap Reiding: Half oktober. (169)
Nathalie David: Zacht verdriet. (169)
tronje: winterdag. (170)
Lou Heynens: Achter woorden beginnen met weggaan. (171)
Theo Franssen: Deyà. (171)
Charl Jooste: Kitaaruitvoering. (172) [Afrikaans]
Everline van Dyk: opklaring. (172) [Afrikaans]
Gerty Herberg: Angelique. (173) [Afrikaans]
Juanina Oppel [eerste regel:] dat my pleidooi. (173) [Afrikaans]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka's van: Willy Cuvelier / Lia Barbiers / Riet De Bakker / Heidi van Schuylenbergh / Roger Wastijn / Fred Hopman. (176-177)
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (211-223) Onder meer korte bespreking van: Henk van Zuiden (sam.): Geur van honing en jonge melk. Nederlandstalige gedichten over geboorte.
Rubriek ‘Signalement’. (224-226) Signaleringen door diverse medewerkers van: Eric Lancksweerdt: Het laboratorium van de liefde / Eric G. Koch: Een bloem is onschuld / Resie Roelofs: Nauwelijks hoorbaar. Haiku’s. / Luc Vandeborght: Eau intérieure.

Jrg. 14, nr. 4, december 2000

Ruud van der Wees: Historie. (234)
Etienne Schepens: Rensaku. (235)
Henk Klopper: de wind van water. (236)
Luc Vandeborght: Causses. (237)
Gwen Deprez: zo zal ik je dan weg zien gaan ... (238)
Lucie de Bazel [eerste regel:] naamloos adresloos. (238)
Leopold Van Beneden: Een hand ... (239)
Henk Puister: Ter zake. (240)
Dik Doornbos: Winter. (241)
Ria Daems: Mare clausum. (241) [Uit de cd ‘Zeebrief’.]
Cor van Dijk: Oude klok. (242)
Willy Dierckens: Bruisend als champagne. (242)
Eric G. Koch: Geboortedag. (243)
Jaap Reiding: Herfst. (244)
Piet Labian: Mijn liefje de parelduikster. (244)
Ubbo-Derk Hakholt: Bij een zeer oude. (245)
Geerten van Gelder [eerste regel:] op een mooie zondagmiddag. (245)
Egied Steylaerts: De aarde wacht. (246)
Jozef Vandromme: Portret. (246)
Maurice Geeroms: Kleding. (247)
Deen Engels: Nightmare. (248)
Robert Cleynhens: Het eigen gezicht. (248)
Arie Onderdelinden: Passie. (249)
Lena Jonsson-Spang: Gedig vir die millennium. (250) [Afrikaans]
Everline van Dyk: Winterstilte. (251) [Afrikaans]
Boendoe du Plessis: Tydloos. (251) [Afrikaans]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka’s van: Luc Vandeborght / Riet De Bakker / Hubert De Splenter / Lia Barbiers / Michel Wielick / Heidi van Schuylenbergh / Willy Cuvelier / Fanny Steylaerts / Fred Hopman / Arie Onderdelinden / Izak Bouwer / Chris Storm / Leopold Van Beneden. (254-257)
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (280-293) Besprekingen door diverse medewerkers van onder meer de volgende uitgaven: Ad ten Bosch: Gebroken lied. Een vriendschap met Ida Gerhardt / Ton Luiting en S. Gossé (sam.): als je weggaat [bundel met gedichten over de onbereikbaar geworden geliefde.]

Laatst bijgewerkt op 7 november 2021

Concept [3, slot]

Multicultureel literair tijdschrift (1987-2006)

Vervolg (slot), met inhoudsopgaven jaargang 15 t/m 20 (2001-2006).

Meer informatie

SLOT INHOUD, voor zover (over) Nederlandstalige poëzie na 1880

Jrg. 15, nr. 1, februari 2001

Jaap Schoo: Het grijze kind. (2)
Nico van, den Raad: Vaderbeeld. (3)
Pierre Schaerlaeken: Verhalen van de mandragora. (4)
Ton Luiting: Het Bevernest. (5)
Loes de Haan: voor jou en jou en jullie. (5)
Atze van Wieren: Van horen zeggen. (6)
John Broekhuis [eerste twee regels:] Vandaag / de doden herdacht. (6)
Theo Franssen: als sterrenpoeder. (7)
Geerten van Gelder [eerste regel:] in de donkerkleurende lucht. (7)
Gerard Beentjes: rosa, de dos años seìs meses de edad. (8)
Jaap Reiding: Spreekwoordelijk leven. (8)
Deen Engels: Onverplicht. (9)
Paul van Leeuwenkamp: Voorstelling. (10)
Iris Michiels: woordeloos. (11)
Jozef Vandromme: Jouw adieu. (11)
Hilda Schallier [eerste regel:] Laat me tot rust komen. (12)
Gerd de Ley: Vredeswens. (12)
Eddy Sas: Ontmoeting. (13)
Lejo van Kuijeren: -soms houden ze me staande-. (14)
George ter Horst: De taal. (14)
François Vermeulen: De dood. (15)
Lia Barbiers: Ik ben het, Riek. (15)
Achiel Peleman: Vriendschap. (16)
Paul P.M. Gilissen: Berceuse van de oude winterfaun. (17)
Ubbo-Derk Hakholt: Mijn God. (18)
Evelien Vantomme [eerste regel:] achter glas. (18)
Henri Christiaan Eijlders [eerste regel:] Met beide ogen open. (19)
Line Claeys: Robot. (19)
Charl Jooste: verbeelding. (20) [Afrikaans]
Robert J. Pearce: Sielsgenote. (20) [Afrikaans]
G.S. Engelbrecht: Vryheidsdag! (21) [Afrikaans]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka’s van: Riet De Bakker / Atze van Wieren / Michel Wielick / Griet De Jonghe / Heidi van Schuylenbergh / Hubert De Splenter / Willy Cuvelier / Lia Barbiers. (24-25)
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (60-71) Besprekingen door diverse medewerkers van: Henk van der Waal: Schuldsanering / Gedichten-VU podium poëzieprijs 2000: ‘Tegen beter weten’.
Rubriek ‘Signalement’. (72-75) Signaleringen door diverse medewerkers van: Frans de Birk: Penseelstreken van de tijd / Jeanne Laguna: Vermoeide woorden zijn op reis.

Jrg. 15, nr. 2, mei 2001

Atze van Wieren: Terra incognita. (82)
Chris Storm: Requiem. (83)
Henk Puister: De indringer. (84)
Jozef Vandromme: Onweer. (85)
Dick van Houten: Marieke. (85)
Pierre Schaerlaeken: Smeekbede. (86)
Ria Scarphout [eerste regel:] Ik moet morgen. (87)
Nathalie David [eerste regel:] zuiver druppelt vermoeidheid. (87)
Lejo van Kuijeren: Roze. (88)
Werner Dillen: Interval. (88)
Eke Veenbrand: On, on, on. (89)
Lucie de Bazel [eerste regel:] Altijd als jij hier. (89)
George ter Horst: James Ensor. (90)
Iris Michiels: de bijeenkomst. (91)
Michel Wielick: Noem haar naam. (91)
Ruud van der Wees: De Kim. (92)
Paul van Leeuwenkamp: Badkamer. (93)
Egied Steylaerts: Zachte dromen. (93)
Lia Barbiers: Spatie. (94)
Lucie de Bazel: Pluk de bomen kaal. (94)
Gwen Deprez: Kater. (95)
Jaap Schoo: Vaderdaggeschenkpakket. (96)
Deen Engels: Spray. (97)
Koenraad Janssens: Bad. (97)
Jeanne Coosemans: De schoonheid van de aarde. (98)
Loes de Haan: Mannen met gemis. (99)
Jaap Reiding: Positief denken. (99)
Leonard Koza: Vryheid vandag. (100) [Afrikaans]
Susan Botha: Liefdeslied. (101) [Afrikaans]
Juanina Oppel [eerste regel:] die afskeid wat ek neem. (102) [Afrikaans]
Everline van Dyk [eerste regel:] tyd staan stil. (102) [Afrikaans]
Gerty Herberg: Die einde? (103) [Afrikaans]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka’s van: Willy Cuvelier / Luc Vandeborght / Lucie de Bazel / Iris Michiels / Lia Barbiers / Riet De Bakker / Sam Stofferis / Heidi van Schuylenbergh / Arie Onderdelinden / Joop van Rijssel / (107-109)
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (125-131) Onder meer korte bespreking van: J. Bernlef: Bernlefs beste.
Themadeel ‘Ton Luiting 65 jaar’. Hierin gedichten en teksten van: Mark Meekers / Christaan Storm / Herman J. Peters / Gerd de Ley / Riet De Bakker / Willem-Jan van Westerloo / Gerd de Ley / Jan Nagel / Helma Michielsen / Henriette Claessens / Tineke Geerlofs-de Wit & Anneke van Erp / Jef Habex / Klaas Koopman / Rob Godthelp / Hans Hogendoorn / Laurine Vandepitte / Derk Munnik / Moris De Smet / Jeannine Janssens / Cor van Dijk / Leopold Van Beneden / Arie Onderdelinden / Henri Christiaan Eijlders / Ruud van der Wees / Gerd de Ley. (134-157)

Jrg. 15, nr. 3, september 2001

Jos Zegwaarts-Rooijers: De mooiste dag. (162)
Joop van Rijssel: Verbeelding. (163)
Maurice Geeroms: Swiffer. (164)
Lucie de Bazel [eerste regel:] zal ik nee toch maar. (164)
Luc Vandeborght: Lotto. (165)
Atze van Wieren: Droom. (166)
Lia Barbiers: Liefdevol. (167)
Lucie de Bazel [eerste regel:] Over landgrenzen. (167)
Eric G. Koch: Mijn huid zou beven. (168)
Deen Engels: Binnenste. (169)
Robert Cleynhens: Onze toekomst. (169)
Ruud van der Wees: ik wil graag weten ... (170)
Griet De Jonghe: Verdwaald. (171)
John Broekhuis [eerste regel:] Nu vallen de lakens. (171)
Leopold Van Beneden: Wereldbeeld. (172)
Jaap Reiding: Herfst. (173)
Dirk De Bosschere: Oogcontact. (173)
Jeanne Coosemans: voor mijn dochter. (174)
Henk Puister: de begeleider en de man. (174)
Henk Klopper: atlas. (175)
Koenraad Janssens: Rots in de branding. (76)
Ria Daems: Zeebergen. (176) [Uit de cd ‘Zeebrief’.]
Cor van Dijk: Windekind. (177)
Ubbo-Derk Hakholt: Mussen. (177)
Piet Labian: Noord en Zuid. (178)
Evelien Vantomme: Amnesty International. (179)
Ferdi Greyling: Skakeringe van blou, I en II. (180) [Afrikaans]
Charl Jooste: meeleef. (181) [Afrikaans]
J.C. Botha: liefdes - skim. (181) [Afrikaans]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka’s van: Lucie de Bazel / Riet De Bakker / Lia Barbiers / Heidi van Schuylenbergh / Willy Cuvelier / Lode Van den Heuvel. (184-185)
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (205-217) Besprekingen door diverse medewerkers van: Marja Pruis: De Nijhoffs [biografie] / Wim van Til: Sleutelhouder. Gedichten 1979-1999 / Hans Verhagen: Triomfantelijke wandelingen.
Rubriek ‘Signalement’. (218-219) Signaleringen door diverse medewerkers van: Marie-Louise Bergers: Terwijl woorden ritselen tussen de dode grassprieten / Mario Lossie: Twee gezichten / Michel Wielick: Een laatste bellende fietser / Lidy De Brouwer: Estafette / Deen Engels: Voertuigen.
Moris De Smet: bespreking van de bundel ‘Het achterste van de tong’ van Roger Wastijn & Ton Luiting. (220-223)

Jrg. 15, nr. 4, december 2001

Peter Nieuwendijk: Het juiste moment. (242)
Trijntje Gosker: Binnenstebuiten. (243)
Atze van Wieren: Oerknal. (244)
Agnes Hagnos: Terminaal. (245)
Deen Engels: Opgraving. (246)
Ria Scarphout [eerste regel:] Zij is zichzelf ontgroeid. (247)
Jeanne Coosemans [eerste regel:] ze sluipen in onze dromen. (247)
Henk Klopper: Aanlooptijd. (248)
Philippe H. Rotsaert: Koekenzondag. (249)
Jos Zegwaart-Rooijers: Afrekening. (250)
Jaap Reiding: De kleinveehouder. (251)
Theo Franssen: Waarschuwingsbrief. (252)
Anneke Buys: Ganzen. (252)
Mathieu Kikken: Kieren in de wolken. (253)
Jozef Vandromme: Mijn dorp. (254)
Henk Puister: Moederband. (255)
Cor van Dijk: Op de wind. (256)
Lucie de Bazel [eerste regel:] De clown is weg het. (256)
Joop van Rijssel: Euro. (257)
John Broekhuis [eerste regel:] als woorden. (258)
Dik Doornbos: Recept. (259)
Nathalie David: De kleine nomade. (259)
Loes de Haan: Gevangen in. (260)
Ria Daems: Zeeslak. (260) [Uit ‘Overtocht’.]
Luc Vandeborght: Ieder zijn tijd. (261)
Marie Christine Martens: Babbelaar en brabbelaar. (262)
Anke Mölling: Jij of ik. (262)
Gwen Deprez [eerste regel:] teder strelend. (263)
Iris Michiels: Maan. (263)
Leonard Koza: ’n Held het gaan rus. (264) [Afrikaans]
G. Visagie: ’n Vriend. (265) [Afrikaans]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka’s van: Hubert De Splenter / Lia Barbiers / Ad Beenackers / Agnes Hagnos / Jeanne Coosemans / Willy Cuvelier / Riet De Bakker / Arie Onderdelinden / Heidi van Schuylenbergh. (268-269)
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (290-312) Besprekingen door diverse medewerkers van: Bart Chabot: De Kootjesblues / Frans Kuipers: De tafel van wind / Roel Richelieu van Londersele: Een mens op de bodem / Anne de Vries (sam.): Van Alphen tot Zonderland. De Nederlandse kinderpoëzie van alle tijden / Ton Luiting & Roger Wastijn: Het achterste van de tong.
Rubriek ‘Signalement’. (314-316) Signaleringen door diverse medewerkers van: Jeanne Coosemans: Onvoltooid / Gwen Deprez: Stilte.

Jrg. 16, nr. 1, februari 2002

Philippe H. Rotsaert: Krijtrots. (2)
Eric G. Koch: Voordat mijn ziel. (3)
Atze van Wieren: Thuiskomst. (4)
Anneke Buys: Kleuren woorden klanken. (5)
Peter Nieuwendijk: Dat zelden bereikbare ideaal. (6)
Henk Puister: De oude boom. (7)
Henk Klopper: Paltrok. (8)
Laurine Vandepitte: Blijf nog even. (9)
Martin Meuris: Zee. (10)
George ter Horst: James Ensor (rode grimas). (11)
Jeanne Coosemans: Een opwelling. (12)
Line Claeys: Lentetooi. (13)
Eke Veenbrand: Black Venus. (14) [Uit ‘Liefdevolle gedichten’.]
Iris Michiels: als je weg bent. (15)
Dirk De Bosschere: Punt. (16)
Piet Labian: De boeren die sterft. (17)
Trudy Duits: Ik ken mij in jou. (18)
Lia Barbiers: Niet als zij. (19)
Harry Eijlders: Dubbel focus. (20)
Deen Engels: Verleiding. (21)
Hagen Kemper “tronje”: Contrasten. (22)
Marie Follebout: De taal was geboren. (23)
Ubbo-Derk Hakholt: Levensbericht. (24)
Thea Hoeksema: Eindelijk rust. (25)
Chris Ferket: Denkend aan Anny. (27)
Toon van der Heijden [eerste regel:] Tijd / tijd verstrijkt. (29)
Charl Jooste: Emigrasie. (30) [Afrikaans]
Arnau Horn: Nootlot. (31) [Afrikaans]
Boendoe: Aandvuur. (32) [Afrikaans]
Leonard Koza: Dan van Houten. (33) [Afrikaans]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka’s van: Lucie de Bazel / Lia Barbiers / Hubert De Splenter / Leopold Van Beneden / Roger Wastijn / Ad Beenackers / Heidi van Schuylenbergh / Willy Cuvelier. (36-37)
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (66-71) Besprekingen door diverse medewerkers van: Mensje van Keulen: Van Aap tot Zet. Berijmd dierenalfabet / Patty Scholten: Een tuil zeeanemonen.
Rubriek ‘Signalement’. (72-76) Signaleringen door diverse medewerkers van: R. Geuens: Oogopslag / Fred Hopman: Vrij schootsveld / Magda Van Renterghem: Late herfst zonder wissel van seizoenen / Elly de Waard: Zestig / Juul Kinnaer: Miniaturen.

Jrg. 16, nr. 2, mei 2002

Mark Meekers: Tot ver buiten de grenzen Bij het picturale werk van Vital Muylaert. (83)
Luc Vandeborght: Misschien ook niet. (84)
Peter Herdingh: Cranberries. (85)
Loes de Haan: Littekens. (86)
Philippe H. Rotsaert: Ik mis je nu al. (87)
Willy Dierckens: Muren slopen om ons heen. (88)
Deen Engels: Verder. (89)
Jos Zegwaart-Rooijers: Dit onderscheid. (90)
Roger Wastijn: In Vlaamse velden. (91)
Lucie de Bazel [eerste regel:] Volgens jou ben ik. (92)
Jaap Reiding: Herinnering. (93)
Atze van Wieren: Dichten. (94)
Lily van der Wingen: Naakte buren – blote handen. (95)
Jozef Vandromme: Lentegroet. (96)
Michel Wielick [eerste regel:] Ik doe drie kusjes. (97)
Rob Godthelp: Kleine ballade. (98)
Peter Nieuwendijk: Tante Nel. (99)
Koenraad Janssens: De moderne man. (100)
Gwen Deprez: Stilte. (101)
Cor van Dijk: Treinreisgedachte. (102)
Harry Eijlders: Ogen vermogen. (104)
Gilbert Van Vlaenderen: cenergetische levensbeschouwing. (105)
Gideon Visagie: Die eersterivier se eende. (106) [Afrikaans]
Gerty Herberg: Alleen. (107) [Afrikaans]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka’s van: Jean-Marie Werrebrouck / Lily Kloots-Touwen / Lia Barbiers / Juul Kinnaer / Ad Beenackers / Jeanne Coosemans / Heidi van Schuylenbergh / Griet De Jonghe / Iris Michiels / Hubert Desplenter / Willy Cuvelier / Leopold Van Beneden / Luc Vandeborght. (110-113)
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (142-149) Besprekingen door diverse medewerkers van: Koen Stassijns: Paard van glas [herziene herdruk] / Antoine de Kom: Zebrahoeven.
Rubriek ‘Signalement’. (150-156) Signaleringen door diverse medewerkers van: Wim Menheer: Spoorloos [foto’s met poëzie] / Wim van Til: Aaltense zangen / Christina Guirlande: De herders van Arcadia / Eric G. Koch: Alleen onder woorden / José De Poortere: Een drieling / Jeanne Coosemans: In vogelvlucht / Fred Hopman: Pardoes / Hervé J. Casier: Het gewicht van een punt.

Jrg. 16, nr. 3, september 2002

Rob Godthelp [eerste regel:] De keer toen ik je heb bemind. (162)
Henk Klopper: ’n Nieuw Troje. (163)
Piet Labian: De studentenkamer. (164)
Anneke Buys: Bericht. (165)
Peter Schotman: IJs. (166)
Toon van der Heijden: Ter verduidelijking. (167)
Frans de Birk: Uit deze steen houw ik beeldende woorden. (168)
Chris Ferket: Denkend aan Anny. (169)
Arie Onderdelinden: Vervlogen. (170)
Jos Zegwaart: De zon maakt alles lichter. (171)
Peter Nieuwendijk: Afstand. (172)
Jaap Reiding: Thuis bij regen. (173)
Dirk De Bosschere: Moordenaar. (174)
Iris Michiels: Zon. (175)
Henk Puister: Koningin Beatrix. (176)
Jeanne Coosemans [eerste regel:] In de woorden vallen gaten. (177)
Cees Bartels: Elegie voor een 95-jarige. Léopold Sédar Senghor indachtig (178-179)
Charles Binoir: Voornag. (180) [Afrikaans]
Everline van Dyk: Kil verskil. (181) [Afrikaans]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka’s van: Lia Barbiers / Juul Kinnaer / Jean-Marie Werrebrouck / Jeanne Coosemans / Willy Cuvelier / Heidi van Schuylenbergh. (184-185)
Henriëtte Claessens: rubriek literaire ontmoetingen: Henriëtte Roland Holst - van der Schalk. (194-204) Hierin haar gedichten [eerste regel:] ik dank u voor de schoonheid, je zond haar; [eerste regel:] Ik kende u niet, mijn God; [eerste regel:] De klank van mijn oude vleugel.
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (206-221) Besprekingen door diverse medewerkers van: Jacob Groot: Zij is er / André van der Veeke (red.): Zeeuws dicht. [77 gedichten, uitgave bij het vijftienjarig jubileum van het tijdschrift Ballustrada; met in deze recensie de gedichten van: Herman Leenders: ‘Schouwen-Duiveland’ en Jan J.B. Kuipers: ‘Port Zélande’] / Erik Bindervoet: Aap. / Hester Knibbe: Verstoorde grond.

Jrg. 16, nr 4, december 2002

Joop Leibbrand: Lichtzin. (242)
Rob Godthelp [eerste regel:] Ik wil in je wonen. (243)
Luc Vandeborght: Een aardig potje. (244)
Ton Luiting: Borstbeeld. (245)
Jeannine Janssens [eerste regel:] als een oester opent zich de hemel. (246)
Loes de Haan: Ik dacht de dood. (247)
Peter Nieuwendijk: Oude waarden. (248)
Piet Labian: De Incavrouw. (249)
Gwen Deprez [eerste regel:] het is zo lang geleden dat het kruid. (250)
Jef Habex [eerste regel:] opnieuw beginnen dan maar. (251)
Peter Herdingh: Schepping. (252)
Hagen Kemper “tronje”: Sneeuwstorm in de taiga. (253)
Danny Rega: Vader. (254)
Lucie de Bazel: Jij bent niet gek jij. (255)
Lily Kloots: Dodenspoorweg. (256)
Lia Barbiers: Wachtend op vertrek. (257)
Juul Kinnaer [eerste regel:] warrelende bladeren van de hazelaar. (258)
Deen Engels: Verveling. (259)
Henk Klopper: Familie kroniek. (260)
Marie-Jeanne Vandenbroucke: Moeder. (261)
Gerty Herberg: Clinton. (262) [Afrikaans]
Lena Jonsson-Spang: Bosoorlog. (263) [Afrikaans]
Limericks van Fred Hopman / Ton Luiting / Lieven Martens. (266)
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka’s van: Riet De Bakker / Lia Barbiers / Jean-Marie Werrebrouck / Willy Cuvelier / Jeanne Coosemans / Heidi van Schuylenbergh / Hubert De Splenter / Arie Onderdelinden. (267-268)
Dirk Hanssens: Paradijskoorts. Beschouwingen bij de gelijknamige bundel van Mark Meekers. (281-290)
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (297-311) Besprekingen door diverse medewerkers van: Judith Herzberg: Doen en laten Een keuze uit de gedichten / Rien Vroegindewey: Deze middag is een eeuwig heden / Geert van Istendael: Taalmachine.
Rubriek ‘Signalement’. (312-316) Signaleringen door diverse medewerkers van: Thea Hoeksema: Doe maar gewoon / David Muiderman: Zacht zand. Impression soleil levant / Marjanne van den Herik: Herinnering of voorgevoel / Ubbo-Derk Hakholt: Uit-vlucht / Ubbo-Derk Hakholt: Beelden van leven/ Annie De Troyer: Groeikracht onder de schors.

Jrg. 17, nr. 1, februari 2003

Jos Zegwaart: Doorgaan. (2)
Henk Puister: Een tien zonder. (3)
Joop Leibbrand: Was getekend. (4)
Atze van Wieren: Onderricht. (5)
Philippe H. Rotsaert: Zeilwedstrijd. (6)
Trijntje Gosker: IJsselwater. (7)
Rob Godthelp [eerste regel:] Ik schrijf, wandel. (8)
Jeannine Janssens [eerste regel:] De droefheid is verbrand. (9)
Ruud van der Wees: Aas = 1. (10)
Cornelis van Dijk: Bij de Sint-Pieterskerk in Turnhout. (11)
Eddy Timmermans: Black men moving. Bij een werk van Kenyatta Ray. (12)
Luc Vandeborght: Debuut. (13)
Robert Cleynhens: De kringloop. (14)
Roger Wastijn: Kind. (15)
Loes de Haan: Lieke. (16)
Frans de Birk: Rekenen. (17)
Chris Ferket [eerste regel:] Verpleegsters hebben handen als vlinders. (18)
Mathieu Kikken: Zin geven. (19)
Lily Kloots: IJzel. (20)
Arie Onderdelinden: Schiedamse sonnet. (21)
Everline van Dyk: Solovlug. (22) [Afrikaans]
Johan Lodewyk Marais: Plaaslike kennis. (23) [Afrikaans]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka’s van: Ad Beenackers / Fred Hopman / Griet De Jonghe / Jeanne Coosemans / Willy Cuvelier / Heidi van Schuylenberg / Lia Barbiers / Arie Onderdelinden. (28-29)
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (55-72) Besprekingen door diverse medewerkers van: Guus Luijters: De glazen school / Elly de Waard: Van cadmium lekken de bossen / Patty Scholten: Slapen zonder weerga [met weergave van het openingsgedicht ‘Wandering positon’] / Elly de Waard: als ik niet aan je denk of raak.
Rubriek ‘Signalement’. (73-76) Signaleringen door diverse medewerkers van: Ruud van der Wees: Golfbeweging / Jules Kinnaer: In- en uitademen / Philippe H. Rotsaert: Nieuwpoort suite / Laurine Vandepitte: Om jou, Egidius / Laurine Vandepitte: Cirkels in het water.

Jrg. 17, nr. 2, mei 2003

Peter Herdingh: Opwelling. (82)
Lia Barbiers: Zomeravondzang. (83)
Henk Klopper: Reünie. (84)
Ria Scarphout: Geoloog. (85)
Gwen Deprez [eerste regel:] ik volg mijn eigen handschrift. (86)
Lucie de Bazel [eerste regel:] Zomaar iemand die. (87)
Jeannine Janssens [eerste regel:] De waarheid heeft zich uitgevonden. (88)
Jef Habex [eerste regel:] de krant niet aangeraakt. (89)
Peter Nieuwendijk: Niet hier. (90)
Sim Mampaey [eerste regel:] Je stapelt. (91)
Michel Wielick: Pang! (92)
Deen Engels: Duo’s. (93)
Dirk De Bosschere: Tijdstil. (94)
Jozef Vandromme: Doortocht. (95)
Lily Kloots-Touwen: Après nous. (96) [Uit ‘Wendingen’.]
Piet Labian: In het rijkje van Plato. (97)
Joke Blaauw: Soep van de dag. (98)
Hugo Hendrix: Het vaderteken. (99)
Charl Jooste: Tussen-in. (100) [Afrikaans]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka’s van: Ad Beenackers / Lia Barbiers / Maurice Geeroms / Griet De Jonghe / Hubert De Splenter / Jeanne Coosemans / Heidi van Schuylenbergh / Riet De Bakker. (104-105)
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (133-150) Besprekingen door diverse medewerkers van: Koen Stassijns en Ivo van Strijtem (sam.): Liefdeswerk [gedichten over de liefde uit de gehele wereld] / Marc Tritsmans: Kritische massa / Jessie de Caluwe, voordracht: Zee van rust [cd met gedichten van meerdere auteurs over zorgeloos genieten] / Ingmar Heytze: Het ging over rozen / Willie Verhegghe: Volhart / Nachoem M. Wijnberg: Vogels. / Jan de Bas: Dat zijn zo de dingen waar het hier om gaat.
Rubriek ‘Signalement’. (151-154) Signaleringen door diverse medewerkers van: Hervé J. Casier: Een wandeling in de tuin / Janna Barth, Peter Schotman, Wim van Til, Alda van Tongeren, Anne Vos en Will Walbeek: Stemmen. / Davidsfonds & De Lijn: Snuiterboekje / Jeanne Coosemans: Ontsluiting van tijd. / Ferre Denis en Ludo Haesaerts (sam.): Bloesem en wind [haiku-bloemlezing] / Ginette Doom: Sacralis / Ingrid Lenaerts: Het leven is te groot.

Jrg. 17, nr. 3, september 2003

Laurine Vandepitte: Herdenking 1953. (162)
Rob Godthelp [eerste regel:] Geloof dat ik mij binnenbreng. (163)
Claude Aendenboom: Onweer. (164)
Ton Luiting: La Rochelle août 2002. (165)
J.J. Leibbrand: Iets boven nul. (166)
Atze van Wieren: Impasse. (167)
Loes de Haan: Vergankelijkheid. (168)
Jeanne Coosemans [eerste regel:] het denkbeeld is oud en achterhaald. (169)
Frans de Birk: Jij zal. (170)
Griet De Jonghe: Cellen. (171)
Maurice Geeroms: Welke rol. (172)
Jaap Reiding: Contemplatie in een openbaar toilet. (173)
Henk Puister: Ware aard. (174)
Luc Vandeborght: Kleurenblind. (175)
Juul Kinnaer [eerste regel:] de luiken gesloten. (176)
Robert Cleynhens: Herinneringen. (177)
Trijntje Gosker: Conceptweekend. (178)
Christian Oerlemans: Pijn. (179)
Ruan van Wyngaardt: Duister is die nag. (180) [Afrikaans]
Lena Jonsson-Spang: Die Hoogliedvrou. (181) [Afrikaans]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka’s van: Riet De Bakker / Guido Collignon / Arie Onderdelinden / Willy Cuvelier / Luc Vandeborght / Jeanne Coosemans / Ad Beenackers / Lia Barbiers / Fred Hopman / Maria Feyen / Iris Michiels. (184-186)
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (230-236) Besprekingen door diverse medewerkers van: Carl De Strycker: Bladstad / Paul Geerts: Een boom is meer dan er staat / Het laatste gedicht [100 gedichten over het definitieve afscheid door de dood, ingeleid door Elsbeth Etty] / Francie van den Hurk: Naastenparade.

Jrg. 17, nr. 4, december 2003

Jef Habex: Nog liever. (242)
Ton Luiting: Rilke in Veurne. (243)
Jos Otte: Brokstukken. (244)
Jacoba Babtisten: Voor P. (245)
Joop Leibbrand: Vrije natuur. (246)
Roger Wastijn: Contrapunt. (247)
Lily Kloots-Touwen [eerste regel:] Hij snijdt door de lucht. (248)
Maria Groothuizen: Open venster. (249)
Lia Barbiers: Najaarsavond. (250)
Ria Scarphout: Sneeuw. (251)
Deen Engels: Downhill. (252)
Sim Mampaey [eerste regel:] In hoogblauwe huizen. (253)
Gwen Deprez [eerste regel:] in de leegte van januari. (254)
Iris Michiels: Onzin. (255)
Trudy Duits: Ik zoek mijn plek. (256 [Uit ‘Verder kijken’.]
Jozef Vandromme: Verlaten zee. (257)
Jeannine Janssens [eerste regel:] Een zucht volstaat. (258)
Lucie de Bazel [eerste regel:] Dakloze leeft zo mooi. (259)
Piet Labian: Noord en Zuid. (260)
Wilfried Dewulf: Alleen zijn. (261)
Everline van Dyk: Dwarswegstrand. (262) [Afrikaans]
Charles Binoir: Grys woensdag. (263) [Afrikaans]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka’s van: Paul Kreetz / Fred Hopman / Ad Beenackers / Hubert De Splenter / Griet De Jonghe / Maria Feyen / Willy Cuvelier / Heidi van Schuylenbergh / Jeanne Coosemans / Lia Barbiers / Harry Eijlders / Riet De Bakker / Iris Michiels / Arie Onderdelinden. (266-269)
Henriette Claessens: Een groot Vlaams schrijver: Hugo Raes. (282-287) [Over Raes’ leven en dichtwerk.]
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (288-311) Besprekingen door diverse medewerkers van: Mark van Tongele: Ochtendrood en co / Kurt De Boodt: Moules belges / Frans Kuipers: Antjes lied en andere gedichten. / Gerrit Komrij (red.): De drekpoëten / Albertina Soepboer: Het nachtland / De knotwilg / Philip Hoorne: Niets met jou / Judith Herzberg: Doen en laten / Job Degenaar: Huisbroei.
Rubriek ‘Signalement’. (312-316) Signaleringen door diverse medewerkers van: Trudy Duits: Verder kijken ... poëzie uit het hart / José de Poortere: Wie B zegt moet ook A zeggen / Emmy Swerts: Ode aan de oleander / Christian Oerlemans: Oude liefde.

Jrg. 18, nr. 1, februari 2004

Mark Meekers: Voorheen. (2)
Riet De Bakker [eerste regel:] hoe tegenlicht. (3)
Rob Godthelp [eerste regel:] Twee meisjes delen eventjes. (4)
Leopold Van Beneden: Kloppen. (5)
Dirk De Bosschere: Ziek te bed. (6)
Laurine Vandepitte: Die nacht. (7)
Jaap Reiding: Lectuur van vroeger. (8)
Loes de Haan: Koude grond. (9)
Henk Klopper: Perspectief. (10)
Robert Cleynhens: De noodzaak. (11)
Harry Eijlders: Bronnen. (12)
Cornelis van Dijk: Stof tot schrijven. (13)
Tom Vromant: Doorkijkspiegel. (14)
Christian Oerlemans: Oranjehemel. (15)
Claude Aendenboom: De oestermaaltijd. (16)
Thea Hoeksema: Kleur. (17)
Maurice Geeroms: De knoop. (18)
Lindsay Van den Abbeele [eerste regel:] je nestelt jezelf. (19)
Jeanne Coosemans [eerste regel:] als een rots in de branding. (20)
Adi Calant: Erf. (21)
Gideon Visagie: Auschwitz en Dachau. (22) [Afrikaans]
Marietjie Smith: Troepetrein. (23) [Afrikaans]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka’s van: Iris Michiels / Heidi van Schuylenbergh / Guido Collignon / Ad Beenackers / Hubert De Splenter / Arie Onderdelinden / Anneke Buys / Willy Cuvelier / Lia Barbiers. (26-27)
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (52-73) Besprekingen door diverse medewerkers van: Judith Herzberg e.a.: Vergeet mij niet. [gedichten over afscheid en herinnering] / Koen Stassijns en Ivo van Strijtem (sam.): Het laatste anker. 300 gedichten over de dood en wat troost uit de hele wereld / Bas Belleman: Nu nog volop ventilatoren [met weergave van het gedicht ‘Veer’] / Hubert van Herreweghen: De schaking van een prinses. De honderd mooiste liefdesgedichten van Hubert Van Herreweghen.
Rubriek ‘Signalement’. (74-76) Signaleringen door diverse medewerkers van de volgende dichtbundels: Gert Vingeroets: Wachttijd / Jeanine Hoedemakers: Het groen vindt al wat herfst.

Jrg. 18, nr. 2, mei 2004

Rob Godthelp [eerste regel:] Ik wil in je wonen. (82)
Maria Sesselle: Een delicatesse. (83)
Anneke Buys: Zomerzotheidje. (84)
Mark Meekers: Recept. (85)
Maria Groothuizen: Mijn tuin. (86)
Christian Oerlemans: Groeiend afnemen. (87)
Lily Kloots-Touwen: Don Juan. (88)
Deen Engels: Novimundi. (89)
Philippe H. Rotsaert: Schildpad. (90)
Ria Scarphout: Gras. (91)
Piet Labian: Ik groet 's morgens lui en dingen. (92)
Arie Onderdelinden: Rondeel 2, eerste regel: Wat vormt een eeuwenoud gegeven. (93)
Ellen Hauwert: Vrij. (94)
Lucie de Bazel [eerste regel:] de ene als de. (95)
Lieve Devijver: April. (96)
Lilly van der Wingen: Geboorte. (97)
Iris Michiels: Berusting. (98)
Peter Nieuwendijk: Jeugd. (99)
Gerty Herberg: Na-skok (Oorlog in Bagdad). (100) [Afrikaans]
Charles Binoir: Outa in die langpad. (101) [Afrikaans]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka’s van: Riet De Bakker / Adi Calant / Fred Hopman / Ellen Hauwert / Paul Kreetz / Willy Cuvelier / Ad Beenackers / Leopold Van Beneden / Hubert De Splenter / Anneke Buys / Harry Eijlders / Maria Feyen / Arie Onderdelinden / Lia Barbiers / Guido Collignon. (104-107)
Jef Habex: Poëzie en literatuurwetenschap. (118-122) [Essay]
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (123-151) Besprekingen door diverse medewerkers van: René Huigen: Geen muziek & geen mysterie / Norbert De Beule: YELLe! / Tjitse Hofman: Roodvocht / Paul Hermans: Achteruitwaarts vliegen / Ingmar Heytze: Ik ben er voor niemand / Guus Luijters: De Zwaan en het IJ / Sylvia Hubers: Men zegt liefde / Wouter Godijn: De karpers en de krab.
Rubriek ‘Signalement’. (152-156) Signaleringen door diverse medewerkers van: Philippe H. Rotsaert: Bruin haar over haar mond gewaaid / Karel Wasch: Alsof er iets van mij overbleef / Jaap Schoo: Re Belli en rook / Mark Meekers (inl.): Voorbij [gedichten over vergankelijkheid en eeuwig leven] / Veerle Vrindts: Donker bij hemelsblauw.

Jrg. 18, nr. 3, september 2004

Eke Veenbrand: Venusfeest. (162)
Ton Luiting: Deze morgen. Cesare Pavese indachtig. (163)
Mark Meekers: Dijlepad. (164)
Luc Vandeborght: Steen 10. (165)
Roger Wastijn: Kortzichtigheid. (166)
Lia Barbiers: Zo plots alleen. (167)
Adi Calant: Groot. (168)
Claude Aendenboom: Rembrandt en Saskia. (169)
Laurine Vandepitte: Dodenherdenking. (170)
Jeannine Janssens [eerste regel:] Het duister rookt van sterren. (171)
John Broekhuis: Tegen elke prijs. (172)
Lutgarde Lievense-Nauts: Verlorenheid. (173)
Maurice Geeroms: Een doel. (174)
Loes de Haan: Groeisteuntje. (175)
Henk Puister: Bijstandcliënt. (176)
Robert Cleynhens: Terugvinden in vrede. (177)
Trijntje Gosker: De schrijvelaar. (178)
Michel Wielick [eerste regel:] De eerste zin is de locomotief. (179)
Gideon Visagie: Die veer van ’n engel in my woonstel. (180) [Afrikaans]
Antoinette Lourens: Spieëlbeeld. (181) [Afrikaans]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka’s van: Harry Eijlders / Ton Luiting / Lily Kloots-Touwen / Lucie de Bazel / Hubert De Splenter / Iris Michiels / Ad Beenackers. (184-185)
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (218-235) Besprekingen door diverse medewerkers van: Rob Schouten (inl.): Het historische gedicht. De favoriete gedichten over de geschiedenis van Nederland en Vlaanderen / Tjitske Jansen: Het moest maar eens gaan sneeuwen / Gerry van der Linden: Goed volk / Manuel Kneepkens: Het dolfijnenkostuum / Rien Vroegindeweij: Deze middag is een eeuwig heden.
Rubriek ‘Signalement’. (236) Signalering van: Thea Hoeksema: Kleur.

Jrg. 18, nr. 4, december 2004

Trijntje Gosker: Zelfportret als stoel. (242)
David Troch: Sneeuwwitje. (243)
Leopold Van Beneden: Johanna de Waanzinnige. (244)
Gerd de Ley: Litanie. Uit ‘Druppels van liefde en tranen van bloed’. (245)
Bart Bos: Chagall. (246)
Moris De Smet: Wind. (247)
Rob Godthelp [eerste regel:] De pijn slaat in zijn maag. (248)
Peter Nieuwenhuizen: Klinkend thuishuis. Ter gelegenheid van het 800-jarig bestaan van de Nicolaikerk te Utrecht. (249)
Ad Maljaars: De boom. (250)
Fred Hopman: Sonnet voor het kerkje te Spaarnwoude. (251)
Mark Meekers: Metamorfose. (252)
Marie Christine Martens: Gij blijft in heden en verleden. (253)
Philippe H. Rotsaert: Vuurtoren. (254)
Jaap Reiding: De levende natuur en ik. (255)
Lucie de Bazel [eerste regel:] Eindelijk is mijn hoofd. (256)
Ria Scarphout: Hooglied. (257)
Jos Otte-van Deenen: Zaligheid. (258)
Christian Oerlemans: Omdat zij slecht waren. (259)
Sim Mampaey [eerste regel:] Met voeten stiller dan stenen. (260)
Ubbo-Derk Hakholt: Gedragingen. (261)
G.S. Engelbrecht: Lieder. (262) [Afrikaans]
Charles Binoir: Ontmoeting. (263) [Afrikaans]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka’s van: Ad Beenackers / Harry Eijlders / Iris Michiels / Riet De Bakker / Paul Kreetz / Adi Calant / A. Schouten-Buys / Lucie de Bazel / Lia Barbiers. (266-267)
Dieuwertje Mertens: ‘Schrijven is onderdeel van mijn geaardheid.’ Schrijver Paul van Leeuwenkamp over creativiteit, sciencefiction en recenseren. (286-288)
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (289-307) Besprekingen door diverse medewerkers van: Juliën Holtrigter: Het verlangen te verdwalen / Antjie Krog: Liederen van de blauwkraanvogel / Willem Wilmink & Ton Schulten (ill.): Het beloofde land / Jan van der Vegt: Mijn tweede huid. De geschiedenis van A. Roland Holst en zijn huis / Paul van Leeuwenkamp: Krabbels op de krant / God verzameld. [Bloemlezing met gedichten over God van een honderdtal auteurs] / Leo Vroman: Vroeger donker dan gisteren. Dagboek.
Rubriek ‘Signalement’. (308-316) Signaleringen door diverse medewerkers van: Philippe H. Rotsaert: Bruin haar over haar mond gewaaid / Juul Kinnaer: Asters in september / Emmy Swerts: Kerstvers uit de boom geplukt [kerstgedichten] / Laurine Vandepitte: Winterwonderland / Jeanne Coosemans: De vier getijden van het leven.

Jrg. 19, nr. 1, februari 2005

Gwen Deprez: Vastenavond. (2)
Henk Klopper: als een indiaan. (3)
Anneke Buys: Bewapening. (4)
Jeannine Janssens [eerste regel:] De stilte installeert zich en de stilte. (5)
Luc Vandeborght: Langs. (6)
Trijntje Gosker: Hoop. (7)
Michek Wielick [eerste regel:] Vriend, / ik heb een lekkere maaltijd. (8)
Monique van de Kant-Goderie: Volheid en leegte. (9)
Iris Michiels: Egon Schiele. (bij zelfportret in gevangenis 1912) (10)
Trudy Duits: Ongevraagd advies. (11)
Lia Barbiers: Ontheemd. (12)
Geerten van Gelder [eerste regel:] de lucht staat tegenwoordig. (13)
Harry Eijlders: Concept België. (14)
Marie-Jeanne Vandenbroucke: Serekunda. (15)
Dirk De Bosschere: Sneeuw. (16)
Theo Franssen: Lente in Amsterdam. (17)
Claude Aendenboom: De albatros. (18)
Gera Plas [eerste regel:] Je moest eens weten. (19)
Eddy Timmermans [eerste regel:] Ik zou je zo graag willen bergen. (20)
Deen Engels: Zachtzeil. (21)
Gideon Visagie: Die Franse roos van Texas. (22) [Afrikaans]
W. Miles: Weereens. (23) [Afrikaans]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka’s van: Riet De Bakker / Lia Barbiers / Harry Eijlders / Lucie de Bazel / Ad Beenackers / Paul Kreetz / Fred Hopman. (26-27)
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (46-71) Besprekingen door diverse medewerkers van: Ton Luiting & Mark Meekers (sam.): Kostbare momenten. Thematische verzenbundel over heimwee en verlangen / Philip Hoorne: Inbreng nihil [met weergave van het gedicht ‘Een kras op het kanaal’] / Clothilde Gaugaud Parici: Van hot naar haar. 100 pikante limericks / Frank van Pamelen: De generaalpardondemocratie. [politieke columns op een rijm, 1999-2004] / Paul Janssen: Instructies voor een ober / Cor Vos: IJsberen en zitvlees. Schrijvers en dichters over hun schrijfproces.
Rubriek ‘Signalement’: signalering van: José De Poortere: 65 x over poëzie. Essay. (75-76)

Jrg. 19, nr. 2, mei 2005

Rob Godthelp [eerste regel:] Ik schrijf, wandel. (82)
Laurine Vandepitte: als. (83)
Ton Luiting: Rilke in Torhout. (84)
Arie Onderdelinden: Niet van deze tijd. (85)
Moris De Smet [eerste regel:] Een gedicht. (86)
Mark Meekers: Genesteld. (87)
Fred Hopman: Strand bij Pouldu. (88)
Comelis van Dijk: als ik straks dood ben. (89)
Philippe H. Rotsaert: Cafe 1930. (90)
Roger Wastijn: Onmacht. (91)
David Troch: Dirk Verbruggen. (92)
Marie-Christine Martens: Philadelphia. (93)
Jos Zegwaart: Uitzicht op het wad. (94)
Lucie de Bazel [eerste regel:] Wijs mij de weg. (95)
Ria Scarphout: Achterlaten. (96)
Loes de Haan: Water in het water. (97)
Christian Oerlemans: Niets gezegd. (98)
Adi Calant: Weggegaan. (99)
Méland Langeveld: Verlangens. (100)
Jessica Baars [eerste regel:] Je hebt geen bescherming. (101)
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka’s van: Lia Barbiers / Geerten van Gelder / Lutgarde Lievense-Nauts / Riet De Bakker / Ad Beenackers / Heidi van Schuylenbergh / Ellen Hauwert / Fred Hopman / Paul Kreetz / Arie Onderdelinden / Adi Calant / Guido Collignon / Leopold Van Beneden. (106-109)
Limericks van: Laurine Vandepitte (110) en Luc Vandeborght (111).
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (132-156) Besprekingen door diverse medewerkers van: Jan van Hattem: Willem Elsschot, mythes bij het leven [biografie] / Willem Elsschot: Verzen / Paul van Leeuwenkamp: Krabbels op de krant / Eke Veenbrand: Meditatiespiegel / Erik Solvanger: Eenvoudig schedellichten. / Philip Hoome (sam.): Antwerpen, de stad in gedichten.

Jrg. 19, nr. 3, september 2005

Jeannine Janssens [eerste regel:] Op het einde van de dag. (162)
Dirk De Bosschere: Ochtend. (163)
Henk Puister: Novemberdrukte. (164)
Leopold Van Beneden: Tijdloos op een kerkhof. (165)
Ubbo-Derk Hakholt: Een nieuw begin. (166)
Monique van de Kant-Goderie: Tastend. (167)
Geerten van Gelder: Finale. (168)
Iris Michiels: Dresden 2002. (169)
Lia Barbiers: Avonduur. (170)
Claude Aendenboom: Acrobaten. (171)
Deen Engels: Beleving. (172)
Trudy Duits: In de Pampushaven voor anker. (173)
Michel Wielick [eerste regel:] Daar loopt iemand. (174)
Jaap Reiding: Variatie op een thema. (175)
Luc Vandeborght: Trechter. (176)
Trijntje Gosker: Vormloos sonnet. (177)
Anneke Buys: Kelder. (178)
Maurice Geeroms: Extreem. (179)
Gwen Deprez [eerste regel:] als een gekreukt laken ligt. (180)
Henk Klopper [eerste regel:] het mooiste moment voor de nacht. (181)
Charles Binoir: Mary Trottoir. (182) [Afrikaans]
Gideon Visagie: As ek ouer word. (183) [Afrikaans]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka’s van: Ad Beenackers / Arie Onderdelinden / Riet De Bakker / Heidi van Schuylenbergh / Fred Hopman / Guido Collignon / Paul Kreetz. (186-187)
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (216-233) Besprekingen door diverse medewerkers van: Toon Tellegen: Daar zijn woorden voor / Claire vanden Abbeele: Alleen de liefde / Judith Herzberg: Soms vaak / Koen Vergeer & Yves T’Sjoen: De volksverheffing. Jaarboek voor poëzie [poëzie en essays van 21 auteurs].
Rubriek ‘Signalement’. (234-236) Signaleringen door diverse medewerkers van: F.J. Mink: Een reis` / Maarten Westenrode: Nader de verten.

Jrg. 19, nr. 4, december 2005

Rita Van Hauwermeiren: Maandagochtend half zes. (242)
Moris De Smet: Land. (243)
Astrid Dewancker: Saliënt Ieper. (244)
Mark Meekers: Valium. (245)
Gwen Deprez [eerste regel:] als uit het donker van een droom ontwaakt. (246)
Jozef Vandromme: Nieuwjaar. (247)
Laurine Vandepitte: Een bank vol vogels. (248)
Rob Godthelp: Droom. (249)
Eddy Timmermans: Gedicht voor Steven. (250)
Theo Franssen: Bij een open vuur. (251)
Lily Touwen: Bodybuilder. (252)
Ludo Colman: Tevergeefs. (253)
Harry Eijlders: Atelier. (254)
Hugo Hendrix: Verloren paradijs. (255)
Henk Puister: Een verjaardag met twee oude vrienden. (256)
Méland Langeveld: Maison perdu. (257)
Arie Onderdelinden: Goed beschouwd. (258)
Ad Maljaars: Regendag. (259)
Christian Oerlemans: Bezinning. (260)
Atze van Wieren: Rietkraag. (261)
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka’s van: Adi Calant / Harry Eijlders / Ad Beenackers / Riet De Bakker / Heidi van Schuylenbergh / Lia Barbiers / Leopold Van Beneden / Fred Hopman. (264-265)
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (290-308) Besprekingen door diverse medewerkers van: Willem Barnard: Anno Domini dagboeken 1978-1992 / Andreas Burnier: Na de laatste keer. [Gedichten] / Tsead Bruinja & Hein Jaap Hilarides (sam.): Droom in blauwe regenjas. Nieuwe Friese dichters. [Met gedichten van 43 dichters].
Rubriek ‘Signalement’. (309-316) Signaleringen door diverse medewerkers van: Cornelis van Dijk: Mijn uitgeleefd huis / Deen Engels: Holenbeer-Marsman / Anke Labrie: Aan de oevers van de droom [gedichten en schilderijen] / Piet Teuwens: Voor haar / Jeanne Wesselius: Uit de eerste hand / Karel Wasch: Begane grond.

Jrg. 20, nr. 1, februari 2006

Leopold Van Beneden: Tijd staat tot eeuwig zoals schijn staat tot echt. (2-3)
Anneke Buys: Gehangen. (4)
Roger Wastijn: De aarde zingt. (5)
Geerten van Gelder [eerste regel:] de eik. (6)
Philippe H. Rotsaert: Koekenzondag. (7)
Claude Aendenboom: Moulin Rouge. (8)
Jeannine Janssens [eerste regel:] De tijd eet het leven. (9)
Deen Engels: Markant. (10)
An Boving [eerste regel:] de zon waren ons. (11)
Harry van de Kant: De poëzietuin. (12)
Iris Michiels: Buren. (13)
Lia Barbiers: Februarimiddag. (14)
Luc Vandeborght: Lente, kniehoog. (15)
Henk Klopper: Athos. (16)
Fred Hopman: Voorhaven. (17)
Marie-Christine Martens: Welkomstwoorden. (18)
Jaap Reiding: Relativiteit. (19)
Maurice Geeroms: Stilte. (20)
Jeanne Wesselius: Februari. (21)
Adolph van Coller: Om en om. (22) [Afrikaans]
Vincent Oliphant: Die digter se versugting. (23) [Afrikaans]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka’s van: Lia Barbiers / Hubert De Splenter / Lily Touwen / Iris Michiels / Harry Eijlders / Heidi van Schuylenbergh / Maurice Geeroms / Guido Collignon / Anneke Buys / Ad Beenackers / Fred Hopman / Arie Onderdelinden / Adi Calant. (26-29)
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (46-76) Besprekingen door diverse medewerkers van: J. Slauerhoff: Alle gedichten / Sonja Prins & Michiel Jansen Schoonhoven: Ademhuis / Ilja Pfeijffer: En de naam van de hond. De grote gedichten / Fred Papenhove: De rode soldatenvis / Mieke van den Berg & Dirk Idzinga: Trots en in zichzelf besloten. Ida Gerhardt: afkomst en eerste deel van haar leven / Yves T'Sjoen: Stem en tegenstem [Besprekingen door T'Sjoen van een gedicht, gevolgd door een reactie daarop van de dichter].

Jrg. 20, nr. 2, mei 2006

Mark Meekers: Legaat. (82)
Atze van Wieren: Lente in Buchenwald. (83)
Lily Touwen: Spookstad. (84)
Rob Godthelp: Bij: Gloria – Morris – Manus terrae. (85)
Hugo-Hubert: Kinderen. (86)
Paul Possemiers: Naar natuur. (87)
Luc C. Martens: Laacher See. (88)
Jozef Vandromme: De sprintster. (89)
Loes de Haan: De ex. (90)
Gwen Deprez [eerste regel:] ondergedoken in drank en tijdelijk. (91)
Adi Calant: Mij. (92)
Theo Franssen: Bij een gedicht van Inan. (93)
Ludo Colman: De paukenist. (94)
Angelina Van De Moortele: Het gedicht. (95)
Lidy De Brouwer: Geluk. (96)
Christian Oerlemans: Kan ik uitleggen. (97)
Henk Puister: Even naar ‘Moeder’. (98)
Trudy Duits: Subliem. (99)
Gideon Visagie: Onbyt by oom Samie se winkel. (100) [Afrikaans]
Charles Binoir: Moby Dick. (101) [Afrikaans]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka’s van: Lia Barbiers / Arie Onderdelinden / Hubert De Splenter / Harry Eijlders / Fred Hopman / Heidi van Schuylenbergh / Ad Beenackers. (104-105)
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (122-149) Besprekingen door diverse medewerkers van: Sacha Blé: Afwezigheid / Mara Grimm (sam.): Lyrisch over eten [gastronomische gedichten] / Theo Olthuis: Lampje. / Ingmar Heytze: Schaduwboekhouding. Gedichten en miniaturen / Victor Schiferli: Verdwenen obers.
Rubriek ‘Signalement’. (150-156) Signaleringen door diverse medewerkers van: John Bindels: als ik jouw minnaar blijf. / Ad Beenackers: Oude Emmer, verhoor mijn gebed. [Beschouwingen over haiku’s en tanka’s] / Ton Luiting & Eke Veenbrand (sam.): Ontkomen aan de tijd [verzamelbundel met gedichten over tijd en seizoenen] / Jack Jacobs: Vanonder de stolp.

Jrg. 20, nr. 3, september 2006

Henriette Claessens [eerste regel:] als ik dood zal zijn, mijn liefste. (162)
Helma Michielsen: Leeftijd. (163)
Eke Veenbrand: Café St.-Tropez. (164)
Theo Franssen: Zomer. (165)
Robert Cleynhens: Geen evenwicht meer. (166)
Yerna Van den Driessche: Zeeslag. (167)
Cor Koenders: Herinnering. (168)
Gera Plas: Filosofie. (169)
Deen Engels: Sotto voce. (170)
Jeannine Janssens [eerste regel:] De zonde verhevigt in wild verlangen. (171)
Maurice Geeroms: Alles blijft. (172)
Hugo-Hubert: Kleine Sji-Sja. (173)
Jaap Reiding: Dorp. (174)
Lia Barbiers: Avondstemming. (175)
Philippe H. Rotsaert: Beslagrechter. (176)
Monique Goderie: Strand. (177)
Dirk De Bosschere: Lynx. (178)
Luc Vandeborght: Croque-monsieur. (179)
Claude Aendenboom: Kloostergang. (180)
Walter Moonen: Good night Bagdad. (181)
Gerty Herberg: Die laaste treë. (182) [Afrikaans]
Elsie Smith: Die snob. (183) [Afrikaans]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka’s van: Riet De Bakker / Iris Michiels / Lia Barbiers / Griet De Jonghe / Arie Onderdelinden / Heidi van Schuylenbergh / Hubert Desplenter. (186-187)
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (210-232) Besprekingen door diverse medewerkers van: Frédéric Bastet: Louis Couperus. Een biografie / Stefan van den Bossche: ‘De wereld is zoo schoon waarvan mijn droomen’. Biografie Jan van Nijlen / Gerrit Krol: ’t Komt allemaal goed / Gerrit Kouwenaar: Dat is alles. 68 gedichten + cd / Astrid Lampe: Spuit je ralkleur / ‘Ik wilde ik kon iets geven’. Jan Decleir leest Herman Gorter [bundel en audio-cd].

Jrg. 20, nr. 4, december 2006 [laatste in druk verschenen aflevering]

Lucie Putzeijs: Mozart. (242)
Roger Wastijn: De spiegels. (243)
Anneke Buys [eerste regel:] af en toe kijk ik. (244)
Atze van Wieren: Onder handbereik. (245)
Ton Luiting: Déjà entendu. (246)
Henk Puister: In aula 1. (247)
Rob Godthelp [eerste regel:] Ik schrijf, wandel. (248)
Mark Meekers: Afrekening. (249)
Eke Veenbrand: Jardin des tuileries. (250)
Jozef Vandromme: December. (251)
Iris Michiels: Nieuwjaar. (252)
Yerna Van den Driessche: Hot pants aan red shoes. (253)
Marie-Christine Martens: De tijd getikt. (254)
Leopold Van Beneden [eerste regel:] Wolken zien en ... (255)
Jacques De Maen: Herinnering aan mijn ongeboorte. (256)
Hayed Mars: Dochter lief. (257)
Philippe H. Rotsaert: Luchtballon. (258)
Ton Toutnu: De doden zijn niet dood. (259)
Elsie Smith: Straatkind. (260) [Afrikaans]
Susan Giliomee: Skooldae. (261) [Afrikaans]
Haiku’s, senryu’s, tanka’s en kyoka’s van: Lily Touwen / Hubert De Splenter / Roger Wastijn / Riet De Bakker / Lia Barbiers / Anneke Buys / Heidi van Schuylenbergh / Harry Eijlders / Leopold Van Beneden / Arie Onderdelinden / Guido Collignon / Ad Beenackers. (264-267)
Gerda de Preter: God noch gebod. Bespreking van de bundel ‘Orpheus in de haven’ van Mark Meekers. (276-283)
Rubriek ‘Peilen-Pijlen-Gepeld’. (284-305) Besprekingen door diverse medewerkers van: Bart Chabot: Ford Knox / Frank van Pamelen, Driek van Wissen, Kees Tom & Ivo de Wijs: Zuster Mieke. Doktersroman in veertig verzen / Leonard Nolens: Een dichter in Antwerpen en andere gedichten / Gerrit Achterberg: Eén meer dan ik tel. Een keuze uit de gedichten door Eva Gerlach.
Rubriek ‘Signalement’. (306-308) Signalering van: Paul Geerts (sam.): Roos is een roos is een roos. [De 100 mooiste rozengedichten van 82 dichters.]

Laatst bijgewerkt op 7 november 2021

Contour

Tijdschrift voor literatuur (1964-1967)

Meer informatie

AANWEZIG:

Jrg. 1, 1964/1965: nrs. 1 (oktober 1964), 2 (december 1965), 4 (april 1965) en 5/6 (oktober 1965).
Jrg. 2, 1966: nrs. 1 (januari = nr. 7), 3 (juni = nr. 9) en 6 (december = nr. 12).
Jrg. 3, 1967: nrs. 1 (april = nr. 13), 2 (juli = nr. 14) en 3 (september = nr. 15).

INHOUD, voor zover (over) Nederlandstalige poëzie na 1880

Jrg. 1, nr. 1, oktober 1964

Redactie: Contourlijnen. (1-3) [Standpunt van Contour inzake poëzie, proza en kritiek.]
Jan van der Vegt: De stroom van het gedicht. Een polemische verkenning. (4-13) [Proza]

Jrg. 1, nr. 2, december 1964

J.H. van Dijk: Kimaam (34), Reede (34), Dood van een controleur B.B. (35).
Maria de Groot: Het hoge rad (36-37), Schietvermaak (37-39), Draaimolen (39-40).
Bert Jansma: Judas (41), Er is geen grens meer tussen echt en onecht (42).
Henk van Kerkwijk: De vijand, als 't de vijand was. (43)
Hans Lambertus: Vijf uur. (44)
Martin Leopold: Ode. (45)
Jan-Willem Overeem: In memoriam (46), Hoe snel groeit alles over (47), Zo wij afdoende minden (47).
André Roemer: Icarus (48), Vol d'oiseau (49), Omwenteling (50).
H. Tersted: Plaat XXIV (51), Casus (51).
Edward Valens: Zeestad (52), Geboortedood (53), Winterangst (54), Nachtschip (54).
Ger van Wijck, vier ruimtevaartgedichten: Bericht (55), Doppler-effect (56), Lichtsnelheid (57), Nulpunt (58).
Jan van der Vegt: besprekingen van Alain Teister: De huisgod spreekt, en van Theo Sontrop: Langzaam kromgroeien. (60-61)

Jrg. 1, nr. 4, april 1965

Jan van der Vegt: IJzige helderheid. Bespreking van H.C. ten Berge: Poolsneeuw. (108-110)
Tom Etty: Poëzie met dubbele tong. Bespreking van Hans Verhagen: Rozen & motoren. (110-112)
Jan-Willem Overeem: Bestelbare taal. Bespreking van Judith Herzberg: Zeepost. (112-115)
Ger van Wijck: Behaagziek onbehagen. Bespreking van Wim Gijsen: Landschappen – menselijke. (115-118)
Jan-Willem Overeem: Kietelen in Kalkland. Bespreking van J. Bernlef: Dit verheugd verval. (118-120)
Bert Jansma: Versierde eeuwigheid. Bespreking van Jacques Hamelink: De eeuwige dag. (121-123)
Jan van der Vegt: Dichterschap in dubio. Bespreking van Wim Brinkman: Negev. (123-125)
Ger van Wijck: Liefde met vetrandjes. Bespreking van Wim Gijsen: Landschappen – menselijke. (130-131)
Jan van der Vegt: Het werkeloze wonderkind. (131-132) [Kritiek op publicaties van L.Th. Lehmann.]

Jrg. 1, nr. 5/6, oktober 1965

Tom Etty: Oriëntatie - In den blinde. (151)
Frans W.H. van Emmerik: Scorpio (152), Normandië (153).
Menno D. Hilbrands: Kringloop. (154)
Jan-Willem Overeem: Vertaling (155), Tastbaar ben je verdwenen (156).
F.W. van Heerikhuizen: Kind en artefact (162), Positie (162).
Maria de Groot: De Joodse schouwburg (163), Dodenlijst (164), Zes gedichten uit Amsterdams Getijdenboekje (165-166).
Wiel Kusters: Spreidsprong in de ruimte (167), Palindroom (168-169), Luchtverkenning (169).
J.H. van Dijk: Kuisheidsgordel (170).
Jan van der Vegt: Langs de lijnen van Zestig. Een erkenning in de aktualiteit. (171-189) [Over de ‘tegenwoordige poëzie’, ten onrechte aangeduid als ‘de zestigers’.]

Jrg. 2, nr. 1, januari 1966 (= nr. 7)

Jan van der Vegt: De graat in Droogstoppels keel. Een verdediging van ‘De vis’ van Hoornik. (1-15) [N.a.v. de bijdrage ‘Visfilet’ van Jessurun d’Oliveira in het tijdschrift Merlyn. Met vervolg in volgende nummers (en in Merlyn?)]
J.H. van Dijk: Voor ARH (16), Tuin (16).
Hans Lambertus: Koorddanser. (17)
Henk van Kerkwijk: France du Nord. (18)
Maria de Groot: Waarzegster. (19-20)
Jan-Willem Overeem: Onpersoonlijke standaarduitrusting. (35)
Miep Plezier: Tutoyeren. (36)
Henk Vestdijk: mu&ziek. (36)
Pim Zoeteman: regen. (36)
Groepswerk Belgisch Eindhoven: lieverdje. (36)

Jrg. 2, nr. 3, juni 1966 (= nr. 9)

Jan van der Vegt: Merlyn, tovenaar of goochelaar? Een antwoord aan H.U. Jessurun d'Oliveira. (74-78)
André Roemer: Gemini (83), Capsule (84).
Ger van Wijck: Treinreis in de sneeuw. (85)
Arnold de Vos: De geweigerde droom (86), Midas (86), Terugkeer uit Umbrië (87).
Henk van Kerkwijk: Gevolg geven aan de roepstem der natuur (88), Les anges (89), Rekenschap van onwil (90-91), Je kunt elke precisie vergeten (91).
Maxim de Winter: Prehistories (92), Gedicht van een molenaar (93).
Jan-Willem Overeem: oorlogsfilm (110), militair examen (110).
Wiel Kusters: De dichterschacht. (112)

Jrg. 2, nr. 6, december 1966 (= nr. 12)

Henk van Kerkwijk: Anno 1961. (217)
Arnold de Vos: Het verraad (218-219), Archeologische vondst (220), Introspectie (221), Desintegratie (222).
Bert Jansma: De reis, 1 t/m 5. (232-236)
André Roemer: Arromanches. (237)
Hans Lambertus: Moment (238), Schepen (239).
Jan-Willem Overeem: Simpelmans & Zn. (240), Veendam (241).
R. F. Kross: Ansichten: 1. Rijwielstalling genaamd ‘Verdun’ – 2. Amsterdam-Centraal – 3. Herinnering van het Koninklijk bezoek – 4. Groeten uit Lahore – 5. Monument op de Dam. (242-245)

Jrg. 3, nr. 1, april 1967 (= nr. 13)

Jan van der Vegt: Literatuur zonder gezicht. (1-16) [Onder meer over het dichtwerk van Bernlef.]
Arnold de Vos: Basso continuo (17), Areaal (17), Zoals jij me wilt (18), Moeizaam gesprek (19), Letargo (19).
Theo Festen: Ontbijt in het bos – Fragmenten voor mijn vrouw, 1 t/m 3 (20-21), Herfst 1964 (21), Chagall (22).
Karel Soudijn: Middeleeuwen. (22)
Eric Pijnaken: Als hij bouwt aan zijn beeld. (26)
Reinout Vreijling: Officier (30), Drente (31), Gedicht (32), Haikai (32).
Alexander West: Naar Apeldoorn (46), Vloed (46).
Nico Wijnen: Kyrie eleison Vietnam. (47)
Andries Rosema: Mijn tijd van staal. (47)

Jrg. 3, nr. 2, juli 1967 (= nr. 14)

Hans van de Waarsenburg, tien gedichten [eerste regels:]: 1. we hebben het niet meer zo op al die – 2. strategies / visionaire ritmiek / danst God – 3. staat niemand meer China te vergeten / omdat – 4. waar werden de steden geschonden / waar – 5. ik zie het wel / zelfs p. dreigt te vergaan – 6. 13.viii.66 – 7. dokumentatie op de late avond / mijn – 8. dagelijks toneel / een schouwspel voor – 9. stemmen branden laatstelijk / een eksekutie – 10. de beat zit niet voor niets op het hart. (8-16)
Jan van der Vegt: Geloven in woorden. Konfrontatie met Maria de Groot. (17-21) [Bespreking van De Groots bundel ‘Rabboeni’.]
Jan Willem Overeem: Neeltje Maria Min op afstand. Konfrontatie met Neeltje Maria Min. (22-27) [Bespreking van ‘voor wie ik lief heb wil ik heten’.]
Tom Etty: Prent (28), [eerste regel:] Millimeters bij je mond. (29)

Jrg. 3, nr. 3, september 1967 (= nr. 15)

Hans Lambertus: Stilte (8), Geluid (8), Plaats (9).
Alexander West: Levenslang. (9)
Edward Valens: Zeeslag. (10)
Frans Kuipers: Gedicht. (11)
Frank Herzen: Feminaal (12), Een hol geluid (12), Deze stad (13), Te klimmen (14), Marionet (15).
Jan van der Vegt: Konfrontatie met H.C. ten Berge. (16-21) [Over diens bundels ‘Poolsneeuw’, ‘Swartkrans’, en ‘Personages’.]
Bert S.A. Peto: De zee (22), en je vingers beslaan de ruiten (23), en bevestig mij de liefde (24).
Jerven F.W. Ober: Van Akkrum Rijpkema 1 (25), Van Akkrum Rijpkema 2 (26), H.D. (27), Ook ben ik in de nacht geboren (28).
Sara Land: Jeugd. (29)
Robert Paul Flipse: Onderweg. Honden van Campello. (30)

Laatst bijgewerkt op 11 juni 2021

Creare

(1971-1995)

Meer informatie

AANWEZIG:

Jrg. 7, 1978: nr. 2 (maart/april).
Jrg. 11, 1982: nr. 1 (februari).
Jrg. 22, 1993: nrs. 2/3 (1993) en 4 (1993/1994, 'verschijnt op onbepaalde tijdstippen').
Jrg. 23, 1995: nr. 2/3 (september).

INHOUD, voor zover (over) Nederlandstalige poëzie na 1880

Jrg. 7, nr. 2, maart/april 1978

Gie Luyten: Haiku's. (11)
Alphons B. ter Brake: 589: Rieky P. (12-13)
Han Grüschke: Winter (14), Afscheid (14), Leven (15).
August Leunis: De gieren van mijn denken. (16)
Marc de Smet: Golfbrekers (17), Misschien (17), [eerste regel:] meisjes en ijsjes (17).
Jozef Vandromme: Sneeuw. (18)
Willy Copmans: Een bos van dichtbundels. (27-31) [Besprekingen van Joop Verzaal: De tocht / Luk Vereecken: Pendelen tussen vlinder en mol / Romain John Van de Maele: Vincent, Katri en ik / Johan Van Nijen: Onrust / Johanna Kruit: Hier is mijn eiland / Romain John Van de Maele & Johanna Kruit: Tussen water en droom / Gie Luyten (sam.): Stemmen uit het dorp.]

Jrg. 11, nr. 1, februari 1982

Han Grüschke: Oude school (3), Een wankel evenwicht (3).
Edward Hermans: Onbereikbaar (4), Verzet (5).
Hugo Heylen: Met roze handen. (6)
Lou Heynens: Ithaka (6), La porte étroite (7).
Johanna Kruit: Broertje. (8)
Mieke Vandromme: [eerste regel:] ik ben (9), Kameleon (10).

Jrg. 22, nr. 2/3, 1993

Bertiven: Geconserveerd (3), De pijn van het dichten (4), Opa (5), Familiale meetkunde (6), Schoonheid (6).
Jos Deckx: Ik zou ... (7).
Fernand Florizoone: Kreta, 1 en 2 (8-9), Weer 9 (10), Vallende ster (11).
Xavier Ghesquire: Blik. (12)
Han Grüschke: Tuinhuis (13), Haiku (13), Guliver (14).
Piet Labian: Rondo (15), Eerste huiver (16), Plankenkoorts op een oud podium (17).
Gust van Brussel: Barbaars gedicht. (19)
Bert Iven: besprekingen van Elisabeth Kappner: Om de vonken / bloemlezing 'Mijn ogen lopen leeg' / 'Kabouterpennetjes. Wanneer muziek in je oren klinkt' [gedichten van jongeren van 10-19 jaar] / Hélène Kwartsz: Lindo, het zeepaardje / Jean-Luc Salomez: Minder en minder en minder / Jan Nies: Hard fluweel / Fil de Ridder: De eerste morgen is er brood en hemel / Ingrid Lenaerts: Het huis van de adem / Jean Pierre Roosen: Gedachtenloopjes. Zacht hardt / Henri Thijs: Dit eeuwig sterven / Rene Coomans: Spiegelbeeld. (23-25)

Jrg. 22, nr. 4, 1993/1994

Bertiven: God (3), Het Rijksopvoedingsgesticht in Mol (5).
Ferdinand Florizoone: File (6), 11 november (7), Hinkelspel (8).
Lou Heynens: Terwijl het raam (9), In de ingewanden van kleuren (10).
Piet Labian: Deltavrouw (11), Kusjes aan de wind (12).
Jean-Pierre Roosen: Het kind in mij. (13)
Willem Savenberg: Lente. (14)
Jessie Wauben-Jaeger: De tijd. (15)

Jrg. 23, nr. 2/3, september 1995

[Geen bijdragen met/over oorspronkelijk Nederlandstalige poëzie.]

Laatst bijgewerkt op 9 juni 2021

Criterium

Letterkundig maandblad (1940-1948)

Meer informatie

AANWEZIG:

Jrg. 1, 1940: nr. 1 (maart).
Jrg. 2, 1941: nr. 12 (december).
Jrg. 4, 1945-1946: nr. 1 (oktober). Nieuwe ondertitel: Algemeen cultureel maandblad.

INHOUD, voor zover (over) Nederlandstalige poëzie na 1880

Jrg. 1, nr. 1, maart 1940

Bertus Aafjes: Legende (6), Verzen en vrouwen (6), Klein treurspel (7), Treurspel (7), Overpeinzing bij de Schreierstoren (8), Verzen (8).
G. Achterberg: Kosmos (17), Lente, 1 t/m 3 (17-18), Job (19), Vergif (19).
Pierre Kemp: Tournee (27), Maling (27), Haar (28), Natuur (28), Draaiende daalder (28).
Han G. Hoekstra: Ochtendgroet aan de liefde vreemde (29), Het conflict (30), Het park en zij (30).
Pierre H. Dubois: Sneeuw over mijn naam. (31)
Ed. Hoornik: Is dit ... ? (47), Wording (47), Oudjaar (Chinees) (48), Vrouw (48), Tweedracht (48), Het pension (49).
Nes Tergast: Droom (50), Klein graf (50), De aanval (51), Ontbijt (51).

Jrg. 2, nr. 12, december 1941

G. Achterberg: Schaatsenrijder (713), Luchtaanval (713-714), Memphis (714), Mijn moeder sterft (714-715), Chanson triste (715), Wandeling (716).
Charles B. Timmer: De dichter en de vrouw (723-724), 1940, I t/m V (724-725).
Anthonie Donker: Kraaienpootjes, I en II. (749)
Gerard Wijdeveld: De rijke jongeling. (750)
Eddy Evenhuis: De kruisiging (751), 'Het wonder der liefde' (751), L.S. (751).
Ad. J. Odijk: Geboortestad. (756)
N. Landsman, drie gedichten [eerste regels:] Ik liep langs de zee, in het zand van de zee – De stad is van steen en het land is van glas – De oorlog bracht verbijstering. (757)
Koos Schuur: Besluiteloos sprookje. (758)
Bertus Aafjes: Kroniek van de poëzie. (759-764) [Bespreking van Anthonie Donker: Orcus en Orpheus.]

Jrg. 4, nr. 1 oktober 1945

Adriaan Morriën: Het vaderland. (3)
H.A. Gomperts: In memoriam Menno ter Braak en E. du Perron. (4-5)
Bertus Aafjes: Voorjaar (24), Eeuwige lente (25), En laat het zijn (25), Invitation à la valse (26), De maaier hing zijn zeis (26).
Michael Deak: Paradise lost (27), Vergeten (27), Voor Cocky (28), Singelijs in Alkmaar (28).
M. Vasalis: Fragmenten uit een journaal. (29-31) [Proza, gebeurtenissen in 1942 en in 1945.]

Laatst bijgewerkt op 9 juni 2021

Critisch Bulletin

Maandblad voor letterkundige critiek (1930-1957)

Meer informatie

AANWEZIG:

Jrg. 23 (= laatst verschenen jaargang), april 1956 t/m maart 1957: nrs. 1 (april), 2 (mei), 3 (juni), 4/5 (juli/augustus), 6 (september), 7 (oktober), (8 november), 9 (december), 10 januari 1957), 11 (februari) en 12 (maart).
De onbeslagen spiegel. Problemen der letterkundige critiek. Bijzondere aflevering van Critisch Bulletin – Maandblad voor letterkundige critiek. Den Haag: Bakker/Daamen, 1956. Pagina 128: 'Met ingang van de 23e jaargang 1956 zal Critisch Bulletin voortaan verschijnen tussen 1 april en 31 maart. 'De onbeslagen spiegel' werd uitgegeven ter overbrugging van de maanden januari, februari en maart 1956. Deze uitgave werd de lezers van Critisch Bulletin geheel gratis toegezonden.'

INHOUD, voor zover (over) Nederlandstalige poëzie na 1880

Jrg. 23, nr. 1, april 1956

K. Jonckheere: In den grave van halfvasten. (17-19) [Bespreking van Prosper de Smet: Van den os op den ezel.]
Paul Rodenko: Bespreking van H.S. Visscher: Dromen in de moderne Nederlandse poëzie. Proefschrift. (20-24)

Jrg. 23, nr. 2, mei 1956

Paul Rodenko: Moderne poëzie in Vlaanderen. (68-73) [Bespiegelingen bij de bloemlezing 'Waar is de eerste morgen?' samengesteld door Jan Walraven, en bij Vital Celen: Schets van de ontwikkeling van de moderne poëzie.]

Jrg. 23, nr. 3, juni 1956

Gerard van Klinkenberg: Marsman en Slauerhoff. (128-134) [Persoonlijke herinneringen aan zijn vriendschap met Marsman.]
A.D. [Anthonie Donker]: Kunst en bedrijf. [Signalering Esso-uitgave, samengesteld door A.A.M. Stols: Dichters Omnibus. Tweede bloemlezing, 1956.]

Jrg. 23, nr. 4/5, juli/augustus 1956

Paul Rodenko: Op versvoeten door 'Mooi Nederland'. (232-237) [Bespreking van Laurens van der Waals: Apollo's reis door Nederland. Een verzameling geografische gedichten.]

Jrg. 23, nr. 6, september 1956

Theun de Vries: In opdracht van het hart. (248-257) [Bespreking van S. Vestdijk: Rembrandt en de engelen. Twaalf gedichten en een acrostichon.]

Jrg. 23, nr. 7, oktober 1956

Anthonie Donker: Herzien. herdenken. Weergave van de rede gehouden in de Raadzaal te Groningen ter huldiging van den zestigjarigen dichter Hendrik de Vries, op 17 augustus 1956. (291-299)

Jrg. 23, nr. 8, november 1956

Anthonie Donker: Symbolisten en schrijvers. (363-370) [Bespreking van Bettina Polak: Het fin-de-siècle in de Nederlandse schilderkunst. De symbolistische beweging 1890-1900, vanwege de (mogelijke) invloed van deze beweging op de Tachtigers.]

Jrg. 23, nr. 9, december 1956

Anthonie Donker: Muze en congresdebat. Interventies tijdens de debatten der Biënnale internationale de poésie. (385-388) [Resp. Knokke 1954, over de taal van de dichter, en 1956, over de bronnen van de dichter.]
Anthonie Donker: Twee onderschatten. (388-397) [Bespreking van Maurits Mok: Stormen en stilte, en van Ida Gerhardt: Het levend monogram / De argelozen.]
M. Nienaber-Luitingh: Spel van het geweten. (407-416) [Bespreking van D.J. Opperman: Blom en baaierd. (Afrikaanse gedichten)]
Anthonie Donker: Periscoop. (429-432) [Besprekingen van de bloemlezingen: Pierre Dubois e.a. (sam.): Facetten der Nederlandse poëzie [zie ook Dubois' reactie in het volgende nummer] / Adriaan Morriën (sam.): Poëzie van nu / Adriaan Morriën (sam.): Nederlandse liefdespoëzie.]

Jrg. 23, nr. 10, januari 1957

Anthonie Donker: De dichttoon van Minne en Gilliams. (447-444)
Pierre H. Dubois: Een misleidende bespreking. (474-477) [Reactie op: Anthonie Donkers bespreking van de bloemlezing: Pierre Dubois e.a. (sam.): Facetten der Nederlandse poëzie.]
Anthonie Donker: Bij een beschuldiging van misleiding. (477-480) [Antwoord op voorgaande reactie.]

Jrg. 23, nr. 11, februari 1957

Anthonie Donker: Besprekingen van Han Hoekstra: De zandloper (489-492) / A. Marja: Confidentieel. Traject. Man van dag en nacht. (492-496)
Jrg. 23, nr. 12, maart 1957
Anthonie Donker: Bespreking van Paul Rodenko: Met twee maten. De kern van vijftig jaar Nederlandse poëzie, geïsoleerd en experimenteel gespitst. (536 539)
Anthonie Donker: De dingen als woordvoerders. (559-543) [Bespreking van Karel Jonckheere: Van zee tot schelp.]
S. Vestdijk: Bespreking van Caspar Höweler: Muziek en poëzie. Rhythme in vers en muziek. (560-565)

De onbeslagen spiegel. Problemen der letterkundige critiek. Bijzondere aflevering van Critisch Bulletin – Maandblad voor letterkundige critiek. Den Haag: Bakker/Daamen, 1956. Hierin:

Anthonie Donker: De onbeslagen spiegel.
A. Mout: Ten geleide.
C. Rijnsdorp: Publiek en critiek. [referaat]
Fedde Schurer: Publiek en critiek. [repliek]
R. Blijstra: Lezer en critiek. [commentaar]
Pierre H. Dubois: De criticus en zijn media. [referaat.]
C. Bittremieux: De criticus en zijn media. [repliek.]
Pierre H. Dubois: De criticus en zijn media. [dupliek]
Karel Jonckheere: Kritiek en strategie. [commentaar]
Jos Panhuijsen: De functie van de criticus. [referaat.]
Th. Govaart: De functie van de criticus. [repliek.]
Anthonie Donker: De adem inhouden. [commentaar]
Annie Romein-Verschoor: Criticus en kunstenaar. [referaat]
Jan Walravens: Criticus en kunstenaar. [repliek]
Annie Romein-Verschoor: Criticus en kunstenaar. [dupliek]
Paul Rodenko: Betekenisverschuiving van termen en rolverwisseling van figuren .[commentaar]
A.D.: Critische kanttekening tot besluit.
Critische curiosa.

Laatst bijgewerkt op 10 juni 2021

Activiteiten

Nieuws

Contact

Ça ira

Bulletin de la fondation Ça Ira (Bruxelles) (1999-2010)

Meer informatie

Cafécahier

Cafécahier (1983-?)

Meer informatie

Campiniana

Vereniging van Kempische Schrijvers (1976 - ?)

Meer informatie

Centaur

internationaal cultureel maandblad (1945-1947)

Meer informatie

Chroom

Blad voor literatuur (1985-1998)

Meer informatie

Chrysallis

Halfjaarlijks tijdschrift voor literatuur en kunst (1978-1981)

Meer informatie

Columbus

Litterair cultureel maandblad der jongeren (1945-1947)

Meer informatie

Concept [1]

Multicultureel literair tijdschrift (1987-2006)

Meer informatie

Concept [2, vervolg]

Multicultureel literair tijdschrift (1987-2006)

Meer informatie

Concept [3, slot]

Multicultureel literair tijdschrift (1987-2006)

Meer informatie

Contour

Tijdschrift voor literatuur (1964-1967)

Meer informatie

Creare

(1971-1995)

Meer informatie

Criterium

Letterkundig maandblad (1940-1948)

Meer informatie

Critisch Bulletin

Maandblad voor letterkundige critiek (1930-1957)

Meer informatie

Inloggen / registreren

Ik ben al gebruiker

Ik wens gebruiker te worden